Toespraak van staatssecretaris Martin van Rijn (VWS) een nieuwe fase van Generation R.

Toespraak van staatssecretaris Martin van Rijn (VWS) tijdens de start van Focus 13, een nieuwe fase van Generation R
in Rotterdam op 18 mei 2016.

Dames en heren, jongens en meisjes,

Allereerst wil ik de onderzoekers en medewerkers feliciteren met de start van de nieuwe fase die Generation R ingaat.

Tevens wil ik mijn bewondering uitspreken voor de 10.000 jongens en meisjes en hun ouders die al jarenlang belangeloos deelnemen aan dit grootschalige onderzoeksproject, en waarvan sommigen hier aanwezig zijn.

Zonder jullie was dit onderzoek niet mogelijk geweest.

Zo lang jullie leven zijn jullie al verbonden aan Generation R.
En zelfs nog eerder: toen jullie in de buik van jullie moeders zaten. De onderzoekers hebben toen scans gemaakt en allerlei vragen aan jullie ouders gesteld. En dat is sindsdien non-stop doorgegaan. Jullie zijn regelmatig onderzocht en jullie ouders hebben tientallen vragenlijsten ingevuld.

Hopelijk blijven jullie dat de komende jaren ook doen! Want het levert een schat aan informatie op waarmee we kinderen niet alleen in Rotterdam, maar in heel Nederland kunnen helpen om gezond en veilig op te groeien.

Generation R is een bijzonder onderzoek.
Niet alleen omdat het om een grote groep jongens en meisjes gaat en al jarenlang loopt, maar ook omdat de groep bestaat uit jongeren met heel verschillende achtergronden.
Zo zijn er maar liefst 160 nationaliteiten vertegenwoordigd.

Dankzij deze totaalaanpak komen we steeds meer te weten over verschillen in gezondheid die samenhangen met etniciteit of sociaal economische achtergrond.

Het belang van Generation R is dan ook niet te onderschatten.
Dit langlopend onderzoek helpt mee een antwoord te vinden op de belangrijke vraag: Waarom gaat het met de meeste kinderen goed en met andere kinderen niet?

Generation R sluit aan op mijn plannen om jongeren te helpen bij gezond en veilig opgroeien.

Hoe meer we weten over wat nodig is voor een zorgeloze en gezonde jeugd, hoe beter we jongeren – én hun ouders en opvoeders - kunnen ondersteunen bij het opgroeien en opvoeden.

Mijn beleid is daarom gericht op een goede jeugdgezondheidszorg.
Maar dat is niet voldoende. Ik wil ook een gezonde leefstijl onder jongeren stimuleren: voldoende bewegen, goed eten, een gezond gewicht en het tegengaan van roken, drinken en het gebruik van drugs.
Het Rotterdamse onderzoek levert veel gegevens op die ik kan gebruiken om dit beleid goed vorm te geven en te verbeteren als dat nodig is.

En ook de jeugdgezondheidszorg en scholen kunnen met de resultaten aan de slag.

Dat geldt zeker voor de fase waarin het onderzoek nu is beland: de tienerleeftijd.
Een buitengewoon belangrijke tijd waarin heel veel gebeurt.
Waarin kinderen jongvolwassenen worden.
Waarin ze een eigen leefstijl ontwikkelen, vrienden soms belangrijker vinden dan hun ouders, verliefdheden en liefdesrelaties ontstaan, de studiekeuze zich aandient en sommigen al zelfstandig gaan wonen.

De meeste jongeren komen zonder noemenswaardige problemen door deze leeftijdsfase heen.
Maar soms gaat het fout en ontspoort iemand.
Waardoor komt dat? Hoe kunnen we dat als samenleving voorkomen?  En hoe kunnen we jongeren die in de problemen geraken het beste helpen?

Hopelijk levert Generation R een bijdrage aan het beantwoorden van deze vragen. Antwoorden waardoor ik als staatssecretaris mijn beleid kan verbeteren en waarmee ook de jeugdgezondheidszorg en scholen hun voordeel kunnen doen.

Daarnaast zijn de tienerjaren voor de onderzoekers nog om een andere reden een uitdaging.
Pubers willen zich nogal eens afzetten tegen het gezag en bestaande normen en waarden. Dat kan er toe leiden dat ze niet langer zin hebben in een nieuw onderzoek of het invullen van een vragenlijst. Het is aan de onderzoekers en hun medewerkers om de jongeren te blijven motiveren deel te nemen aan het onderzoek.

Tot de jongeren hier aanwezig wil ik dat graag ook zeggen: Blijf lid van Generation R. Ook al vind je het niet altijd even leuk, dankzij jullie kunnen we in de toekomst kinderen in heel Nederland beter ondersteunen om gezond en veilig op te groeien.

Ga zo door.
Dat geldt ook voor de ouders. U bent ook onmisbaar voor dit belangrijke onderzoek.

Om zelf het belang van deze fase van het onderzoek te onderstrepen heb ik voor de komende vier jaar enkele miljoenen euro beschikbaar gesteld.

En ook de Rotterdamse bevolking en bedrijven steunen Generation R op verschillende manieren.
Zo zijn er garagehouders die auto’s uitlenen waarmee de onderzoekers kunnen rondrijden. Hebben sporters afgelopen december 350.000 euro opgehaald voor het onderzoek en heeft de stichting Bevordering Volkskracht geholpen met het maken van het MRI-centrum.

En andersom steunt Generation R – behalve door de onderzoeksresultaten – Rotterdam. Zo starten onderzoekers met de gemeente een Centrum voor Zwangerschap en Kind en hebben ze onderzoeksapparatuur, die ze niet meer gebruiken, aan de dierenarts van Blijdorp gegeven.

Dames en heren,

Ik sluit af.

Ik wens de onderzoekers en medewerkers van Generation R veel succes met deze nieuwe fase in dit belangrijke onderzoek.

En ik hoop dat de deelnemende jongeren en hun ouders net zo enthousiast als de afgelopen jaren aan het onderzoek blijven deelnemen. Want nogmaals: zonder jullie is er geen onderzoek!