Toespraak van minister-president Mark Rutte bij het in ontvangst nemen van de Rathenau-preis

Toespraak van minister-president Mark Rutte bij het in ontvangst nemen van de Rathenau-preis, in Berlijn op 21 november 2014.

De toespraak is in het Duits uitgesproken.

Sehr geehrte Frau Bundeskanzlerin, liebe Angela,

Sehr geehrter Herr Dr. Achleitner, Sehr geehrter Herr Dr. Hoyer, lieber Werner,

Exzellenzen,

sehr geehrte Abgeordneten des deutschen Bundestages,

sehr geehrte Damen und Herren,

Walther Rathenau noemde 'der Blick für das Kommende' ooit een wezenskenmerk van goede politiek. Hij schreef: 'Und dies Kommende handelt es sich nicht bloß dunkel vorzuempfinden und theoretisch zu erkennen, sondern lebendig zu sehen und schöpferisch im Vorhandenen zu verankern.'

Politici moeten de toekomst creatief in het bestaande verankeren. Een belangrijke opdracht, maar geen gemakkelijke. Rathenau zelf kon het als geen ander. Al in 1913 formuleerde hij de volgende gedachte: 'Die Aufgabe, den Ländern unserer europäischen Zone die wirtschaftliche Freizügigkeit zu schaffen, ist schwer; unlösbar ist sie nicht… Das Ziel würde eine wirtschaftliche Einheit schaffen, die der amerikanischen ebenbürtig, vielleicht überlegen wäre.' Rathenau was zijn tijd ver vooruit. Al voordat de Europese landen elkaar hevig bevochten in twee vernietigende oorlogen, sprak hij over Europese economische samenwerking.

Walther Rathenau was een open geest in een tijd van toenemend extremisme. Een charismatisch man met een scherp oog voor de tijdsgeest. Pragmatisme, redelijkheid en tolerantie vormden de grondtonen van zijn karakter en daarmee was hij in alles tegengesteld aan de vijanden van de democratie, die hem zouden vermoorden.

Dames en heren,

Ik ben zeer vereerd dat ik vandaag de Rathenau-prijs mag ontvangen. Ik doe dat namens Nederland, dat internationale samenwerking van oudsher hoog in het vaandel heeft staan. Ons land heeft de blik naar buiten gericht. Wij hebben altijd de samenwerking met andere landen gezocht. Voor een klein land aan zee was er ook geen andere keuze. Het streven naar welvaart, vrede en veiligheid kunnen we alleen waarmaken in nauwe samenwerking met internationale partners.

Duitsland is een van die partners. En misschien wel onze belangrijkste. We zoeken elkaar graag op, zoals het goede buren betaamt. Zo was Nederland dit jaar partnerland op de Hannover Messe. Ik bewaar daar heel goede herinneringen aan. Het was prachtig om te zien hoe sterk de samenwerking tussen de Duitse en de Nederlandse industrie is. We trekken samen op in Europa, voor financiële stabiliteit en groei en banen. En ook buiten Europa zijn we partners. Bijvoorbeeld in Afghanistan en bijvoorbeeld in de NAVO. Het gezamenlijke NAVO-hoofdkwartier in Münster is daarvan het levende bewijs

We hebben als buren veel opgebouwd. Niet alleen Nederland en Duitsland samen, maar ook in Europa. Ik realiseerde me dat onlangs nog eens, toen een hoge Chinese delegatie Den Haag bezocht. Een van de mensen in het gezelschap, een journalist, was voor het eerst in Nederland. Hij had nog maar weinig van het land gezien. Eerst vanuit het vliegtuig een miniatuurversie – het was een onbewolkte dag – en vervolgens raasde met 120 kilometer per uur het Nederlandse polderlandschap aan hem voorbij, langs de snelweg van het vliegveld Amsterdam Airport Schiphol naar Den Haag. Zijn enthousiasme over wat hij zag was overweldigend. Wát een welvaart, wát een organisatie, wát een orde, wát een kwaliteit – wat een fantastisch land. Hij raakte er niet over uitgepraat. Door zijn ogen zagen we een ander Nederland. Door zijn ogen kreeg wat voor ons heel gewoon lijkt, glans.

We leven niet in de makkelijkste tijden. Europa krabbelt voorzichtig op uit de crisis en de economische vooruitzichten zijn wisselend. Het vertrouwen in de EU en in nationale overheden is gedaald. De werkloosheid blijft hoog, veel te hoog, zeker onder jongeren. En tussen de innovatieve geesten in Silicon Valley, en de efficiëntie van zich snel ontwikkelende economieën als China en India, lijkt het oude continent niet altijd meer te weten wat het te bieden heeft. De pessimist wint het vandaag de dag vaak van de optimist.

Maar laten we ook eens door de ogen van de Chinese journalist naar Europa kijken. Dan zien we een continent waar gelijke kansen zijn voor iedereen. Waar je een agent aan kunt spreken zonder bang te zijn voor zijn reactie. Waar je je werk kunt doen in veilige en gezonde omstandigheden. Waar iedereen toegang heeft tot goed onderwijs en goede gezondheidszorg. En een markt van ruim 500 miljoen nog steeds koopkrachtige consumenten.

Zou de journalist hier wat langer rondlopen, dan zou hem ook de kwaliteit van Europese producten opvallen. De jonge Vlaamse wetenschapper Jonathan Holslag doet onderzoek naar de relatie tussen Azië en Europa. Ik ben het zeker niet altijd met hem eens, maar wat mij raakte is zijn pleidooi voor de kwaliteit van Europa en voor het Europese vakmanschap. Voor ‘goed gemaakte spullen die voor eeuwig mooi blijven’, zoals hij dat formuleert. Volgens Holslag moeten we deze kwaliteit weer tot middelpunt maken van het Europese bedrijf. Dan kan er sprake zijn van ‘een opwaartse klim naar duurzaamheid, schoonheid en uiteindelijk geluk’. ‘Een nieuwe sprong in de beschaving.’

Het zijn hoogdravende woorden, maar ze raken wel een kern. Europa heeft producten van topkwaliteit in huis. Wil je een auto van de allerbeste kwaliteit dan ga je naar München of Ingolstadt, voor mode moet je in Milaan zijn, het mooiste design vind je in Kopenhagen of Amsterdam. En dan heb ik het nog niets eens over de Franse Bordeaux, de Spaanse Manchego of een Belgische Leffe.

Hetzelfde geldt voor onze unieke denkkracht en creativiteit, nu en in het verleden. Alleen al Duitsland en Nederland staan samen voor een onvoorstelbare rijkdom aan cultureel en intellectueel erfgoed. Ik hoef alleen maar de namen Goethe, Bach, Thomas Mann, Rembrandt, Erasmus, Van Gogh en Spinoza te noemen.

Breng dat bij elkaar, en er ontstaan de mooiste kruisbestuivingen. Een voorbeeld uit mijn eigen achtertuin: de Spaanse architecten Antonio Cruz en Antonio Ortiz verbouwden het Amsterdamse Rijksmuseum - met grandioos resultaat. Of neem de hoogtechnologische stedelijke netwerken die in Europa ontstaan. Steden als Eindhoven - het slimste stukje aarde ter wereld - Milaan en Düsseldorf zijn topcentra van creativiteit en innovatie.

Heel recent nog liet Europa zien waar het toe in staat is, toen Europese ruimtewetenschappers als eersten ooit een landing uitvoerden op een komeet van 3,5 bij 4 kilometer, die rond de zon suist met een snelheid van 135.000 kilometer per uur. En dat na een reis van 10 jaar waarin 6 miljard kilometer werd afgelegd. Een historisch moment in de ruimtevaart. Een prestatie om trots op te zijn. En zelf vind ik het dan wel weer mooi om te vermelden dat een Nederlandse projectleider de missie leidt, vanuit het Duitse Operations Centre in Darmstadt.

De Wereldbank noemt de Europese Unie in het rapport 'Golden Growth' uit 2012 een 'lifestyle superpower', afgezet tegen bijvoorbeeld de Verenigde Staten als 'political superpower'. Europa heeft jarenlang ongebreidelde groei laten zien. En die groei werkte aanstekelijk voor de nieuwe lidstaten die zich bij de Unie aansloten. Maar de Wereldbank schreef ook dat Europa zich ingrijpend moet heruitvinden om die hoge standaard voor de toekomst te behouden. We zullen moeten bezuinigen en hervormen, anders raakt het recept uitgewerkt.

Dames en heren, ik ben het daar hartgrondig mee eens. Europa heeft een ijzersterke en krachtige basis. Maar dit is niet de tijd om op onze handen te zitten. We moeten 'Der Blick für das Kommende' behouden. China en India wachten niet op ons.

In Nederland zeg ik het vaak zo: dé manier om kwijt te raken wat we hebben, is krampachtig vasthouden aan wat we hebben. Daarom zijn we de afgelopen jaren in ons land bezig geweest met het updaten van de verzorgingsstaat. Niet om Brussel te plezieren, maar omdat het nodig is. Waar het om gaat, is dat we oude zekerheden los moeten laten om een nieuwe ijsvloer te leggen onder datgene wat de toekomst van ons vraagt. Dat geldt niet alleen voor Nederland, dat geldt voor heel Europa. Geen angst voor het nieuwe, maar geloof in het eigen kunnen.

Daarbij hoort ook dat we ons in Europa houden aan gemaakte afspraken, zoals over gezonde overheidsfinanciën. Dat is immers een basisvoorwaarde voor de geloofwaardigheid van het Europese project. In plaats van schulden te laten oplopen of naar de Europese Centrale Bank te kijken voor verlichting, zullen Europese landen zelf economische hervormingen moeten doorvoeren. Dat is dé manier, de enige manier, om Europa klaar te maken voor de toekomst, en het zal zich uiteindelijk uitbetalen in meer investeringen, groei en banen. Alleen zo krijgen we de Europese economische motor weer aan de praat. Alleen zo blijft Europa relevant voor de inwoners van de lidstaten en alleen zo blijft Europa meetellen als internationale machtsfactor. Een Europa dat zich op haar kerntaken richt, en zich niet met nevenzaken bezig houdt. Het nut van Europa moet zichtbaar, voelbaar en merkbaar zijn. Dat is mijn absolute overtuiging.

Dames en heren, we moeten kijken met de ogen van de Chinese journalist. Wij zien onze vrijheid, welvaart en rechtsstaat als een vanzelfsprekend iets. Maar zij moeten steeds worden verdedigd. Angela, je verwoordde het heel mooi in je toespraak tijdens de Dag van de Duitse eenheid: 'Alles ist möglich – das habe ich, wie Millionen anderer DDR-Bürger, am eigenen Leib erfahren.'

Alles ist möglich. Dat bewezen de inwoners van deze stad 25 jaar geleden toen zij eigenhandig de muur aan stukken sloegen. De beelden van de herdenking zijn de wereld overgegaan. De nieuwe muur van duizenden lichtgevende ballonnen, bezorgde mij kippenvel - 25 jaar nadat er een einde kwam aan een verscheurde stad, een verscheurd land, een verscheurd continent.

We zijn een kwarteeuw verder en met de onrust tussen Rusland en het Westen vragen mensen zich hardop af: is de Koude Oorlog teruggekeerd? Mijn antwoord daarop is: nee. Daarvoor is er teveel veranderd. We keren niet terug naar voorbije conflicten. We hebben in onze tijd niet te maken met twee machtsblokken die tegenover elkaar staan - we leven in een multipolaire wereld. Er is geen sprake van twee ideologieën die elkaar uitsluiten, maar van veel partijen met verschillende identiteiten en ideeën. Van terroristische groeperingen die ook binnen onze grenzen voor dreiging zorgen. Ook de nieuwe vormen van communicatie, maken deze wereld een heel andere dan die van de tweede helft van de twintigste eeuw. Een Cubacrisis is ondenkbaar in tijden van Twitter.

En toch wordt weer gesproken in termen van 'invloedssferen' en 'bufferstaten', die nodig zouden zijn om Rusland en het Westen uit elkaar te houden. Ik vind: we moeten dat frame niet tot het onze te maken.

We moeten natuurlijk wel waakzaam zijn, in de geest van Walther Rathenau, die een scherp oog had voor het toenemende extremisme in zijn tijd. Het naïeve geloof in 'het einde van de geschiedenis' ligt achter ons. We moeten waakzaam zijn en daarin moeten we als EU één lijn trekken. Het is daarom goed dat er voor het eerst in jaren weer meer geïnvesteerd wordt in defensie, ook in Nederland. Ook zullen we vaker op zoek gaan naar manieren om samen te werken om die investeringen zo maximaal mogelijk te laten renderen. Zoals Nederland dat al doet met Duitsland, maar ook met België, Luxemburg en andere NAVO-partners.

Waakzaam zijn dus. Maar we moeten niet mee gaan in de ouderwetse retoriek van invloedssferen. Wij willen geen scheidslijnen in Europa. We willen vooruit, niet terug in de tijd. Europese samenwerking heeft Duitsland en Nederland veel gebracht. Het heeft de lidstaten die tien jaar geleden tot de EU toetraden veel gebracht. En de kracht van de interne markt en van de Europese Unie als waardengemeenschap blijft een bron van inspiratie .

Daarnaast willen we stabiliteit en welvaart aan onze buitengrenzen helpen bevorderen. Daarin moet de EU haar buurlanden steunen. Dat doen we voor hen. En dat doen we voor onszelf. Waarden en economische belangen gaan gelijk op en versterken elkaar. De ring van instabiliteit die rondom Europa ligt, raakt ons rechtstreeks. Groot menselijk leed, dreiging van terrorisme, migratie die nauwelijks te keren is – het is te dicht bij huis. De opkomst van ISIS en de onrust in Mali zorgen ook voor gevoelens van onveiligheid en dreiging van geweld binnen onze grenzen. In de strijd tegen terroristische groeperingen moeten we onze kernwaarden met hand en tand verdedigen. We moeten opkomen voor onze Europese waarden, onze democratie en onze rechtsstaat. Niet alleen binnen onze eigen landsgrenzen en binnen de grenzen van Europa, maar ook daarbuiten. En dat doen we ook, bijvoorbeeld in Mali, waar Nederlandse en Franse militairen samen actief zijn. En ook in Afghanistan, waar onze mensen onder Duitse leiding werken aan vrede en veiligheid.

De ramp met de MH17 in de zomer van dit jaar is het verdrietige bewijs dat conflicten die ver weg lijken, ons in het hart kunnen raken. De Russische inmenging in Oekraïne kan niet zonder gevolgen blijven. Het is goed dat de EU sancties heeft ingesteld. En ook hier geldt: we moeten samen optreden, samen één lijn trekken.

Buurlanden van de EU, zowel in het Oosten als in het Zuiden, die voor de transformatie naar een democratie en rechtsstaat staan, hebben een lange en zware weg te gaan. De EU kan zeker niet al hun problemen oplossen. We mogen groot zijn in onze ambities, maar we moeten tegelijkertijd bescheiden zijn over onze rol. Echte verandering komt nog altijd uit de samenleving zelf. Ook in die landen. Niet van buitenaf.

De historische les van de EU is dat welvaart, welzijn en een stabiele samenleving direct in elkaars verlengde liggen. Handel als sleutel tot gemeenschappelijke welvaart: Nederland is er groot mee geworden. Europa is er groot mee geworden. En ook hier geldt: we moeten 'der Blick für das Kommende' behouden. China en India wachten niet op ons.

De succesvolle afronding van vrijhandelsverdrag tussen de EU en de Verenigde Staten is daarom een belangrijke prioriteit. Ik weet dat er zorgen over bestaan, ook hier in Duitsland. Zorgen over de verschillen tussen de VS en de EU op terreinen als duurzaamheid en arbeidsomstandigheden. Zorgen over de transparantie van de onderhandelingen. Zorgen over zaken als auteursrecht en patenten. Het zijn legitieme zorgen, die we niet uit het oog mogen verliezen. Ze moeten en kunnen in de onderhandelingen geadresseerd worden. Maar ze hoeven een succesvolle afronding niet in de weg staan. Integendeel, trans-Atlantische economische samenwerking biedt juist een uitgelezen kans om gezamenlijk de wereldwijde standaard te zetten voor kwalitatief hoogstaande werkgelegenheid, bescherming van sociale waarden en het milieu, en de kwaliteit van de productie. En tegelijk voor het aanzwengelen van de groei en werkgelegenheid in belangrijke sectoren, zoals energie, chemie of landbouw.

Dames en heren, mijn boodschap vandaag is optimistisch, maar bevat ook een waarschuwing. Mijn optimisme wortelt in een sterk geloof in de kracht van Europa, van onze waarden, onze ideeën en onze producten. We kunnen met zelfvertrouwen naar onszelf kijken en ons in de wereld manifesteren.

Maar mijn boodschap bevat ook een waarschuwing, die de optimist natuurlijk als aansporing zal beschouwen. Met achteroverleunen en wensdenken stellen we onze verworvenheden niet veilig en zijn we niet tot nieuwe prestaties in staat. We moeten vooruit! Vooruit met het moderniseren van onze economieën en onze samenlevingen. Vooruit met het versterken van de Europese markt op groeigebieden zoals de digitale economie, energie en diensten. Vooruit met nieuwe vormen van samenwerking met de VS en andere grote economieën. Vooruit met het versterken van onze weerbaarheid en ons vermogen bij te dragen aan stabiliteit aan onzebuitengrenzen en elders in de wereld. Juist nu is dat meer dan ooit noodzakelijk.

Zitten er risico’s aan dit soort grote stappen vooruit? Misschien wel. Maar het past ook bij een Europa dat de hand uitsteekt naar de toekomst. Een Europa met een 'Blick für das Kommende'. Een Europa dat niet tevreden achterover leunt. Willen we wereldwijd de toon blijven zetten, dan moeten we durf tonen, dan moeten we creatief zijn, dan moeten we vertrouwen in onze kwaliteit.

Dames en heren, ik ontvang deze prijs met trots. Maar het is ook een prijs die een opdracht inhoudt. Walther Rathenau schreef ooit: 'Pessimismus hat auf der Erde kein Recht.' Met andere woorden: onzekerheid en angst mogen het nooit winnen. Ik sluit mij graag bij hem aan met de bekende woorden van Karl Popper: 'Optimism is a moral duty'. We leven in het hier en nu, we leven hier samen, dus laten we samen de kansen grijpen die 'das kommende' voor ons in het verschiet heeft.

Dank u wel.