Zorg dichter bij patiënt

De verplaatsing van zorg van het ziekenhuis naar de huisarts komt langzaam op gang. Dat schrijft minister Edith Schippers (Volksgezondheid) vandaag aan de Tweede Kamer. Ze reageert hiermee op de eerste voorlopige resultaten uit de ‘substitutiemonitor’ die in opdracht van Zorgverzekeraars Nederland is uitgevoerd. De monitor brengt voor het eerst in kaart hoe het met deze verplaatsing gaat.

Substitutie

Substitutie, het verplaatsen van zorg van bijvoorbeeld het ziekenhuis naar de huisarts, is een belangrijke manier om de zorg dichtbij te brengen en om de zorg betaalbaar te houden. Daarom is afgelopen jaren met (huis)artsen en ziekenhuizen afgesproken om daar waar mogelijk de zorg zoveel mogelijk in de omgeving van de patiënt te leveren, dichtbij huis.

Substitutiemonitor

Om in de gaten te houden of de afgesproken substitutie goed verloopt, is de zogenaamde substitutiemonitor ingesteld. Hiermee kijken zorgverzekeraars en zorgverleners hoe het gaat met de verplaatsing van de zorg van tweede naar eerste lijn. Het gaat onder andere om behandelingen op het gebied van KNO, dermatologie, cardiologie, diabetes en geestelijke gezondheidszorg. Vandaag zijn de eerste voorlopige resultaten gepresenteerd. Deze kunnen in de loop van dit jaar nog worden bijgesteld. Het is niet makkelijk om op de verplaatsing van zorg van het ziekenhuis naar de huisarts in beeld te brengen. Dat het partijen toch gelukt is, is volgens Schippers een belangrijke eerste stap. Er is nog een hele weg te gaan, maar het begin is er. De komende tijd zal worden gekeken hoe de monitor verder verbeterd kan worden. De monitor moet onder andere laten zien hoeveel geld zorgverzekeraars van de tweedelijn naar de eerstelijn willen verschuiven om de verplaatsing van zorg mogelijk te maken.