Afscheid van LTO-voorzitter Albert Jan Maat
Toespraak van staatssecretaris Van Dam (EZ) bij het afscheid van LTO-voorzitter Albert Jan Maat in Den Haag op 4 oktober 2016.
Dames en heren, beste vrienden en familie van Albert Jan,
beste Albert Jan,
Na bijna 10 jaar komt er een einde aan je voorzitterschap van LTO Nederland en ik moet zeggen: dat zint me niks, want wat mij betreft is dat veel te vroeg. In de korte tijd dat we elkaar kennen hebben we meerdere goede gesprekken gehad en daar was ik nog graag mee doorgegaan.
Groen onderwijs, voedselprijzen, schade door regen en hagel, fosfaat én export naar Rusland: we hadden er nog vaak over kunnen praten.
Albert Jan; je bent betrokken, bevlogen en weet op allerlei plekken je invloed uit te oefenen. Het effect zien we nu: hier zijn ze, de mensen uit jouw netwerk. Dit is wat je de afgelopen 20 tot 25 jaar hebt opgebouwd. Met als basis het vertrouwen dat je hebt bij werkelijk iedereen die er toe doet in agrarisch Nederland – en ver daarbuiten.
Volgens mij is er in Nederland niet snel iemand te vinden met zoveel contacten in z´n telefoon – zowel met nummers die beginnen met 0031 als met 0032. En die contacten gebruik je ook. Ik heb me laten vertellen dat je soms meer belt, appt en sms-t dan een 17-jarige die verliefd is…
Toch komt het soms – heel soms – ook voor dat er in jouw 'balboekje' een nummer ontbreekt. Bijvoorbeeld het nummer van de nieuwe staatssecretaris van Economische Zaken. Lastig en onhandig! Maar mensen, ik kan u verzekeren dat Albert Jan in zo’n situatie niet rust voor het contact is gelegd. Hij belt stad en land af, gooit balletjes op bij alle mogelijke contacten van de kersverse bewindspersoon, en zet zijn zoektocht kracht bij zet met het argument dat hij over de nummers van half politiek Den Haag beschikt.
De mensen op het departement zeiden direct dat ik er beter aan kon wennen. Want – zo werd mij al op dag 1 bij EZ verteld – dit is hoe Albert Jan werkt. En dit is ook precies waarom hij zoveel gedaan krijgt. Ik heb je mijn nummer gegeven en dat heb ik geweten. Sindsdien hebben we – los van onze ontmoetingen – ook regelmatig contact via app, sms en telefoon. Complimenten voor media-optredens, boosheid over verrassingen, suggesties, ondersteuning en urgente kwesties. Slimme combinatie van charme, wensen en kritiek.
Dames en heren; Albert Jan is één van de laatste nog levende verdedigers van het poldermodel. Het is een belangrijk element van effectief leiderschap: overleg net zolang tot er een oplossing is. Met jou valt altijd te praten. Je denkt altijd in oplossingen, in welke deal er te maken zou zijn. En je bent een groot aanhanger van de Wet van de Haalbaarheid: je strijdt niet voor dingen die toch niet lukken – maar voor het mogelijk haalbare vecht je als een leeuw.
Voor je eigen organisatie heeft dat ertoe geleid dat het verdeelde LTO met z´n regio´s en sectoren veel meer één organisatie is geworden. Onmisbaar gesprekspartner voor de overheid, gewaardeerd lid van de SER, en partner van zowel VNO-NCW als MKB-Nederland. Dat is goed voor LTO, maar het is ook belangrijk voor de contacten tussen LTO en de overheid. Het is belangrijk dat wij als ministerie één sterke landelijke gesprekspartner hebben; en ik volg dus met belangstelling hoe de reorganisatie van LTO verder vorm krijgt.
Albert Jan; Jij hebt de land- en tuinbouw – toch een stukje Hollands Glorie – in binnen- en buitenland nog nadrukkelijker op de kaart gezet. Maar een echt goede bestuurder weet op de juiste momenten ook over de grenzen van het eigen belang heen te kijken. En ook dat kun je heel goed. Over de grenzen van het boerenbelang naar het belang van Nederland. Dat was bijvoorbeeld het geval bij het sluiten van het sociaal akkoord, en bij het energieakkoord. Maar ook bij discussies over een duurzame toekomst, zorg voor natuur en milieu.
Het waren geen makkelijke jaren. Er lagen – en liggen – grote maatschappelijke uitdagingen. Jij hebt altijd de bereidheid en de ambitie gehad om mee te denken over oplossingen en richtingen. Dat is geen vanzelfsprekendheid. Ik weet dat je daarbij ook binnen LTO je nekt hebt moeten uitsteken. Voor de één is een verandering een kans, voor de ander een bedreiging. Je hebt agrariërs die voorop willen lopen en ondernemers die dat lastiger vinden, of die zich dat simpelweg niet kunnen veroorloven. Jij hebt die belangen moeten wegen. En steeds vond je een weg – ik heb dat ook zelf ervaren – waarbij je al die verschillende stromingen recht deed.
Je hebt je achterban geduldig en overtuigend mee kunnen nemen op weg naar nieuwe tijden. Naar echt agrarisch ondernemerschap – minder afhankelijk van subsidies. Naar duurzame landbouw – de transitie van bestrijdingsmiddelen naar groene gewasbescherming. Naar meer aandacht voor dierenwelzijn. En naar een energiezuinige samenleving. Er is geen sector die zó snel en volledig voldoet aan de afspraken in het energieakkoord als de land- en tuinbouw. Ik heb er grote bewondering voor. Daar staat ook iets tegenover: je kunt niet accepteren dat er dingen gebeuren waarbij je niet jouw invloed kunt uitoefenen.
Albert Jan, eigenlijk was het de afgelopen 10 jaar altijd wel wat. De vogelgriep en de muizenplaag. De ruzie met Brussel over de superheffing en met Rusland over de boycot van Nederlandse producten. Een conflict met de supermarkten over eerlijke prijzen. Maar voor zover het kon, schoof je aan tafel.
Praten. Niet met Poetin, dat nog net niet, maar wel met eurocommissaris Hogan. Wel met de CEO van Albert Heijn. Met Marianne Thieme in een debat in De Balie in Amsterdam – dat vergt wel wat moed voor een LTO-bestuurder. En natuurlijk met mijn ministerie – want nee, ook met ons waren jullie het niet altijd eens.
Om te beginnen al niet met de naam natuurlijk. Het is geen geheim dat je er moeite mee hebt dat het woord Landbouw niet meer op de gevel staat. Verweesd liep je rond in het totaal verbouwde pand. Je miste de klei-geur. En als je denkt dat je alles gehad hebt krijg je ook nog een PvdA´er als bewindspersoon. Nee: 3. Het was wel erg veel allemaal....
Je hebt je er moedig doorheen geslagen. Zag je dan toch dat landbouw en innovatie, en samenwerking met andere sectoren, wel goed samengaan? Hoe dan ook toont daarin zich die andere kant van je; de sportman. Ik herinner mij ons eerste contact via whatsapp – ik refereerde er in het begin van mijn speech ook al aan.
Inmiddels heb je een andere profielfoto, maar destijds was je op de app nagenoeg onherkenbaar. Even voor de mensen in de zaal; wellicht hebt u t zelf ook gezien; maar de Albert Jan met wie ik zaken moest doen ging daar schuil onder een grote, zwarte muts. Het was nog net geen bivakmuts, maar heel veel scheelde het niet. Gevraagd naar het hoe en waarom van die foto, vertelde je over je passie voor sport: fietsen, schaatsen, zeilen en het lopen van halve marathons. 1 keer ging het bij het sporten trouwens bijna mis. Je viel bij het fietsen zo hard op je hoofd dat je een week in het donker moest liggen. De dokter heeft je toen een bijzonder advies gegeven. Ga vissen: door goed te focussen op het dobbertje kwam het wel weer goed met je ogen. En dat was ook zo.
Die viservaring neem je nu mee in je nieuwe rol als voorzitter van Netviswerk, de belangenorganisatie van kleinschalige kust- en binnenvisserij. Maar je krijgt ook meer tijd om zelf naar de dobber te staren. Te zeilen met die prachtige houten overnaadse zeilpunter. En te fietsen met je zoons. Prachtig!
En toch, Albert Jan, tóch moet het voor jou een uitdaging zijn om de land- en tuinbouw – voor jou een soort 'vaste verkering' – los te laten. Al dik 20 jaar sta je ermee op en ga je ermee naar bed. Je hebt je steeds met hart en ziel ingezet en ging daarbij ook de voor jouw achterban vaak lastige onderwerpen niet uit de weg.
Maar goed: je hebt je rol ondanks die lastige omgeving met verve vervuld. Je bent een netwerker en een belangenbehartiger in hart en nieren. We blijven elkaar tegenkomen, zeker ook vanuit je nieuwe rol als voorzitter van Netwiswerk. Maar iets zegt mij dat we ook toekomst nog wel van je gaan horen als het over de land- en tuinbouw gaat. Een paar weken geleden las ik in de krant een verslag van een spreekbeurt die je had gehouden over het 'verkiezingsmanifest'van LTO. De verkiezingen zijn pas in maart, maar je hebt zo hier en daar al gesprekken gevoerd en je steekt je ideeën over de belangrijke rol die landbouw zou moeten spelen in een volgend kabinet niet onder stoelen of banken. Die bevlogenheid typeert jou en het lijkt me moeilijk om daar ‘cold turkey’ van af te kicken.
Beste Albert Jan, Je enorme inzet voor de agrarische sector is niet onopgemerkt gebleven. Je hebt je sterk gemaakt voor de verbetering van de duurzaamheid van de landbouwsector, voor de strijd tegen het wereldvoedselprobleem maar ook voor de verbetering van de werkomstandigheden van agrarische ondernemers en seizoenarbeiders, zowel nationaal als internationaal. Je hebt je kortom ingespannen ten bate van de samenleving en ook anderen daarin gestimuleerd.
Het doet me zeer veel plezier je te mogen meedelen dat het Zijne Majesteit de Koning heeft behaagd je te benoemen tot Officier in de Orde van Oranje-Nassau.
Ik wil je vragen naar voren te komen om je de versierselen op te spelden.