Toespraak van minister Dijsselbloem bij Miljoenennota 2017
Toespraak van minister Dijsselbloem (Financiën) bij de aanbieding van de Miljoenennota 2017 aan de Tweede Kamer op 20 september 2016 in Den Haag.
Mevrouw de voorzitter,
Ik mag u op deze Prinsjesdag de vierde Miljoenennota van het kabinet Rutte-Asscher aanbieden. Op een moment dat alle politieke partijen plannen maken voor de toekomst van ons land. En deze hopelijk laten doorrekenen door het Centraal Planbureau… En op een moment dat kiezers zich afvragen of politici ook al die nieuwe plannen en ambities straks kunnen waarmaken. Deze Miljoenennota laat zien dat daar in ieder geval weer een stevige basis voor is. Een basis waarop we kunnen bouwen.
Die basis moest worden gelegd op drassige ondergrond. De internationale crisis had Nederland, als zeer open economie, hard geraakt. Het tekort liep in 2009 ook sneller op dan in andere landen. Daarbij werden verborgen zwakke plekken in onze economie genadeloos blootgelegd. Een deel van de groei van de jaren daarvoor bleek eenvoudigweg niet duurzaam. De uit de kluiten gegroeide bankensector kreeg, ook vergeleken met die van onze buurlanden, een harde klap. Met de inzet van veel belastinggeld werd grotere schade voorkomen. Onze woningmarkt, opgestuwd door hoge woningschulden, zakte ineen. Ons pensioenstelsel bleek een stuk minder robuust dan lang gedacht. De kredietwaardigheid van Nederland stond onder druk en moest worden hersteld.
Mevrouw de voorzitter, het is juist dat de afgelopen jaren fors werd ingegrepen, meer dan in een aantal van onze buurlanden. Het is ook juist dat bezuinigen op korte termijn groei en banen kunnen kosten. Maar in de beoordeling of de crisisaanpak anders had gekund of had gemoeten, kunnen we genoemde specifieke Nederlandse omstandigheden niet negeren.
Overheidsfinanciën
De cijfers laten zien dat Nederland zich weer heeft opgericht. Maar we kwamen van ver. Nadat in het eerste jaar van de crisis het saldo terugliep van plus 0,2 naar min 5,4 procent van het bruto binnenlands product, hebben we de begroting geleidelijk op orde gebracht. En tegelijkertijd zijn de structurele zwaktes in onze economie aangepakt. Het is dankzij deze aanpak dat Nederland er veel beter voorstaat dan wanneer wij het "met de Franse slag" zouden hebben gedaan.
Naast de economische omstandigheden kreeg de begroting ook te maken met minder gaswinning en lagere gasprijzen. De gasbaten zijn inmiddels op jaarbasis 7,5 miljard euro lager dan we verwachtten ten tijde van de start van het kabinet. Dit voorjaar begonnen de begrotingsvoorbereidingen met een tegenvaller van 2,4 miljard euro door de zeer lage inflatie.
Het tekort daalt dit jaar naar verwachting naar 1,1 procent van ons bruto binnenlands product, en volgend jaar tot 0,5 procent. Ook de overheidsschuld daalt volgend jaar verder, naar 62 procent. Misschien nog belangrijker dan de jaarlijkse tekort- en schuldcijfers is hoe we er op de langere termijn voorstaan. De overheidsfinanciën zijn voor het eerst sinds vele jaren weer houdbaar op de lange termijn. Dat betekent dat we zonder verdere ingrepen, in de toekomst gewoon de AOW welvaartsvast kunnen houden, de zorg kunnen betalen en onze dijken kunnen onderhouden.
Door de overheidsfinanciën verder in balans te brengen, scheppen we ook ruimte om toekomstige tegenvallers op te vangen en zijn we dus beter bestand tegen nieuwe risico's voor de schatkist. Dat is mogelijk omdat de economische groei doorzet met 1,7 procent. Achter al die cijfers gaan mensen schuil. Mensen die hun baan waren kwijtgeraakt zochten nieuw werk. Veel Nederlanders werken langer door. Huizenbezitters losten af op hun hypotheek. En ondernemers gingen door en beproefden nieuwe mogelijkheden.
Maar de schade van de crisis is voor veel mensen nog niet ingelopen. Na periodes waarin de werkloosheid met soms 20.000 mensen per maand toenam, daalt zij sinds halverwege 2014 gestaag. Inmiddels tot onder het niveau van toen het kabinet begon. En de daling lijkt de afgelopen maanden te versnellen.
Toch zijn er nog altijd te veel mensen zonder werk. In 2017 gaat het Lage Inkomens Voordeel van start. Een belastingkorting waardoor het goedkoper wordt voor werkgevers om mensen aan de onderkant van de arbeidsmarkt in dienst te nemen. Onderdeel van de 5 miljard lastenverlichting, vooral gericht op werkenden met een klein inkomen.
Koopkracht
Doordat het op vele fronten beter gaat met de economie en de begroting, kunnen we geld vrijmaken om Nederland verder te versterken en de koopkracht te ondersteunen. Het gaat bij dat laatste vooral om mensen die niet vanzelf profiteren van de zich herstellende economie: ouderen en minima.
Koopkrachtplaatjes zijn in augustus vaste prik. We kijken ieder jaar nauwgezet waar de voor- en nadelen van economie en beleid terechtkomen en vervolgens sturen we waar nodig bij. Sommigen in deze Kamer zouden er graag vanaf zijn. Maar die jaarlijkse exercitie in augustus heeft ertoe bijgedragen dat Nederland behoort tot de landen met de kleinste inkomensverschillen ter wereld. Dat gaat namelijk niet vanzelf. En juist daarom is eerlijk delen één van de pijlers van het kabinetsbeleid.
Kansen voor kinderen
Helaas voorspellen de buurt waar een kind woont en wie z'n ouders zijn, nog te vaak hoeveel kansen hij of zij in het leven krijgt. In aanvulling op het koopkrachtpakket, waarvoor het kabinet ruim één miljard euro uittrekt, komt er 100 miljoen beschikbaar om de armoede onder opgroeiende kinderen aan te pakken. Heel praktisch, heel gericht. Als geld een probleem is om mee te kunnen doen op school of te kunnen sporten dan moeten we dat oplossen.
Veiligheid en defensie
Daarnaast vraagt onze veiligheid extra inzet voor onder andere de Nationale Politie en Defensie. De Algemene Rekenkamer gaf dit voorjaar overigens aan dat de problemen niet alleen op te lossen zijn met meer geld. Ook duidelijke keuzes over waar het geld naartoe gaat en hoe het wordt beheerd, zijn onontbeerlijk om orde op zaken te kunnen stellen. Hetzelfde geldt voor de investeringsagenda van de Belastingdienst.
Europa
Net als in eigen land zet het herstel in de Eurozone door.
Waar een paar jaar geleden landen het economische groei nog een uitzondering waren, lijkt dit jaar ook Griekenland als laatste de weg omhoog te vinden. De gemiddelde groei in de eurozone komt dit jaar naar verwachting uit op 1,6 procent en het gemiddelde tekort zakt onder de twee. De cijfers zijn verbeterd, maar er zijn nieuwe risico's, zoals de Brexit. De agenda blijft: begrotingen geleidelijk op orde, hervormen voor meer concurrentiekracht, banken verder stabiliseren en investeringen ondersteunen voor nieuwe banen en bedrijvigheid.
Investeringen
Mevrouw de voorzitter, de economie groeit weer gestaag, de overheidsfinanciën zijn gezonder en bedrijven tonen weer vertrouwen in de toekomst. Maar te veel mensen merken er nog te weinig van. Er zijn nog altijd te veel kinderen die achterblijven, te veel mensen die geen werk hebben en te veel energieke ondernemers die hun plannen niet rond krijgen. Dus na jaren van economisch herstel moet de aandacht nu verschuiven naar investeren in nieuwe kansen. Aan de ene kant vragen grote maatschappelijke uitdagingen zoals de energietransitie, verduurzaming en onderzoek&ontwikkeling, om forse nieuwe investeringen.
Aan de andere kant zijn er rond het MKB knelpunten in de financiering, vooral bij de doorgroei van kansrijke, nieuwe ondernemingen. De overheid is al op veel manieren actief om de financiering hiervan mogelijk te maken. Maar het kan en moet effectiever. Het kabinet komt nog deze kabinetsperiode met een voorstel voor een nieuwe instelling om deze investeringen beter te ondersteunen. Zodat we geen kansen voor de toekomst laten liggen.
Mevrouw de voorzitter, begroten werd ooit genoemd: 'een methode om zich zorgen te maken nog vóór het geld wordt uitgegeven, in plaats van daarna'. Een mooie variatie op 'regeren is vooruitzien'. Om echt te kunnen vooruitzien, zeker op de komende vier jaar, is de begroting een onmisbaar instrument, en deze begroting een goede basis.
Daarom, mevrouw de voorzitter, doet het me plezier u de Miljoenennota 2017 en de bijbehorende stukken te mogen aanbieden.