Kabinet en VNG eens over meer geld organisatie referendum

Gemeenten krijgen eenmalig en maximaal €30 miljoen om het referendum over het associatieverdrag met Oekraïne te organiseren. Dat is €10 miljoen meer dan eerder door het kabinet toegezegd. Minister Plasterk (BZK) schrijft vandaag aan de Tweede Kamer dat hij en de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) daarover overeenstemming hebben bereikt.

Het kabinet vindt het belangrijk dat het referendum van 6 april aanstaande goed wordt voorbereid en georganiseerd. Tegelijkertijd is het onbekend hoeveel referenda er in de toekomst worden gehouden en moet daarom goed gelet worden op de kosten. De VNG onderschrijft dit en is akkoord met de toegezegde vergoeding van het Rijk.

Het organiseren van een referendum is eenvoudiger dan van algemene verkiezingen. Zo zijn er geen kieslijsten met partijen en is het tellen van stemmen (voor of tegen) gemakkelijker. De kosten liggen dan naar verwachting ook lager dan bij verkiezingen.

Om daar preciezer inzicht in te krijgen zal een onafhankelijke commissie in kaart brengen hoe een referendum zorgvuldig en sober kan worden georganiseerd. De resultaten van dat onderzoek zijn na de zomer beschikbaar en vormen de basis voor verder overleg met de VNG over de manier van bekostigen van mogelijke toekomstige referenda.