Ploumen: belangrijke stappen gezet naar efficiëntere noodhulp

Minister Ploumen (Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking) is zeer positief over de afspraken voor grotere efficiency en daadkracht van noodhulp. 'De overeenkomsten tussen donorlanden en hulporganisaties die hier op de top in Istanboel zojuist officieel zijn bekrachtigd, zijn een goede basis om al die miljoenen mensen in nood nog beter en sneller te ondersteunen. Er zijn belangrijke stappen gezet,’ aldus de minister die deze dagen de World Humanitarian Summit (WHS) in de Turkse stad Istanboel bijwoont.
 

Op initiatief van de Verenigde Naties hebben regeringen, hulporganisaties, ondernemingen, ngo's zich bezonnen over de toekomst van humanitaire hulp. Voor het eerst is zo’n breed scala aan betrokkenen samen om tafel gegaan. Dat is hard nodig omdat het aantal vluchtelingen en ontheemden sinds de Tweede Wereldoorlog nog nooit zo hoog is geweest. Het aantal vluchtelingen wereldwijd dat afhankelijk is van noodhulp ligt nu op circa 60 miljoen. Het tekort om deze mensen te helpen wordt door de VN geschat op 20 miljard dollar per jaar. Ploumen: 'Om dat gat te overbruggen is niet alleen meer geld nodig, maar ook meer efficiency en innovatie. We moeten dus nog meer hulp halen uit elke euro die door overheden of particulieren wordt gegeven.'

De nieuwe afspraken voor grotere efficiency, ook wel ‘Grand Bargain’ genoemd, houden onder meer het volgende in: Meer samenwerking tussen hulporganisaties op het gebied van planning en kostendeling, bijvoorbeeld inkoop. Een volwaardige rol voor lokale organisaties, zij hebben een scherp inzicht in wat ter plekke nodig is, werken vaak goedkoper. Verder zal er meer gewerkt worden met cashgeld voor vluchtelingen in plaats van traditionele voedselpakketten. Een volgende vernieuwing is dat hulporganisaties minstens 30 procent van hun budget ‘ongeoormerkt’ mogen besteden, dus zelf kunnen bepalen welke mensen in welke regio’s de hulp het hardste nodig hebben. Daar staat tegenover dat ze veel transparanter worden in hun bestedingen, zodat donoren een helder inzicht krijgen in waar en hoe hun geld wordt besteed. ‘Met meer dan dertig partijen, met elk een totaal andere achtergrond, was het  lang niet gemakkelijk om iedereen op dezelfde lijn te krijgen. Maar omdat bij allemaal het besef groot was dat er zaken moeten veranderen, omdat miljoenen mensen anders letterlijk in de steek worden gelaten, zijn we eruit gekomen en hebben we belangrijke stappen gezet op weg naar efficiëntere noodhulp,’ aldus de minister.

Aan de Grand Bargain is het afgelopen jaar hard gewerkt door de VN, de EU, een reeks donorlanden en grote hulporganisaties. Nederland gaf de aftrap in Amsterdam en is nauw betrokken gebleven tot de doorbraak. 'Als land dat op humanitair gebied voortdurend bij de top tien staat zijn we verplicht om een duidelijke rol te spelen in hoe we het geld voor noodhulp nog beter kunnen besteden, zodat nog meer mensen de ondersteuning krijgen die ze zo hard nodig hebben.'