Platform #Onderwijs2032 officieel van start
Staatssecretaris Dekker (onderwijs) geeft donderdag 12 februari op het Picasso Lyceum in Zoetermeer het startsein voor Platform #Onderwijs2032. Afgelopen november startte Dekker een ‘nationale brainstorm’ over de inhoud van ons onderwijs. Iedereen met ideeën kon deze delen via #onderwijs2032. Het leverde meer dan 17 000 reacties op. Dekker: ‘Een fantastische opbrengst. Nu is het tijd om de spade dieper de grond in te steken.’
Het platform onder leiding van Paul Schnabel gaat daarmee aan de slag. Zij gaan de maatschappelijke dialoog structuren en verdiepen en een internationaal vergelijkende analyse uitvoeren. Op basis daarvan zal het platform het kabinet dit najaar adviseren welke kennis en vaardigheden leerlingen op school zouden moeten leren om optimaal in onze toekomstige samenleving te participeren. Dit advies zal vervolgens de basis vormen voor een herziening van de onderwijsinhoud de komende jaren.
Niet alleen uit boekje leren
Dekker presenteert bij de overdracht vanmiddag de conclusies van de brainstorm. Het is hem opgevallen dat veel mensen pleiten voor meer aandacht voor vaardigheden in het onderwijs: ‘Er is onder de inzenders behoefte aan minder focus op het stampen van kennis en meer aandacht voor het praktisch toepassen ervan. Dus niet alleen natuurkundige wetten uit een boekje leren, maar ook oefenen met zwaartekracht door een brug te bouwen. Niet alleen economische theorieën leren, ook leren hoe je een bedrijf opstart. Dit zijn maar enkele van de vele verzoeken die zijn binnengekomen en die het platform verder gaat onderzoeken.’
Leerlingen en ouders meer betrekken
Paul Schnabel gebruikt de uitkomsten van de online brainstorm om de dialoog verder te structureren: ‘Ik zie bijvoorbeeld dat een groot deel van 17 000 reacties afkomstig is van professionals uit en rond het onderwijs. Prachtig, maar ik wil ook nadrukkelijk de visie van bijvoorbeeld ondernemers en wetenschappers horen. Bovenal ben ik benieuwd naar de visie van leerlingen en hun ouders. Onderwijs is immers niet exclusief van onderwijzers, het leidt op voor het totale leven.’
Experts van binnen- en buiten het onderwijs
Platform #Onderwijs2032 bestaat uit experts van binnen en buiten het onderwijs. In het platform zijn twee leraren vertegenwoordigd, een schoolleider en -bestuurder, de oud-voorzitter van de Onderwijsraad, een CEO en een trendwatcher. Schnabel zelf bestudeert al zijn hele carrière maatschappelijke verandering. Samen gaan zij de komende maanden zorgen dat iedereen die wil, mee kan praten en denken over de inhoud van het onderwijs. De brainstorm heeft hen de rode lijnen opgeleverd langs welke zij de discussie verder gaan voeren.
Vliegende start
Om een vliegende start te maken gaan de leden van het platform vanmiddag in Zoetermeer direct in gesprek over #onderwijs2032. Hiervoor zijn leraren, leerlingen en ouders uitgenodigd maar ook vertegenwoordigers van bijvoorbeeld bedrijfsleven.
Blijven meedenken via nieuwe website
Vanmiddag wordt ook de vernieuwde website www.onderwijs2032.nl gelanceerd. Hier stellen de platformleden zich voor, zijn de resultaten van de brainstorm te zien, en kunnen geïnteresseerden een bijdrage leveren op specifieke thema’s die het platform agendeert. Van alle gesprekken in het kader van #onderwijs2032 worden hier verslagen gepubliceerd die voor iedereen zijn in te zien.
Onderwijs2032?
Een kind dat in 2015 voor het eerst naar school gaat, zal rond 2032 op eigen benen staan. Leert dit kind nú op school wat het dan nodig heeft om een goede start te maken? Dekker: ‘Wanneer we het over onderwijs hebben gaat het vaak over randvoorwaarden: groepsgrootte, kwaliteit van de leraren, tegen gaan van pesten. Belangrijke zaken. Maar we hebben het veel minder vaak over de inhoud: wat zouden kinderen moeten leren op de basisschool en middelbare school? En als we het over de inhoud hebben is het vaak erg ‘hap-snap’. Het ene moment wordt geroepen dat het onderwijs voor alle kinderen zwemles moet verzorgen, het volgende moment zouden alle kinderen EHBO moeten leren. Bij scholen ontstaat zo een gevoel van overladenheid. Het is daarom de hoogste tijd om het totaal van de onderwijsinhoud tegen het licht te houden.’