Wereldwijd verdrag voor uitlevering bij internationale misdrijven
Meer dan 50 landen gaan binnen een jaar onderhandelen over een wereldwijd verdrag voor rechtshulp en uitlevering bij internationale misdaden. Dat maakte minister Koenders (Buitenlandse Zaken) dinsdag bekend. Door het verdrag moet het makkelijker worden om verdachten van genocide, oorlogsmisdrijven en misdrijven tegen de menselijkheid tussen landen uit te leveren en samen te werken op het gebied van rechtshulp.
Het initiatief voor dit nieuwe verdrag is genomen door Nederland, samen met Argentinië, België en Slovenië. ‘Inmiddels hebben tientallen landen aangegeven dat ze willen meepraten over het verdrag. We verwachten dat meer landen zich de komende tijd zullen aansluiten’, zei minister Koenders, die hoopt dat het verdrag ertoe zal leiden dat verdachten hun straf niet meer kunnen ontlopen.
‘Er zijn nu al veel afspraken gemaakt tussen landen onderling. Die voldoen soms niet of er zijn net geen afspraken met het land waar een verdachte of belangrijke informatie aanwezig is. Met een wereldwijd verdrag moeten we de gaten in dit netwerk kunnen dichten’, stelt Koenders. Uitlevering moet daardoor sneller gaan, net als het uitwisselen van informatie over verdachten.
De minister realiseert zich dat het de nodige tijd zal kosten om tot een verdrag te komen. ‘Maar dat het een lastige taak is, wil niet zeggen dat we er niet aan moeten beginnen. We zetten onze schouders hieronder, om een einde te maken aan de straffeloosheid van verdachten van ernstige misdrijven’, zegt Koenders. ‘Bovendien is het een verbetering voor het internationaal recht. En daar hecht Nederland zeer aan’, zegt Koenders.
De minister deed zijn uitspraken bij de opening van het nieuwe gebouw van het Internationaal Strafhof in Den Haag. Koenders noemde de nieuwbouw een eerbetoon aan de toewijding van velen die zich inzetten voor vrede en recht.
Het strafhof vervolgt verdachten van genocide, misdrijven tegen de menselijkheid en oorlogsmisdrijven indien landen dat zelf niet willen of kunnen. Sinds de oprichting in 2002 is het aantal landen dat partij is meer dan verdubbeld, van 60 naar 124. Toch is dit volgens Koenders niet genoeg en zouden meer landen zich moeten aansluiten bij het Hof. ‘Geen enkel land dat zich inzet voor de rechtsstaat en voor de berechting van diegenen die internationale misdrijven begaan, zou moeten aarzelen zich aan te sluiten bij het strafhof’, aldus Koenders.