Plasterk werkt samen met gemeenten aan normeren topinkomens
Het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK) werkt samen met gemeenten en provincies aan de normering van topinkomens. Het is belangrijk dat er ook op decentraal niveau aandacht is voor evenwichtige, verantwoorde en maatschappelijk aanvaardbare inkomens.
Transparantie door WNT-register
Minister Plasterk heeft gemeenten een brief gestuurd waarin hen gevraagd wordt een overzicht te sturen van de samenwerkingsverbanden (zogenaamde gemeenschappelijke regelingen) en door de gemeente gesubsidieerde instellingen, die onder de Wet Normering Topinkomens (WNT) vallen. Hierdoor kan de overheid deze instellingen beter over de wet informeren. Topfunctionarissen die voor een zogenaamde WNT-instelling werken, mogen niet meer dan 130% van het ministersalaris verdienen. Vorige week is het wetsvoorstel voor verlaging van de norm aangenomen door de Tweede Kamer, waardoor topfunctionarissen vanaf 1 januari 2015 maximaal 100% van het ministersalaris mogen verdienen.
De informatie van gemeenten zorgt voor een beter sluitend register met ook alle lokale en regionale WNT-instellingen. Dit leidt tot een betere uitvoering van de wet en accountants kunnen het register raadplegen bij het controleren van jaarstukken van instellingen.
Gemeentelijke norm topinkomens
BZK werkt ook met de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) en het Interprovinciaal Overleg (IPO) aan samenwerking om op gemeentelijk en provinciaal niveau de normering van topinkomens via subsidievoorwaarden beter mogelijk te maken. Op dit moment kunnen zij al voorwaarden aan subsidietoekenning stellen om te voorkomen dat topinkomens met gemeentelijk of provinciaal geld worden gefinancierd. Door het opstellen van modelaanpakken kunnen gemeenten en provincies hierbij worden ondersteund.