Kamerbrief over toepassing van gedragswetenschappelijke kennis in beleid
Brief van minister Kamp (EZ) aan de Tweede Kamer over de adviesrapporten van Rli, RMO en WRR over de toepassing van gedragswetenschappelijke kennis in beleid.
Via wet- en regelgeving, financiële prikkels en/of communicatie stimuleert de overheid vormen van gewenst gedrag en remt zij ongewenst gedrag af. Traditioneel is daarbij het uitgangspunt dat mensen rationele beslissers zijn die bewuste keuzes maken. Een subsidie of een boete kan dan net de doorslag geven en tot ander gedrag leiden. De gedragswetenschappen leren ons dat het beeld van de mens als bewuste, rationele beslisser niet compleet is en dat er omstandigheden zijn waarin mensen zich anders gedragen.
In het beleidsproces dient ruimte te zijn voor brede analyses waarin met de verschillende elementen van gedrag rekening wordt gehouden. Transparantie over de beleidsdoelen en de interventies die daarvoor ingezet worden is hierbij het uitgangspunt. Ook dient er meer aandacht te komen voor het belang van empirische toetsing vooraf om te achterhalen of een beleidsinterventie werkt.
Gedragswetenschappelijke kennis kan de overheid helpen beleid effectiever en efficiënter te maken. Het kabinet ziet op veel beleidsterreinen kansen voor het beter benutten van gedragswetenschappelijke kennis in beleid. De departementen verkennen de toepassingsmogelijkheden door op een of meerdere beleidsthema’s met pilots aan de slag te gaan.