Schoonmakers komen in dienst bij de Rijksoverheid
Schoonmakers komen geleidelijk in dienst bij de Rijksoverheid. De ministerraad heeft ingestemd met het onderhandelaarsakkoord over de arbeidsvoorwaarden voor de schoonmakers. Voor de inbesteding wordt de Rijksschoonmaakorganisatie (RSO) opgericht onder verantwoordelijkheid van de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid. Naar verwachting start de RSO begin 2016 met haar schoonmaakwerkzaamheden.
Met de instemming van de ministerraad is het akkoord over de arbeidsvoorwaarden tussen het Rijk als werkgever en de vakbonden vrijdag definitief geworden. Dat is gebeurd op voorstel van minister Blok voor Wonen en Rijksdienst mede namens minister Asscher van Sociale Zaken en Werkgelegenheid.
Schoonmakers die straks in dienst komen van de RSO worden rijksambtenaar. Bij hun overgang naar de RSO gaan ze er netto niet op achteruit. Daarnaast gelden de gebruikelijke secundaire arbeidsvoorwaarden zoals het recht op een reiskostenvergoeding.
De overeenkomst voor de arbeidsvoorwaarden van de schoonmakers geldt tot en met 31 december 2020. Dat is de periode waarbinnen de RSO naar verwachting de werkzaamheden in alle rijkslocaties in beheer heeft genomen. Het gaat tegen die tijd om ongeveer 2000 schoonmakers.
Het kabinet kiest voor een geleidelijke inbesteding. Met de bonden en de huidige werkgevers vindt overleg plaats over een zorgvuldige overname van werkzaamheden en instroom van medewerkers. Daarbij worden bestaande contracten gerespecteerd. Pas bij afloop van een contract kunnen schoonmakers in dienst worden genomen. De inbesteding zal voor het Rijk budgettair neutraal plaatsvinden.
Met de inbesteding wil het kabinet de schoonmakers als gewone collega’s deel van de Rijksoverheid uit laten maken. Daarmee voert het kabinet de afspraak in het regeerakkoord uit om de positie van werknemers in de facilitaire dienstverlening te verbeteren.