Oproep Ploumen: stop geweld tegen vrouwen en meisjes op de vlucht
Minister Ploumen voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking heeft vanmiddag een oproep gedaan om een eind te maken aan (seksueel) geweld tegen meisjes en jonge vrouwen die op de vlucht zijn. ‘We doen een beroep op alle leiders. Zowel van VN-organisaties als andere instellingen die vluchtelingen opvangen. Maar ook politieke, maatschappelijke en religieuze leiders moeten hiertegen optreden en met hun achterban in gesprek gaan. Elk moet er vanuit zijn of haar verantwoordelijkheid alles aan doen om deze vormen van misbruik zoveel mogelijk terug te dringen.’
Ploumen zei dit tijdens een talkshow van het vrouwenplatform Gelijk=Anders in Dudok in Den Haag, waar ook directeur Phumzile Mlambo Ngcuka van de VN vrouwenorganisatie voor aanschoof. De minister kondigde daar steun aan voor een nieuw programma van UNWomen voor Syrische vluchtelingenvrouwen in Irak, Libanon en Jordanië. Hierbij ligt de nadruk op versterking van hun positie in diverse opzichten, variërend van een veiliger leefomgeving tot versterking van hun economische positie en een rol bij het bevorderen van verzoening en het voorkomen van gewelddadig extremisme. Daarnaast wordt een initiatief in Irak gesteund dat zich specifiek richt op de bescherming van vrouwen die slachtoffer zijn van (seksueel) geweld. Zowel in Bagdad als in andere Irakese steden worden ze opgevangen in veilige huizen. Naast huisvesting wordt ook psychosociale hulp aangeboden. Voor beide programma's is in totaal 2,5 miljoen euro vrijgemaakt.
De minister gaf verder aan dat VN-organisaties, andere hulporganisaties en instanties die vluchtelingen opvangen, extra aandacht moeten geven aan de veiligheid van vrouwen. ‘Dat varieert van meer verlichting in vluchtelingenkampen, zodat vrouwen veiliger naar het toilet kunnen, tot onderwijs- en voorlichtingsprogramma’s waarin wordt uitgelegd dat je van een vrouw afblijft,' aldus Ploumen, die benadrukte de komende tijd aandacht te zullen blijven vragen voor de veiligheid van vrouwen op de vlucht. Ploumen en Ngcuka wezen behalve op de problemen die vrouwelijke vluchtelingen onderweg ervaren ook op de aanrandingen en verkrachtingen van vrouwen in Keulen en andere Europese steden.
Minister Ploumen maakte gisteren al bekend dat Nederland dit jaar -bovenop het reguliere budget van ruim 200 miljoen- nog eens 127 miljoen euro uitgeeft aan humanitaire hulp. Ook hierbij wil de minister meer aandacht voor de veiligheid van vrouwen en meisjes. Zo verleent Nederland hulp aan Yezidi-vrouwen en meisjes die slachtoffer zijn geworden van seksueel geweld door ISIS. Ook steunt Nederland projecten van ngo’s om vrouwelijk leiderschap te bevorderen en om geweld tegen vrouwen tegen te gaan. UN Women is ook op dit vlak actief en traint bijvoorbeeld Syrische vrouwen om deel te nemen aan de vredesbesprekingen. Nederland is hier een belangrijke partner van. De minister: ‘Vrouwen zijn meer dan eens dubbel slachtoffer. Ze zijn op de vlucht voor oorlog en geweld, en worden ook nog eens misbruikt. We moeten alles doen om ze te helpen en dit verschrikkelijke probleem zoveel mogelijk terugdringen.’