Meer academische leraren door vernieuwde masteropleidingen
Universitaire lerarenopleidingen worden flexibeler ingericht en gaan studenten beter voorbereiden op het werk voor de klas. Op voorstel van de VSNU maakt minister Bussemaker de vernieuwing van de masteropleidingen mogelijk. De bewindsvrouw schrijft dit in een brief aan de Tweede Kamer. Ze neemt de voorstellen die de VSNU heeft gedaan integraal over.
,,De kwaliteit van onderwijs staat of valt met de docent die voor de klas staat. De universiteiten bewijzen het onderwijs een grote dienst met hun voorstellen. Ik steun het dan ook van harte’’, aldus minister Bussemaker. Karl Dittrich, voorzitter van de VSNU: “We verwachten dat meer studenten voor een lerarenopleiding kiezen en dat de opleiding beter aansluit bij hun verwachtingen. We zijn dan ook blij met de steun van de minister”.
Met de maatregelen, die al volgend studiejaar ingaan, worden tweejarige educatieve masteropleidingen de hoofdroute naar het academisch geschoolde leraarschap. Voor het leraarschap wordt daarmee een tweede scriptie overbodig en ontstaat meer ruimte voor het opdoen van praktijkervaring. Universiteiten gaan daarnaast experimenteren met academische postgraduate lerarenopleidingen voor studenten die al een vakmaster op zak hebben en alsnog besluiten leraar te willen worden.
Leren in de praktijk
Met de nieuwe tweejarig educatieve master slaan universiteiten twee vliegen in een klap: studenten ronden vakken als Wiskunde, Duits of Biologie af op academisch masterniveau en leren tegelijkertijd de vaardigheden aan om die vakken te kunnen doceren aan scholieren. Dat laatste gebeurt voor een belangrijk deel in de praktijk, op de scholen zelf.
In de postgraduate lerarenopleiding hoeven studenten niet, zoals in een masteropleiding, opnieuw een masterscriptie te schrijven. Hierdoor is er in het programma meer tijd en ruimte voor vakdidactiek en leren in de praktijk. Anders dan bij een masteropleiding wordt deze opleiding flexibel aangeboden: studenten kunnen halverwege de opleiding al een lesbevoegdheid behalen en de rest van de opleiding afmaken in combinatie met een betaalde baan.
Didactische vaardigheden
In 2013 lanceerden de universiteiten in VSNU-verband hun gezamenlijke lerarenagenda, gericht op het opleiden van meer en beter gekwalificeerde academische docenten voor het voortgezet onderwijs. Dat is niet alleen belangrijk voor de kwaliteit van het onderwijs op middelbare scholen, maar draagt ook bij aan een goede voorbereiding van scholieren op het wetenschappelijk onderwijs. Praktische en didactische vaardigheden komen daarbij nadrukkelijker aan bod in het opleidingsprogramma. Zo leveren universiteiten meer academische leraren af die niet alleen uitblinken in hun kennis van het vak, maar ook in het overbrengen van die kennis.
Studenten geven aan dat de universitaire opleidingen tot docent op dit moment niet voldoende aansluiten bij hun verwachtingen. Er is veel aandacht voor de onderzoekende vaardigheden terwijl studenten verwachten vooral didactische vaardigheden te verwerven. De nieuwe opleidingsvormen pakken dit probleem aan, waarbij het behoud van het academische niveau van de opleidingen gegarandeerd blijft.