Jaarlijks ongeveer 250 kindhuwelijken in Nederland
In Nederland komen naar schatting jaarlijks 250 huwelijken met een minderjarige voor. Exacte cijfers zijn lastig te geven, omdat deze huwelijken vaak in gesloten gemeenschappen worden voltrokken.
Beeld: ©ANP / Jean-Pierre Jans
Dat blijkt uit een onderzoek van de Universiteit Maastricht en het Verwey-Jonker Instituut. Het onderzoek, over de periode 2013-2014, werd gedaan in opdracht van minister Asscher van Sociale Zaken en Werkgelegenheid.
Van de circa 500 kindhuwelijken in 2013 en 2014 vonden er zo’n 160 plaats onder asielzoekers. In onder meer de Somalische gemeenschap kwamen kindhuwelijken relatief vaak voor. Het huwelijk met een minderjarige wordt vaak buiten het zicht of in het buitenland gesloten, waarna de gehuwden naar Nederland terugkeren. De meeste van de minderjarige huwelijkskandidaten zijn 16 of 17 jaar. Volgens de onderzoekers wordt de leeftijd van minderjarige huwelijkskandidaten hoger, omdat steeds meer ouders belang hechten aan een goede opleiding voor hun kinderen voordat ze trouwen.
Minister Asscher: ‘Kinderen horen naar school te gaan en plezier te maken, niet te trouwen. Sinds vorig jaar is in ons land een huwelijk met een minderjarige dan ook onder geen enkele voorwaarde toegestaan. En ook voor volwassenen geldt dat je in dit land zelf bepaalt of en met wie je trouwt’.
Ook huwelijken die in het buitenland worden gesloten tussen mensen jonger dan 18 jaar, worden in ons land niet erkend. Dat betekent dat minderjarige gehuwden niet op basis van gezinshereniging naar Nederland kunnen komen. Gehuwde minderjarige vluchtelingen worden wel toegelaten, maar hun huwelijk wordt niet erkend en ze worden onder voogdijschap geplaatst.
Het dwingen van iemand, minderjarig of meerderjarig, tot een huwelijk is in ons land strafbaar. Mensen die zich hier schuldig aan maken riskeren een gevangenisstraf van twee jaar. Het kabinet trekt tot en met 2017 jaarlijks een miljoen euro uit voor de aanpak van gedwongen huwelijken. Dat geld wordt bijvoorbeeld gebruikt om docenten te trainen in het herkennen van signalen van huwelijksdwang.
Ook zijn vrijwilligers opgeleid om gedwongen huwelijken en andere taboeonderwerpen in verschillende gemeenschappen bespreekbaar te maken. De minister neemt de problematiek van kindhuwelijken mee in deze aanpak. Zo kunnen ook slachtoffers van kindhuwelijken terecht op www.trouwentegenjewil.nl voor hulp en informatie. Onder meer het COA, gemeenten, de aanbieders van inburgeringscursussen en sleutelfiguren in de verschillende gemeenschappen, krijgen informatie over kindhuwelijken aangeboden.
De onderzoekers van de Universiteit Maastricht en het Verwey-Jonker Instituut concluderen verder dat in de Afghaanse, de Somalische, de Surinaamse, Iraanse en Pakistaanse gemeenschappen, relatief veel onwettige religieuze huwelijken voorkomen. Een huwelijk mag in ons land alleen door een geestelijke gesloten worden als er eerst een burgerlijk huwelijk heeft plaatsgevonden. Veel bruidsparen zijn zich hier niet van bewust. Geestelijken die toch zulke onwettige huwelijken sluiten zijn strafbaar en kunnen een boete of celstraf krijgen. Dit om huwelijkse situaties te voorkomen waarbij de betrokkenen niet door de Nederlandse wet worden beschermd. Ook hierover krijgen de betrokken partijen de komende tijd informatie aangeboden.