Toespraak van minister-president Mark Rutte bij de herdenking van de slachtoffers van vlucht MH17
Toespraak van minister-president Rutte bij de herdenking van de slachtoffers van vlucht MH17 op 17 juli 2015 in Nieuwegein.
Een jaar is voorbij.
Eén jaar pas.
Of is het toch: één jaar al?
Het is voor velen van u ongetwijfeld allebei tegelijk waar: de tijd die op 17 juli 2014 stil bleef staan terwijl de dagen, weken en maanden sindsdien voorbij vlogen, door alles wat er op u afkwam.
Het persoonlijke verlies, het verdriet en het gemis – dat is pijn die maar heel langzaam slijt en waarschijnlijk nooit helemaal.
Het was een jaar van rouw in beslotenheid, samen met familie en naaste vrienden, terwijl buiten een luidruchtige mediastorm woedde vol met nieuws, beelden en verhalen.
‘Mijn zus is een nieuwsfeit geworden’, zei iemand.
Er was de spanning van de identificatie en de stroom aan regelwerk.
Maar ook en vooral was er troost en bemoediging, van mensen die hun armen om u heen sloegen, in een land dat intens met u mee blijft leven.
Het was en is er allemaal tegelijk.
Het loopt door elkaar heen.
En iedereen beleeft en ervaart die opeenstapeling van emoties op zijn of haar eigen manier.
Het is goed dat daar ruimte voor is.
Het is ook nodig dat die ruimte er blijft.
Want de 298 unieke mensen die wij vandaag herdenken, zijn voor altijd verbonden met uw levens en die van duizenden anderen.
Levens die doorgaan ‘met een hap eruit’, zoals een nabestaande het laatst noemde.
Vandaag is een moeilijke dag – een dag van herbeleving.
Het kan niet anders, of alles komt weer boven.
Hoe en waar u het nieuws hoorde – dat bevroren moment in de tijd.
Het rauwe besef dat de dood op een onbekende plek duizenden kilometers ver weg uw huis binnen was gevlogen.
Het ongeloof, het beklemmende gevoel van onmacht en alle tranen.
Het is allemaal nog zó dichtbij.
Tegelijkertijd is dit een dag om herinneringen te delen.
Om stil te staan bij het mooie en het goede dat de slachtoffers van MH17 nalaten.
En daarmee is het hopelijk ook een dag van troost en hoop, die helpt om door te leven.
Ik wil vandaag ook dit zeggen.
Bij alle verdriet dat er toch al was, is er het afgelopen jaar bovenmenselijk veel gevraagd van uw geduld en vertrouwen, dat realiseer ik mij heel goed.
Des te groter is het respect voor de waardigheid die u hebt getoond.
En ik wil u daar uit de grond van mijn hart voor bedanken.
Want na het verdriet om het intense gemis is de lange en complexe nasleep misschien wel een van de moeilijkste dingen: de berging van de lichamen en wrakstukken, het onderzoek naar wat er precies is gebeurd, en alles wat daarop nog moet volgen om maximaal recht te doen aan uw dierbaren.
Toch is het juist dat wat iedereen wil en tientallen, zo niet honderden mensen werken daar elke dag aan, met hart en ziel.
En dat blijven zij doen.
Dames en heren, het eerste, moeilijke jaar is voorbij.
En hoe ieder van u dit moment ook ervaart, zeker is dat de slachtoffers van MH17, uw geliefden, voor altijd in onze herinnering blijven.
U wens ik toe dat in die herinnering hoop en kracht schuil gaan.