€ 26 miljoen voor NIPT als eerste test

Vanaf 1 april 2017 is de Niet Invasieve Prenatale Test (NIPT) beschikbaar als eerste test voor zwangere vrouwen in onderzoekssetting. Hiermee volgt minister Edith Schippers van Volksgezondheid, Welzijn en Sport het advies van de Gezondheidsraad op de vergunningaanvraag van de acht universitair medische centra. Dat betekent dat vrouwen voor de NIPT uitsluitend terecht kunnen bij deze UMC’s.

 

De NIPT is een test die screent op het syndroom van Down, Edwards en Patau. Sinds april 2014 kunnen vrouwen al voor de NIPT kiezen als sprake is van een verhoogde kans die blijkt uit de combinatietest. Vanaf april 2017 kan iedere zwangere die dat wil meteen kiezen voor de NIPT.

Keuzevrijheid

Minister Schippers benadrukt dat deelname een individuele keuze blijft van de zwangere vrouw. “De NIPT is geen routinetest. De keuze om te screenen is een persoonlijke afweging. Ik hecht dan ook groot belang aan goede en objectieve informatie vooraf zodat vrouwen goed geïnformeerd kunnen beslissen om deel te nemen of juist niet”.

Subsidieregeling voor 2017

In 2017 wordt de NIPT gedeeltelijk vergoed via een subsidieregeling. Hiervoor is € 26 miljoen beschikbaar in de begroting. Van de zwangere vrouw wordt een eigen betaling van € 175,- gevraagd. Dit bedrag is ongeveer gelijk aan de kosten van de combinatietest die nu ook voor rekening van de zwangere vrouw komt.