Toespraak minister-president Mark Rutte bij informele Vlaams-Nederlandse top
Toespraak van minister-president Rutte bij de informele Vlaams-Nederlandse top in Gent op 7 november 2016.
Dames en heren,
Wat een eer om hier vanavond te zijn in De Bijloke, een van de vele monumentale parels van Gent. Ik ben blij dat ik na de 3e top tussen Nederland en Vlaanderen, deze keer ook de informele afterparty mee mag vieren. Want dat jullie in Gent kunnen feesten, dat is bij ons Nederlanders welbekend.
Het thema van deze avond is 'roots' en ik moet dan gelijk denken aan een café in hartje Den Haag met die naam, waar je de lekkerste Belgische biertjes kunt drinken. Maar u bedoelt dan natuurlijk onze gezamenlijke wortels: de geschiedenis, de taal en de cultuur die wij delen. Overigens wel opvallend dat u hier in Vlaanderen daarvoor een Engels woord gebruikt, maar dat terzijde. Hier in Gent zijn die wortels misschien nog wel steviger dan op veel andere plekken in Vlaanderen. U bent zich daar ook van bewust, getuige de viering vorig jaar van 200 jaar Verenigd Koninkrijk der Nederlanden onder de titel: Gent kleurt Oranje. Of het was gewoon een mooie reden om weer eens een goed feest te vieren, dat kan natuurlijk ook.
Maar historische grond voor de viering is er zeker, want Koning Willem I had een bijzondere band met de stad Gent. Tijdens zijn Koningschap werd bijvoorbeeld de Gentse Universiteit opgericht en is het kanaal Gent-Terneuzen aangelegd. Ook gaf Willem I een flinke impuls aan de opkomende textielindustrie. Er wordt getwist over zijn betekenis: is hij de 'Noorderduivel' zoals Vlamingen ooit in de schoolbankjes leerden of was hij juist een zegen voor deze stad? Een gezelschap van onder meer hoogleraren vindt het 2e en richtte er zelfs een comité voor op met de mooie naam: Willem Bedankt! Ik zal mij persoonlijk aan deze discussie niet branden, maar 1 ding weet ik wel: Koning Willem I kwam graag in deze stad, en ik snap waarom.
Dames en heren, vanavond vieren wij onze gezamenlijke wortels en de meest in het oog springende bloem die daaruit groeit is natuurlijk de taal. Het spreekt daarom ook voor zich dat Nederland en Vlaanderen onlangs samen optraden als gastland tijdens de Frankfurter Buchmesse. Een journalist vroeg de Vlaamse minister van Cultuur Sven Gatz of het gezamenlijk optrekken niet afbreuk deed aan de promotie van Vlaamse auteurs. Hij zei daarop dat een Amerikaan misschien niet zal weten of het om een Vlaming of een Nederlander gaat. Zij zien ons als the low countries, aldus Gatz. En ik voeg daar graag aan toe dat het al winst is als ze ons als de low countries zien en niet als onderdeel van Scandinavië.
Maar minister Gatz heeft natuurlijk gelijk. Dat hebben Geert Bourgeois en ik ook ervaren tijdens de handelsmissie naar Atlanta in 2015. Nederland en Vlaanderen presenteerden zich daar gezamenlijk, en met een blik op de wereldkaart is dat niet meer dan logisch. Want met de havens van Rotterdam en Antwerpen en luchthaven Schiphol vormt onze regio de toegangspoort tot Europa, met een uitstekend logistiek netwerk naar de rest van het continent. En om onze infrastructuur op het allerhoogste niveau te houden, is het van groot belang om samen te werken. Samenwerking doet dus geen afbreuk, het vermenigvuldigt juist onze waarde.
Daarom hebben we vandaag tijdens de derde Vlaams-Nederlandse top opnieuw besproken waar we de samenwerking kunnen versterken. En opnieuw zijn er veel afspraken gemaakt, bijvoorbeeld op het gebied van infrastructuur, high tech, innovatie en duurzame energie. Zo gaan de haven van Gent en Zeeland Seaports zich inzetten om één havenbedrijf te worden. En dat zou natuurlijk uniek zijn.
Nog zo'n mooi voorbeeld is het plan om een deel van de CO2-uitstoot van het bedrijf Arcelor-Mittal in Zelzate als grondstof te gebruiken voor het Syngas dat het chemische bedrijf Dow Chemical in Terneuzen produceert. Voor de precieze werking verwijs ik graag naar de scheikundigen, maar de basis is dat afval van het ene bedrijf, de grondstof is voor het andere bedrijf.
Dames en heren, ik wil maar zeggen, samenwerking en kruisbestuiving tussen Nederland en Vlaanderen is onvermijdelijk, eeuwenoud en we winnen er allemaal bij. We leven in een tijd vol van onzekerheid, maar ook vol van mogelijkheden. Een tijd waarin we ons vragen stellen over de toekomst van Europa, en waarin protectionistische stromingen aan aanhang winnen. Juist in deze tijd is het belangrijk dat Nederland en Vlaanderen als handeldrijvende regio's de handen ineen blijven slaan. We moeten onze krachten bundelen, dat vermenigvuldigt onze waarde.
Vanavond vieren we dus niet alleen onze gezamenlijke wortels, maar ook onze gezamenlijke toekomst. Een aantal van uw stadsgenoten zegt: Willem bedankt. Vanavond zeg ik op mijn beurt: Gent bedankt!