Toespraak van minister Schultz van Haegen bij de start van de aanleg van de hoogwatergeul Veessen-Wapenveld
Toespraak van minister Schultz van Haegen (IenM) bij de start van de aanleg van de hoogwatergeul Veessen-Wapenveld bij Veessen (GLD) op 14 januari 2015.
Dames en heren,
Voordat ik hierheen kwam, heb ik een paar informatiebulletins over dit project doorgebladerd.Ik las verhalen over mensen en bedrijven die met enthousiasme en een grote betrokkenheid vertellen over alle werkzaamheden en plannen.Ik heb vanzelfsprekend ook verhalen gelezen over de weerstand tegen dit project.
Voor de bewoners zijn de plannen namelijk zeer ingrijpend. Ik las bezorgde verhalen over hoe het gebied er straks uit gaat zien. En of die hoogwatergeul nu wel echt nodig is.
Zoals het verhaal van een eigenaar van een landbouwmechanisatie bedrijf die zich zorgen maakt over de toekomst van zijn bedrijf maar ook over het behoud van de mooie natuur.
Of het verhaal van een bewoner met een garagebedrijf die niet overtuigd is van de noodzaak van de geul maar ook nuchter constateert 'dat als je het niet doet en het gaat een keer mis, je er waarschijnlijk heel anders over denkt.'
Ik besef heel goed dat dit soort projecten ingrijpend zijn voor de bewoners.Het is niet makkelijk om te besluiten je woning, boerderij of bedrijf op een andere plek voort te zetten. Maar tussen alle begrijpelijke zorgen van de bewoners door, lees ik toch vooral over hun liefde en betrokkenheid die zij voelen voor 'hun' prachtige Gelderse uiterwaardenlandschap.
Ik beschouw het dan ook als een grote verantwoordelijkheid dat wij als bestuurders en uitvoerders die liefde tussen landschap en bewoners niet laten bekoelen maar laten beklijven. Of zelfs nog verder laten opbloeien nadat we klaar zijn met dit project. Want u en ik weten dat dit project ook nieuwe kansen oplevert voor de omgeving; voor de natuur, maar ook op cultureel en economisch gebied. Nieuwe fiets- en wandelroutes, de herinrichting rondom de oudste kerk van Nederland, nieuwe beplanting langs de oevers; dit zijn maar enkele voorbeelden van de investeringen in dit gebied. Maar waar doen we nu dit allemaal in eerste instantie voor?
Of we nou willen of niet: de IJssel krijgt steeds meer water te verwerken.Een betere doorstroming is dan ook noodzakelijk willen mensen die langs de IJssel wonen en werken droge voeten houden. Willen we deze - volgens velen mooiste rivier van Nederland - onze allerbeste vriend laten blijven, dan zullen we de rivier de ruimte moeten geven.
Want we weten ook dat water onze vijand kan zijn, een boze buurman die iets meer ruimte nodig heeft dan je soms zou willen. Al eeuwen leven wij in Nederland met de dreiging van water. En met overwegend veel succes. Onze relatie met water is er een van geven en nemen.
We moeten soms concessies doen, om ons grotere doel – waterveiligheid voor iedereen – te realiseren. Over twee weken herdenken we langs de grote rivieren dat twintig jaar geleden het water dreigend hoog kwam. De bijna ramp in 1993 en 1995 betekende een trendbreuk in ons denken en doen over waterbescherming. We realiseerden ons dat we het water niet eeuwig kunnen blijven indammen: Ruimte voor de Rivier werd geboren.
Inmiddels is Ruimte voor de Rivier na de Deltawerken een nieuwe icoon in onze waterbescherming. Een icoon die tot ver buiten onze landsgrenzen de aandacht trekt. Doel is bescherming tegen hoogwater voor 4 miljoen Nederlanders. Op meer dan 30 plaatsen in Nederland geven we de rivier waar nodig de ruimte.
Zo ook hier.
Om de bewoners in de dorpen en steden langs de IJssel te beschermen komt hier een acht kilometer lange hoogwatergeul. Die geul zorgt voor maar liefst 71 centimeter(!) daling van de waterstand bij extreem hoogwater; het verschil tussen droge voeten of ondergelopen huizen bij extreem hoogwater. De grond tussen de beide dijken wordt landbouwgrond. En gemiddeld een keer in een mensenleven zal de IJssel in geul gaan meestromen.
Dames en heren,
Het denken over waterveiligheid staat nooit stil. Daarom heb ik op Prinsjesdag een nieuw Deltaplan gepresenteerd. Dat moet ons hele land in de toekomst veilig houden tegen het water.
Het vorige Deltaplan maakten we na de ramp. Nu is er een plan om een ramp te voorkomen.
Waarom dit nieuwe plan? Ten eerste omdat er nu meer mensen wonen en meer economische activiteit is in een gebied dat kwetsbaar is voor overstromingen. Ten tweede omdat we nu de kennis en techniek in huis hebben om heel specifiek op basis van risico’s te investeren. Tot nu hanteerden we veiligheidsnormen die de dijk als uitgangspunt namen. Maar nu hebben we ook de gevolgen van een overstroming in beeld. Die nieuwe benadering is een stuk eenduidiger dan de oude: voor iedereen in Nederland geldt dezelfde basisbescherming. De jaarlijkse kans om te overlijden door een overstroming mag niet groter zijn dan 1 op 100.000. Dat is dus een kans van 0,001 procent, het laagste risico ter wereld! En voor extra kwetsbare gebieden komt er een schepje bovenop: omdat er veel mensen wonen, of door de economische waarde.
Tegelijkertijd vind ik het ook belangrijk mensen meer bewust te maken van de overstromingsrisico’s. Dat is absoluut nog onvoldoende in Nederland. We zijn slachtoffer van ons eigen succes.
Daarom hebben we nu ook de website Overstroomik.nl en een bijbehorende App gemaakt. In een oogopslag kan je nu op postcodeniveau zien hoe hoog het water in de straat kan komen te staan.
De App is een grote hit. Je krijgt er meteen ook praktische tips bij. Bijvoorbeeld informatie of wegen nog begaanbaar zijn of niet, als het water komt. Iedereen kan dan zelf een afweging kan maken of het verstandig is om te blijven en in huis of in de buurt een droge plek te zoeken, of toch te vertrekken.
Let wel: risico’s horen bij het leven en zeker bij het leven in een lage delta aan de Noordzee en ons rivierenlandschap. De wereld is niet maakbaar. De natuur is sterker dan de mens. Maar juist dat werken aan een veilige delta met bijbehorende dilemma’s en de inspirerende waterwereld met haar topinnovaties vind ik inspirerend en een van de mooiste en eervolle taken om te doen in Nederland. Ik denk dat alle mensen hier aanwezig, datzelfde gevoel delen met mij.
Tot slot, dames en heren.
Straks, als het werk hier klaar is, is dit gebied beter beschermd tegen wateroverlast in de toekomst. Want dat is en blijft onze eerste opdracht waar we als bestuurders verantwoordelijk voor zijn. Natuurlijk, moet dit met oog en respect voor de mensen en het prachtige landschap gebeuren. Ik ben er echter van overtuigd dat hier ter plekke alle partijen bij dit project daarvoor hun uiterste best hebben gedaan en blijven doen. En we straks trots mogen zijn op het resultaat: een veiliger rivierengebied in een landschap dat nog steeds een Gelderse parel is.
Dank u wel.