Korte toespraak minister-president Rutte bij rapport ‘Werk aan de winkel: De Nederlandse detailhandel in versnelling naar 2025’

Korte toespraak van minister-president Rutte bij rapport 'Werk aan de winkel: De Nederlandse detailhandel in versnelling naar 2025' op 3 november 2016 in Den Haag bij de jaarlijkse bijeenkomst van Detailhandel Nederland.

Dames en heren, beste Guido,
U heeft het nieuws onlangs vast ook meegekregen. De Kalverstraat is te vol. Op piekdagen past het winkelend publiek simpelweg niet meer in de beschikbare ruimte. Als sardientjes in blik in de Hema, paniekerige mensen die de Bakkerij Bart niet meer uitkomen en de McDonalds waar je je niet meer kunt omdraaien. De straat is op last van de politie zelfs 2 keer afgesloten geweest.

Helaas hebben de meeste winkelstraten in Nederland niet het luxeprobleem van de Kalverstraat. Hier in Den Haag overvalt mij altijd een zekere weemoed als ik het pand van de failliete V&D voorbijloop. Het is een verdrietige illustratie van de uitdagingen waar de detailhandel deze dagen mee kampt: steeds meer mensen kopen online, ze doen minder impulsaankopen en de mondiale concurrentie neemt toe.

Allemaal problemen die in dit rapport van McKinsey in opdracht van Detailhandel Nederland, uitgebreid aan bod komen. Het rapport becijfert bijvoorbeeld dat de komende tien jaar tussen de 55.000 en 130.000 banen in de sector op het spel staan, onder meer door de toenemende buitenlandse online concurrentie en door automatisering. Met directe gevolgen voor de Nederlandse economie en met directe gevolgen voor de Nederlandse dorpen en steden. U noemt het beestje bij de naam en kijkt niet weg van de problemen die er zijn. Het is daarom een dapper rapport.

Maar tegelijkertijd - en dat spreekt mij zeer aan - getuigt het rapport ook van een flexibele houding en veranderingsgezindheid. Het is een oproep: de wereld verandert en de Nederlandse detailhandel moet mee veranderen. Dat vraagt heel veel, van de winkeliers in de eerste plaats. Zij moeten de klant verleiden met unieke ervaringen, superieure producten en eersteklas dienstverlening. Ik mag straks met een aantal van hen aan tafel, onder wie Wilhelm Verton van het Zeeuwse familiebedrijf Omoda. De familie Verton heeft mooi laten zien hoe je in de wereld van vandaag door voortdurend te innoveren van een van oorsprong klein Zeeuws bedrijf een nationale en zelfs een internationale speler maakt, die gewoon een plek heeft veroverd naast grote namen Zalando en ASOS.

Maar het vraagt ook om actie van gemeentes, bij het nadenken over de beste indeling van de openbare ruimte en het versimpelen van lokale regels. Het vraagt om actie van het onderwijsveld: banen in de detailhandel veranderen en dus moeten opleidingen daarop inspringen. En het vraagt om actie van de rijksoverheid, bijvoorbeeld bij het wegnemen van belemmerende wet- en regelgeving en in de vervolmaking van de Europese interne markt.

Inmiddels is er voor de meeste V&D-panden gelukkig een nieuwe bestemming gevonden, ook voor die in Den Haag. In sommige gevallen komt er een buitenlandse speler, maar ook worden er pop-up-stores gevestigd, of men kiest voor shop-in-shop-concepten, winkels in winkels dus. Het is een illustratie van het nieuwe winkelen dat bij deze tijd hoort. Het laat zien dat Nederlandse winkeliers, ondanks moeilijke tijden en grote uitdagingen, met frisse ondernemingszin de toekomst tegemoet treden. Laat dit belangrijke rapport van Detailhandel Nederland een handvat zijn voor die toekomst.

Dank u wel.