Nederland wil landmijnen binnen tien jaar uitbannen
Elke dag komen tien mensen om het leven door landmijnen. Naast de honderden dodelijke slachtoffers elk jaar zijn landmijnen een belemmering voor het opbouwen van de samenleving na afloop van een conflict. Minister Ploumen (Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking): ‘Het verwoestende effect van landmijnen gaat nog lang door na het eind van de gewelddadigheden. Hulpverleners kunnen niet komen op de plek waar ze nodig zijn, vluchtelingen kunnen niet terugkeren naar huis, boeren kunnen hun land niet op. Voor duurzame vrede en stabiliteit moeten die ondingen worden opgeruimd.’ Het ministerie van Buitenlandse Zaken steunt daarom drie grote ontmijningsprojecten in 13 landen.
Nederland is een van de grootste donoren op het gebied van ontmijning en heeft de ambitie om landmijnen binnen 10 jaar uit te bannen. De afgelopen 4 jaar is er dankzij Nederland bijna 52 miljoen vierkante meter land ontmijnd en zijn meer dan 2 miljoen mensen voorgelicht over de gevaren van landmijnen. Ruim 5000 families kregen slachtofferhulp, 114 ambulances zijn aangeschaft en 425 verpleegkundigen werden getraind in het verzorgen van slachtoffers van landmijnen.
De nieuwe ontmijningsprojecten die vandaag bekend zijn gemaakt, zullen zich richten op het onderzoeken en ontruimen van landmijngebieden, het ontmantelen en vernietigen van mijnen, steun voor de slachtoffers en hun families, en het geven van voorlichting. Er gaan projecten van start in Afghanistan, Colombia, DRC, Irak, Libanon, Libië, de Palestijnse Gebieden, Mali, Somalië, Syrië, Zuid-Soedan, Kosovo en Oekraïne.
Ontmijning is een gedeelde prioriteit van minister Ploumen en minister Koenders (Buitenlandse Zaken). In totaal is er 45 miljoen euro beschikbaar gesteld voor 3 ontmijningsprojecten van The Halo Trust, Mines Advisory Group en de Danish Church Aid. 10 miljoen euro daarvan is voor acute ontmijningsnood, bijvoorbeeld in conflictgebieden als Irak en Syrië.