Toespraak van minister-president Mark Rutte in het Europees Parlement in Straatsburg
Toespraak van minister-president Mark Rutte in het Europees Parlement in Straatsburg op 5 juli 2016. De toespraak is in het Engels uitgesproken.
Mijnheer de voorzitter, leden van het Europees Parlement,
Op 24 juni werden veel Europeanen wakker met een kater en ik was er een van. Het is duidelijk dat Brexit een schok teweeg heeft gebracht waarvan we de gevolgen nog niet precies kennen. We staan op onbekende grond. En we moeten eerlijk zijn: zelfs met een perfecte scheidingsprocedure zijn niet alle problemen als sneeuw voor de zon verdwenen. Want het zijn niet alleen de Britse kiezers die twijfel hebben over de Europese samenwerking. Ook in andere lidstaten klinkt kritiek en is er scepsis over de EU, ook in mijn land, en dat moeten we adresseren.
Als scheidend voorzitter van de Raad van de Europese Unie sta ik hier met een dubbel gevoel. Er zijn de laatste maanden de nodige concrete resultaten geboekt. Maar er is ook een gevoel teleurstelling over het 'leave' van onze Britse vrienden, die zichzelf en de inwoners van de andere lidstaten voor een groot probleem hebben gesteld. Brexit schept een nieuwe werkelijkheid, waarmee we zo verstandig mogelijk moeten gaan om de schade voor de lidstaten en voor de Britten zelf zoveel mogelijk te beperken. Alle partijen zijn erbij gebaat om zo snel mogelijk, zo snel als verantwoord is, duidelijkheid te krijgen over hoe het verder gaat. Dat zal de komende periode veel aandacht vergen.
En we schaken wel op verschillende borden tegelijkertijd. Want dit gaat niet alleen over een door velen ongewilde scheiding, maar meteen ook over de vraag wat dit betekent voor de samenwerking tussen de andere 27 lidstaten. De Europese Unie is er om problemen aan te pakken en kansen te grijpen die grensoverschrijdend zijn. Die te groot zijn voor een land alleen. De lidstaten hebben elk hun belangen, die voor een flink deel overlappen. En dat gezamenlijke belang is het werkterrein van de EU. Daar ligt de basis voor draagvlak en legitimatie. En het is zeker geen nieuw inzicht, maar ik heb de laatste 6 maanden weer bevestigd gezien hoezeer de EU dat verschil ook kan maken. Hoe samenwerking resultaten oplevert die individuele lidstaten nooit kunnen bereiken.
Het meest duidelijk is dat natuurlijk in de overeenkomst met Turkije over het opvangen van de vluchtelingenstroom uit Syrië. Daar is de laatste maanden veel over gezegd en geschreven. En in alle openheid: is die overeenkomst in alles ideaal?? Nee. Maar was deze deal noodzakelijk? Absoluut.
En het kon alleen gezamenlijk. Want alleen samen konden we dat criminele business model van de mensensmokkelaars doorbreken en ervoor zorgen dat er veel minder mensen een afschuwelijke verdrinkingsdood sterven. In januari verdronken in een maand bijna 90 personen in de Egeïsche zee. Voor de hele periode sinds 20 maart zijn dat er minder dan 10; al zijn dat er nog steeds 10 teveel. Alleen samen konden we een paar weken geleden de Europese grenswacht versterken. En alleen samen kunnen we in de komende tijd verder uitvoering geven aan alle afspraken die er liggen over de inrichting van hotspots, een betere registratie, de herverdeling van vluchtelingen over de lidstaten, en het verbeteren van de situatie in de regio. Ik vertel geen geheim als ik zeg dat juist in de uitvoering van alle afspraken nog een forse opdracht ligt. Maar er is zeker ook voortgang geboekt. Zo zijn er tussen maart en juni bijna 100.000 stoelen in klaslokalen bijgekomen voor vluchtelingenkinderen in Turkije.
Een ander voorbeeld is de strijd tegen het terrorisme. Dat is per definitie een grensoverschrijdende dreiging die om een internationaal antwoord vraagt. We vergeten nooit meer hoe op 22 maart Brussel en daarmee Europa in het hart werden geraakt. We werden vorige week nog opgeschrikt door nieuwe afschuwelijke aanslagen op de luchthaven van Istanbul. En een paar dagen geleden in Bagdad. De laatste maanden zijn er belangrijke besluiten genomen. Onder andere over een betere informatie-uitwisseling tussen de inlichtingendiensten en over het delen van passagiersgegevens, zonder dat de privacy in het gevaar komt. Het laat zien dat de alertheid en de bereidheid tot samenwerking op dit terrein toenemen - en ook dat is broodnodig.
Het ultieme voorbeeld dat laat zien hoe de EU meer kan zijn dan de som der delen is natuurlijk de interne markt. Vanuit de gedachte dat het urgente - de allesoverheersende vluchtelingencrisis - het belangrijke niet mag verdringen, is versterking van de interne markt steeds een prioriteit gebleven van het Nederlandse voorzitterschap. Vorige week heeft de Europese Raad vastgelegd dat alle plannen en voornemens die de Commissie voor de interne markt heeft ontwikkeld uiterlijk eind 2018 realiteit zullen zijn. En we zullen de voortgang in de lidstaten elk jaar in juni in alle openheid bespreken. Ik ben blij met deze nieuwe vorm van zelfopgelegde dwang, die tot actie dwingt.
U, als leden van het Europees Parlement, hebt daarin een belangrijke rol. Uiteraard als wetgever, maar ook als aanjager, want het was uw rapport over 'the cost of non-Europe' dat de laatste maanden een belangrijke rol speelde in de discussie. Vervolmaking van de interne markt levert jaarlijks 1250 miljard euro extra op en daarmee miljoenen banen. Dat argument is overtuigend gebleken. Naast een diepere interne markt hebben we ook een eerlijke interne markt nodig waarbij het principe geldt van gelijk loon voor gelijk werk in dezelfde situaties.
Dames en heren, migratie, terrorisme, interne markt en Brexit - dat waren de Europese headlines de laatste maanden. Maar voor en achter de schermen is er op veel meer terreinen hard gewerkt. Ik noem het akkoord over een gezamenlijke aanpak van belastingontwijking door multinationals. Ik noem de voortgang in uiteenlopende dossiers als het Vierde Spoorpakket, de nationale emissieplafonds en het plan van aanpak voor de circulaire economie. En laat ik ook maar meteen zeggen dat niet op alle terreinen de gehoopte voortgang is bereikt, denk bijvoorbeeld aan de 'trade defence instruments' en de detacheringsrichtlijn.
En deze korte opsomming is misschien wel typerend voor de manier waarop de Europese besluitvormingsmachine werkt: met kleine stappen vooruit en af en toe een stap opzij of terug. De EU is per definitie werk in uitvoering en dat is op zichzelf prima. Maar zoals ik al zei: Brexit is een signaal - en bepaald niet het enige signaal - dat laat zien dat verandering nodig en onvermijdelijk is. Ik ben overigens ook bepaald niet de eerste en enige die dat zegt.
Het is mijn absolute overtuiging dat het slechtste antwoord op het 'leave' van the UK zou zijn om in de Brusselse binnering en in de Europese hoofdsteden door te gaan met 'business as usual'. Dat zou een volkomen miskenning zijn van de realiteit in de lidstaten.
Wat naar mijn mening ook een slechte keus zou zijn, is de blinde vlucht vooruit naar meer politieke integratie en een federaler Europa. Ook dat zou een volkomen miskenning zijn van het sentiment onder veel inwoners van Europa, voor wie de EU een ver-van-mijn bed-show is, of is geworden.
De enige zinvolle discussie over 'minder' en 'meer' Europa is naar mijn mening die over minder bureaucratie, red tape en detailregelgeving en meer concrete en zichtbare resultaten in termen van welvaart, eerlijk werk en veiligheid. En ik realiseer mij na dit half jaar heel goed dat er geen toverspreuk is om alle discussies over de EU van de ene de andere dag te doen verstommen. Bouwen aan draagvlak en steun kost nu eenmaal tijd en zweetdruppels.
U herinnert zich misschien dat ik in januari zei dat Nederland vooral een pragmatisch voorzitter wilde zijn. Dienstbaar aan de lidstaten, die zich uiteindelijk moeten herkennen in alle gezamenlijke besluiten. Dienstbaar aan het verder brengen van de lopende agenda. En dienstbaar aan de dwingende actualiteit van migratie en terrorismedreiging.
Ik hoop dat deze manier van werken zichtbaar is geweest en ook heeft bijgedragen aan de resultaten die we met elkaar hebben bereikt. Voor lang stilstaan en terugblikken is eigenlijk geen tijd; en niet alleen vanwege Brexit. We moeten de afspraken met Turkije uitvoeren. De instabiliteit rondom Europa en de daarmee samenhangende migratie vanuit Noord-Afrika vraagt om een antwoord en actie. En ook op de interne markt is er nog veel werk aan de winkel.
Ook daarom wens ik de EU, alle instituties, alle lidstaten en alle inwoners nog veel meer pragmatisme toe. Mijn ervaringen in dit half jaar onderstrepen voor mij dat een EU die levert, die focust op hoofdthema's en onderwerpen die grensoverschrijdend zijn, die afspraken maakt en ze ook gewoon nakomt - dat die EU steviger staat en sterker kan worden.
Dames en heren, ik spreek tot slot graag mijn dank uit in de richting van de Commissie, de collega's in de Raad en niet in de laatste plaats in uw richting voor de uitstekende en constructieve samenwerking. Het was ons een grote eer en genoegen en ik wens Slowakije graag alle succes toe in het komende half jaar.
Dank u wel.