Scherpere eisen aan bewaarders voor meer vertrouwen beleggers
De taken van bewaarders van instellingen voor collectieve belegging in effecten (icbe), worden uitgebreid en de regels waaraan bewaarders moeten voldoen, worden aangescherpt. De ministerraad heeft op voorstel van minister Dijsselbloem van Financiën ingestemd met het wijzigen van de Wet op het financieel toezicht waarmee deze zaken worden geregeld.
De wijzigingen in de Wet op het financieel toezicht dienen ter implementatie van de Europese richtlijn tot wijziging van de richtlijn instellingen voor collectieve belegging in effecten (wijzigingsrichtlijn icbe’s). Het doel van de wijzigingen is het vergroten van het vertrouwen van beleggers in icbe’s. Icbe’s zijn Europees gereguleerde (retail) beleggingsinstellingen die aan bepaalde risicospreidingseisen moeten voldoen.
De bewaarder is belast met de bewaring van de activa van een icbe. De bewaarder krijgt daarnaast als taak het uitvoeren van toezicht op de beheerder ten behoeve van de deelnemers van een icbe (bijvoorbeeld toezicht op de juiste berekening van de waarde van de rechten van deelneming van de icbe). Het wetsvoorstel regelt ook de aansprakelijkheid van de bewaarder. Deze is aansprakelijk voor verlies van een in bewaring genomen financieel instrument en kan zijn aansprakelijkheid niet beperken of uitsluiten. Het wetsvoorstel bepaalt eveneens welke entiteiten kunnen optreden als bewaarder: een bank, beleggingsonderneming of een andere instelling die aan de zogenoemde prudentiële eisen voldoet.
Het wetsvoorstel introduceert ook de mogelijkheid voor toezichthouders om tijdelijk een beroepsverbod op te leggen aan personen die bij een financiële onderneming werken. Daarnaast wordt de maximale bestuurlijke boete die de toezichthouders kunnen opleggen aan een beheerder of bewaarder, verhoogd van 4 miljoen euro naar 5 miljoen euro of, indien dat meer is, 10% van de totale jaaromzet.
De ministerraad heeft ermee ingestemd het wetsvoorstel voor advies aan de Raad van State te zenden. De tekst van het wetsvoorstel en van het advies van de Raad van State worden openbaar bij indiening bij de Tweede Kamer.