Steun in Eerste Kamer voor wetsvoorstellen Veiligheid en Justitie

De Eerste Kamer heeft vandaag drie wetsvoorstellen met algemene stemmen aangenomen op het terrein van Veiligheid en Justitie. Het eerste wetsvoorstel regelt dat particulieren niet langer zonder vergunning chemische stoffen mogen kopen of bezitten waarmee explosieven gemaakt kunnen worden. Bedrijven krijgen de verplichting verdachte transacties, verdwijningen en diefstallen van deze stoffen (precursoren) te melden. De regeling treedt op 1 juni 2016 in werking.

Het wetsvoorstel is onderdeel van het actieprogramma Integrale aanpak jihadisme en vloeit voort uit een Europese verordening over het gebruik en het op de markt brengen van precursoren voor explosieven. De verwachting is dat de beschikbaarheid van die stoffen flink zal teruglopen. ‘De nieuwe regeling levert zo een belangrijke bijdrage aan de nationale veiligheid’, aldus minister Van der Steur.

Ook stemde de Eerste Kamer in met een verhoging van de gevangenisstraf voor mensensmokkel. Doel is de mensonterende activiteiten van mensensmokkelaars harder aan te pakken. Bovendien willen Van der Steur en Dijkhoff met de verhoging meer recht doen aan de ernst van het delict.

Het strafmaximum wordt verhoogd van 4 naar 6 jaar. Ook wordt het mogelijk een hogere straf op te leggen, als er sprake is van mensensmokkel bij de uitoefening van een ambt of beroep. De gevangenisstraf gaat in dat geval van 6 naar maximaal 8 jaar. Betreft het beroepsmatige activiteiten of activiteiten in georganiseerd verband, dan wordt de gevangenisstraf 10 jaar in plaats van de huidige 8 jaar. Verder laten de bewindslieden ook ernstig lichamelijk letsel of zelfs overlijden als gevolg van mensensmokkel zwaarder wegen. Criminelen kunnen dan respectievelijk 15 jaar of 18 jaar gevangenisstraf krijgen. De maatregel treedt op 1 juli 2016 in werking.

Verder nam de senaat een wetsvoorstel aan waardoor de Politieacademie wordt opgenomen in het politiebestel en er een betere afstemming van het onderwijsaanbod van de Politieacademie komt op de wensen van de beroepspraktijk. Van der Steur: ‘Met deze wet wordt de kwaliteit van het politieonderwijs geborgd met behoud van de onafhankelijke positie van de Politieacademie.’ De civiele diploma-erkenning en aansluiting bij het reguliere onderwijs van het politieonderwijs blijven gewaarborgd.

Daarnaast wordt het college van bestuur van de Politieacademie vervangen door een directeur, bijgestaan door een plaatsvervanger. Ook de raad van toezicht komt te vervallen. Er komt een raad van advies. De sterkte en middelen van de Politieacademie worden ondergebracht bij de politie. De politie stelt op basis van een verdeling van de minister sterkte en middelen ter beschikking aan de Politieacademie. Dat zorgt voor een betere uitwisseling tussen de beroepspraktijk en het docentschap en voor samenhang op het gebied van inkoop, management en huisvesting. De regeling treedt op 1 januari 2017 in werking.