Toespraak van staatssecretaris Mansveld bij de opening van het Nationaal Sustainbility congres
Toespraak van staatssecretaris Mansveld (IenM) bij de opening van het Nationaal Sustainbility congres op 4 november 2014 in Den Haag.
Dames en heren,
Tien jaar geleden in 2004 stond hier een charismatische en bevlogen Amerikaan achter het spreekgestoelte. Zijn naam: Ray Anderson. Deze man - hij is inmiddels helaas overleden - was oprichter en CEO van ’s werelds grootste tapijtfabrikant, Interface. Een bedrijf dat twintig jaar geleden allesbehalve op een klimaatvriendelijk manier tapijttegels produceerde. 'I was running a company that was plundering the earth,' zei Anderson. En wat deed Anderson vervolgens? Hij gooide het roer radicaal om. Hij werd in zijn eigen woorden een radicale industrieel, een re-born groene kapitalist. Winst maken, OK. Maar laten we dat doen met oog voor mens en milieu. Hij zette een stip aan de horizon: in 2020 een volledig zero emissie bedrijf.
Of dat gaat lukken? Dat kan de huidige CEO van Interface Europa de heer Rob Bogaard u zo dadelijk aan de businesstafel vertellen. Wat ik wel weet is dat we inspirerende leiders als Anderson nodig hebben op onze weg naar die noodzakelijke duurzame wereld.Dit zijn ook de mensen die daadwerkelijk aantonen dat financieel succes en milieu geen tegenpolen zijn. Dat is namelijk een mythe. Investeren in duurzaamheid loont!
We zijn nu tien jaar verder na het optreden hier van Ray Anderson. Milieu is uit het spandoekenhoekje verdwenen en een serieus agendapunt in de boardrooms van grote bedrijven. Multinationals onder leiding van inspirerende CEO’s tonen leiderschap. Zij denken in kansen en oplossingen, in perspectief. Het levert banen op en een sterkere positie op de markt. Maar ook voor het MKB is duurzaam ondernemen 'de gewoonste zaak' geworden.
Zoals het bedrijf VandeBron, de eerste energieleverancier bij wie je energie rechtstreeks van een duurzame bron koopt via een online marktplaats. Aart van Veller, één van de oprichters staat hier vanmiddag op het podium. Of neem het jonge Nederlandse textielbedrijf Dutch aWEARness: een bedrijf dat circulaire kleding produceert. Ze ontwerpen kleding gebaseerd op de principes van de circulaire economie en met een focus op volledig recyclebare bedrijfskleding.
Ook buitenlandse bedrijven zien overigens dat Nederland aan de duurzame weg timmert. Kijk bijvoorbeeld naar Tesla dat vorige week bekend maakte een tweede fabriek in Tilburg te openen. Zij zien dat de markt voor elektrische auto’s in Europa en zeker in Nederland excelleert.
Dames en heren!
Dit congres trekt al 15 jaar volle zalen. En terecht! Maar anders dan 15 jaar geleden hebben we het vandaag niet meer over het waarom van duurzaamheid. Maar over het hoe! Hoe pakken we grote complexe uitdagingen aan als klimaatverandering, grondstoffenschaarste of de energie- en voedselcrisis? Hoe zorgen dat we dat de groei van onze steden niet per definitie leidt tot gezondheidsproblemen van meer mensen? Hoe verbinden we de aanpak van klimaatverandering aan de groeiende sociale ongelijkheid in de wereld die versterkt wordt door al deze complexe uitdagingen?
Ik vind dat dit laatste aspect onvoldoende wordt belicht. Klimaatverandering kan niet los worden gezien van andere uitdagen die er mondiaal liggen voor duurzamere energie, tekorten aan grondstoffen, voedselzekerheid, sociale rechtvaardigheid en een schone en gezonde leefomgeving.
Ik vind dat we een morele plicht hebben landen die hiermee worden geconfronteerd te helpen met deze uitdagingen door hun groeiende economieën te verduurzamen en ze weerbaarder te maken tegen al deze veranderingen. Nergens geeft het verbinden van economisch ontwikkeling en milieudoelen een hoger rendement. Denk aan de miljoenen mensen die nog niet zijn aangesloten op een elektriciteitsnetwerk. En dus nu nog gebruik maken van verlichting op batterijen of vuile dieselgeneratoren. Vervang deze door zonnepanelen en je verbetert de levenstandaard van de lokale bevolking en het milieu! Overigens zie je ook hier Nederlandse pioniers actief, zoals het bedrijf WakaWaka dat mensen zonder elektriciteit een goedkoop, veilig en duurzaam alternatief biedt met hightech zonnelampen.
Als ik het heb over het hoe we deze uitdagingen willen aanpakken, dan is iedereen het wel over eens dat doem denken mensen niet in beweging brengt. De klimaataanpak zal pas succesvol zijn als we uitgaan van oplossingen en kansen. We moeten voorbeelden van duurzaam gedrag aanreiken. Mensen verleiden. Ik plaatste pas zelf zonnepanelen op mijn dak toen ik zag hoe makkelijk dat bij mijn buurman ging. Duurzaam gedrag belonen, innovaties stimuleren, ruimte geven voor initiatieven uit de samenleving door minder en betere regels, partijen bijeen brengen, kennis delen en samen aan oplossingen werken; dát is de overheid van de 21ste eeuw die haar burgers op een moderne manier behandelt en mensen in beweging krijgt.
Door een klimaat te scheppen met ruimte voor groene innovaties en daarmee groene economische groei, en door het vormen van coalities tussen bedrijven, burgers en bestuurders kunnen we die duurzame toekomst vormgeven en economische kansen benutten.
Nationaal doen we dat met het SER Energieakkoord en het sluiten van Green Deals, zoals ‘Nederland hotspot in de Circulaire Economie’ en de Green Deal Circulair inkopen.
De ontwikkeling van een circulaire economie is een goed voorbeeld van hoe we technische innovaties aanjagen en nieuwe werkgelegenheid kunnen creëren. Voor veel grondstoffen is schaarste niet het probleem, maar onderdeel van de oplossing. Nu verbranden we nog 10 miljoen ton per jaar en in tien jaar wil ik dit halveren.
Afval is geen afval, maar afval is grondstof. Het initiatief laat ik daarbij waar het hoort; bij het bedrijfsleven, bij burgers, bij lokale bestuurders. Laat marktpartijen het initiatief nemen. Laat marktpartijen de overheid vragen om randvoorwaarden. Dat is effectiever dan dat de overheid marktpartijen regelgeving moet opleggen.
Willen we succesvol zijn in het scheppen van een duurzame wereld, dan moeten we dit samen oppakken. Dus overheden, bedrijven en belangenorganisaties die samen optrekken en kansen zien en benutten voor innovatie en duurzaam ondernemen. Wereldwijde duidelijke en ambitieuze doelen zijn nodig zodat we allemaal weten welke kant we op moeten.
Ook het rapport dat het IPCC deze zaterdag publiceerde, bevestigt nogmaals dat de tijd van praten voorbij is. We moeten nu handelen. We hebben de technische middelen. Het gaat nu om politieke wil en daadkracht. De samenleving verwacht leiderschap. Nederland doet dat, de EU doet dat en de wereld zal dat ook moeten doen. Tijdens de klimaattop in New York zijn de fundamenten gelegd, in Lima gaan we verder bouwen, en in Parijs moet er een mondiaal klimaatakkoord komen dat staat als een huis en dat ons moet leiden naar een wereld zonder fossiel en CO2 in 2100.
Twee weken geleden hebben we een belangrijke stap gezet. De regeringsleiders van Europa hebben besloten dat in de EU in 2030 ten minste 40% minder CO2 uitstoot dan in 1990. En ze hebben ook afgesproken fors in te zetten op duurzame energie en energiebesparing.
Met deze ambitieuze afspraken geven we als Europa een sterk signaal af om volgend jaar in Parijs een nieuw mondiaal klimaatakkoord te sluiten. En dit moet geen akkoord worden dat alleen tussen landen onderling afspraken vastlegt. Ik wil ook het bedrijfsleven, steden en belangengroepen aan laten schuiven om stevige, ambitieuze en realistische doelstellingen af te spreken, omdat zij de afspraken moeten doorvertalen in concrete acties en plannen. Ik pleit ervoor dat steden en bedrijven onderdeel uitmaken van de oplossing en niet aan de zijlijn staan.
Ook in het IPCC rapport van dit weekend wordt aangegeven dat we klimaatdoelen niet alleen gaan halen met het afsluiten van akkoorden tussen landen. Andere partijen moeten, zoals bedrijven en steden, actief worden betrokken en samenwerken. Dus niet top-down vanuit de overheid, maar alle partijen zelf de ruimte geven voor eigen initiatieven om klimaatneutraal te worden. Alleen zo kunnen we die noodzakelijke nieuwe groene economie en samenleving in gang zetten.
Ik ben dan ook op dit moment in gesprek met MVO Nederland, het Klimaatverbond en Stichting Natuur en Milieu. Samen met hen wil ik bedrijven, overheden en NGO’s – waarvan ook sommigen hier aanwezig – uitnodigen als gelijkwaardige partners werk te maken van het klimaat en samen een nationaal initiatief te starten. We zullen tenslotte allemaal de schouders eronder moeten zetten, willen we succesvol zijn in onze klimaataanpak. Wat we nodig hebben is een gezamenlijk doel en stip aan de horizon; een klimaatneutrale samenleving zonder emissies. Dáár wil ik mij sterk voor maken en ik hoop velen van U ook.
Ik heb hetzelfde ongeduld als U. Maar door stap voor stap en door ambities te koppelen aan nuchterheid en realisme, ben ik ervan overtuigd dat we onomkeerbare stappen hebben genomen en nog zullen nemen die zullen leiden tot een welvarende en leefbare wereld voor iedereen.
Dames en heren, Ray Anderson was een pionier en visionair man. Gelukkig zijn er in die tien jaar na zijn optreden op dit congres veel meer Ray Anderson’s opgestaan. Een groeiend peloton van groene ondernemers zet zijn erfenis voort. Vandaag komen daar verschillende voorbeelden van voorbij. En vanmiddag staan hier 3 pioniers op het podium die kans maken op de eretitel MVO manager van het jaar.
Ik rond af. Dit congres is bedoeld om elkaar te inspireren. Ik roep u op met uw kennis en enthousiasme voor de groene zaak achterblijvers over de streep te trekken, maar ook te blijven innoveren. Want met Uw durf en daadkracht komen we steeds dichter bij die noodzakelijke duurzame wereld.
Ik dank u wel.