Verbeteringen in de schuldhulpverlening
Jetta Klijnsma trekt de komende drie jaar 7,5 miljoen euro extra uit voor schuldhulpverlening. De staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid past wetgeving aan waar dat nodig is, wil de professionaliteit en de registratie in de schuldhulp verbeteren en laat de inspectie onderzoek doen naar de toegankelijkheid. Zodat mensen die er zelf niet in slagen hun problematische schulden op te lossen, vaker op een passende manier kunnen worden geholpen.
Met dat doel is vier jaar geleden de Wet gemeentelijke schuldhulpverlening in het leven geroepen. De evaluatie van die wet laat zien dat veel is verbeterd. Gemeenten pakken problemen meer integraal aan, bieden steeds meer soorten van schuldhulpverlening en hebben meer aandacht voor het voorkomen en op tijd in beeld krijgen van problematische schulden.
Maar Klijnsma vindt ook uit de evaluatie blijken dat er verbeterpunten zijn. Daarom koppelt zij actie aan de uitkomsten, na intensief overleg met onder meer VNG, Divosa, NVVK, Sociaal Werk Nederland en cliëntenraad LCR. Die organisaties wijzen er op hoe belangrijk het is dat mensen niet zondermeer worden geweigerd bij de schuldhulpverlening. Ze wijzen op het belang van de beslagvrije voet en van een goede afstemming tussen schuldeisers. Deze aanbevelingen en de knelpunten die de Ombudsman heeft verzameld gebruikt Klijnsma voor haar actieplan. “Mensen mogen zich niet in de steek gelaten voelen. Daarom wil ik samen met heel veel betrokken partners de schuldhulpverlening toegankelijker, transparanter en professioneler maken. Daar trek ik 7,5 miljoen euro voor uit.”
Uit de evaluatie blijkt dat het lastig is om inzicht te krijgen in de toegankelijkheid van de schuldhulpverlening. Volgens de wet moet een gemeente voor iedereen die aanklopt op individueel niveau bepalen welke hulp het beste past. Hoewel daar geen harde cijfers over zijn, heeft Klijnsma toch de indruk dat er naast alle mensen die goed worden geholpen, ook mensen tevergeefs bij gemeenten aankloppen.
Daarom kondigt zij acties aan:
- Toegankelijkheid
Om helder te krijgen hoe het met de toegang tot schuldhulpverlening in de praktijk is gesteld laat Klijnsma de Inspectie op korte termijn onderzoek doen. Blijkt daar uit dat de wet moet worden aangescherpt, dan doet zij dat. Het wetsvoorstel wordt alvast voorbereid zodat het snel na afronding van het onderzoek kan worden ingediend als dat nodig blijkt. - Aanpassen wetgeving om knelpunten op te lossen
De aanpak van andere knelpunten in de regelgeving is al in gang gezet. Sinds januari zijn alle gerechtsdeurwaarders aangesloten op het beslagregister, de overheid volgt. De vereenvoudiging van de beslagvrije voet gaat dit jaar naar de Kamer. Het breed moratorium wordt volgend jaar van kracht. Wanbetalers in de zorg krijgen een aanzienlijk lagere bestuursrechterlijke premie. -
Meten is weten
Om goed beleid te kunnen maken hebben gemeenten meer cijfers nodig. Daarom gaan kabinet, VNG, Divosa en NVVK aan de slag om betere sturings- en monitoringsinformatie te organiseren. Met de benchmark armoede en schulden kunnen gemeenten met elkaar worden vergeleken. - Professionalisering en innovatie
De VNG, de NVVK, Divosa en Sociaal Werk Nederland ontwikkelen met SZW, de cliëntenraad en Nibud als partners een ondersteuningsprogramma om de schuldhulpverlening te professionaliseren. Dat gaat van schuldhulpverleners in de uitvoering, beleidsmedewerkers bij gemeenten tot wethouders en cliëntenraden. Ook krijgen gemeenten en maatschappelijke organisaties, waarbij veel vrijwilligers aan de slag zijn, ondersteuning bij het terugdringen van problematische schulden.