Toespraak minister-president Rutte bij de herdenking van Piet de Jong in de Tweede Kamer
Toespraak minister-president Rutte bij de herdenking van Piet de Jong in de Tweede Kamer in Den Haag op 13 september 2016.
Mevrouw de voorzitter,
Piet de Jong zei eens: 'Er zijn 2 soorten mensen. Zij die denken dat de wereld ophoudt aan het strand en zij die zich realiseren dat de wereld aan het strand begint.' Vandaag herdenken wij hem. Piet de Jong was minister-president, hij was minister en staatssecretaris van Marine en Defensie, maar wat hij vooral was, en in zijn hart ook altijd bleef, is onderzeebootkapitein. Hij was zich elke dag weer bewust van de grootsheid van de wereld om ons heen, die begint waar de kust in de zee overgaat.
Dat bewustzijn en die ervaring tekenden hem als politicus en bestuurder. Het maakte dat hij sterk kon relativeren, dat hij zich nooit liet meeslepen door ijdelheid of de waan van de dag, dat hij ongeacht de situatie standvastig en kordaat was. Aan de basis daarvan lag zijn katholieke geloof. Zonder het geloof was het in zijn eigen woorden 'alsof je op een dolgedraaid kompas vaart.'
Al op 19-jarige leeftijd verruilde Petrus Josef Sietse de Jong de wal voor het ruime sop. De oorlogsjaren bracht hij door op onderzeeboot O-24. Hij wist de toen nog niet geheel afgebouwde boot aan het begin van de Tweede Wereldoorlog vanuit de Waalhaven in Rotterdam naar de overkant van het Kanaal te varen. Hij bevoer de wereldzeeën, vocht mee met de geallieerden en zou pas in 1946 weer voet aan wal zetten.
Piet de Jong maakte in 1959 letterlijk een vliegende entree in de politiek. Een helikopter hees hem aan een kabel van boord. Aan land werd hem gevraagd om namens de KVP staatssecretaris van Defensie voor de Marine te worden in het kabinet-De Quay. Zo kwam er een einde aan zijn carrière als marineofficier. Maar zijn hart bleef bij de zee.
Hij zei daarover: 'Als u me zou doorsnijden vindt u eerst de zee en dan pas de politiek. Ik bén eigenlijk niet van de politiek.'
Voor een man die niet van de politiek was, is Piet de Jong van grote betekenis geweest voor het bestuur van ons land. Als premier was hij een baken van stabiliteit in een woelige periode. Eind jaren '60 gistte en borrelde het in de samenleving. Kabouters, Dolle Mina's en krakers stonden op de barricades, het Maagdenhuis werd bezet en het Vietnamprotest bereikte een hoogtepunt.
Veel van zijn moed, besluitvaardigheid en kalmte waren terug te zien in zijn aanpak van de Molukse gijzeling op de Indonesische ambtswoning in Wassenaar. Volgens zijn biograaf presteerde hij op dat moment op de top van zijn kunnen.
Op dat moment en op vele andere momenten bewaarde hij de rust. Piet de Jong bezat het vermogen om te laveren tussen traditie en vernieuwing. Hij hechtte aan de verworvenheden van de Nederlandse rechtsstaat. Maar hij had ook een scherp oog voor de veranderende wereld in de jaren '60.
Zijn collega-ministers roemden hem als een man van goede verhoudingen. In zijn kabinet zorgde hij voor een prettige sfeer. Hij schonk vertrouwen en dwong respect af met zijn intelligentie, zijn openhartigheid en zijn standvastigheid.
'Zijn humor daalt als een gouden regen op je neer,' schreef een krant eens. Een goed voorbeeld daarvan is zijn eigen definitie van het begrip. Hij noemde humor 'een vleugje parfum in de spruitjesgeur van het dagelijks leven.'
Ikzelf denk met warme gevoelens terug aan de vele gesprekken en ontmoetingen die ik met hem had. Ook op zeer hoge leeftijd had Piet de Jong niets van zijn scherpzinnigheid, zijn strijdbaarheid en zijn ironie verloren.
Piet de Jong stierf op 101-jarige leeftijd na een rijk en betekenisvol leven. Namens het kabinet wens ik zijn kinderen, familieleden en vrienden de kracht toe om dit verlies te dragen. Hopelijk voelen zij zich getroost door het besef dat veel mensen met genegenheid, waardering en respect aan hem terugdenken.
Dank u wel.