Toespraak van staatssecretaris Mansveld tijdens Schipholdiner
Toespraak van staatssecretaris Mansveld (IenM) tijdens het jaarlijkse Schipholdiner op 13 oktober 2014 in Amsterdam.
Dames en heren,
Traditiegetrouw is dit diner hét moment om elkaar in een informele atmosfeer te zien en te spreken over onze luchtvaartsector. Ik ben dan ook blij hier aanwezig te zijn om u te vertellen welk belang ik hecht aan uw sector, waar ik voor sta en hoe ik denk een bijdrage te leveren aan een dynamische en concurrerende luchtvaart.
Maar allereerst wil ik kort stilstaan bij die afschuwelijke ramp van de MH17 deze zomer. Een luchtvaartramp die diepe sporen van immens verdriet hebben achtergelaten in onze samenleving. En een inktzwarte dag in onze vaderlandse luchtvaartgeschiedenis. De zomer van 2014 zal te allen tijde een zomer met een rouwrand blijven, een litteken dat niet zal helen. Maar ook een moment dat de verbondenheid van mensen binnen onze samenleving en daarbuiten troost bood voor het grote verdriet van alle nabestaanden.
Dames en heren,
Onze nationale luchtvaartsector is een sector waar ik trots op ben. En dan heb ik het over meer dan luchthavens of vliegtuigmaatschappijen. De hele keten – van kennisinstellingen, toeleveranciers tot consultants en bouwers - is een wereldwijde koploper. In de tijd dat ik nu bewindspersoon ben, heb ik louter bevlogen professionals ontmoet. Mensen die vooruit willen, die kansen zien, die willen ondernemen, willen innoveren. Die ondernemersgeest zie ik je ook terug in onze grote reputatie in het buitenland. Uw reputatie is 'top of the bill'.
Maar ik ben hier niet alleen om u te prijzen, maar ook om u uit te dagen. Daarom zeg ik u ook dat ik graag zou zien dat de Nederlandse luchtvaart als keten zich nog meer als één front zou presenteren. Zo’n collectief of coalitie kan u helpen uw positie, ook in die onzekere toekomst, te versterken. Ik wil daar graag straks met u verder over praten.
Dames en heren,
Schiphol is meer dan een vliegveld. Het uitgebreide verbindingennetwerk is essentieel voor onze economie. Een magneet voor heel veel internationale bedrijven, een vliegwiel voor werkgelegenheid voor heel veel Nederlanders. En een onmisbaar kruispunt voor reizigers over de hele wereld, een poort naar de wereld.
Als verantwoordelijk staatssecretaris heb ik geen dossiers of nota’s nodig om aan dit grote belang herinnerd te worden. Het imposante beeld van Albert Plesman - geplaatst naast het ministerie - herinnert mij elke dag aan de pioniers die onze luchtvaart gebracht hebben waar we nu staan; een wereldwijd concurrerende sterke luchtvaartsector met een nationale luchthaven die in de top meedraait, zowel kwalitatief als kwantitatief.
Ik heb op een eerdere gelegenheid over onze luchtvaart al eens uitspraken van Boris Johnson, burgermeester van Londen, aangehaald. Johnson zei vorig jaar dat ambitieuze luchthavens zoals Schiphol dreigen het Londense ontbijt, lunch en diner op te eten.
Gelukkig constateer ik dat uw honger nog lang niet gestild is. Schiphol en andere regionale luchthavens in ons land tonen ambitie en durf door te investeren in capaciteit en kwaliteit. De start van de uitgebreide verbouwing vorig jaar hier op Schiphol geeft dat al duidelijk aan.
Echter, de woorden van de burgemeester van Londen hebben ook een keerzijde. Ze geven ook aan dat onze eigen vooraanstaande functie nooit vanzelfsprekend is. Dat de concurrentie nooit stil zit.
Ik zie dat de luchtvaartsector elke dag op zoek is naar nog betere manieren om de concurrentie voor te blijven.
Het is dus belangrijk op tijd actie te ondernemen, oog te hebben voor de belangen van de mainport en het netwerk rondom de mainport.
Dus moeten we blijven innoveren. Slimmer, efficiënter en duurzamer zijn dan onze concurrenten. Want de kracht van onze mainport met het netwerk van bestemmingen van Nederland naar de rest van de wereld is geen gegeven, we krijgen het niet cadeau. Integendeel; het achterland van Nederland alleen is te klein om een mainport in stand te houden. Daar is de hubfunctie van met name KLM voor nodig. Als die er niet zou zijn, zouden er van de meer dan 80 intercontinentale bestemmingen nu, waarschijnlijk niet meer dan 4 of 5 rendabel over blijven.
Juist daarom is het van belang dat de Rijksoverheid de randvoorwaarden schept zodat de luchtvaartsector zich verder kan ontwikkelen.
Ik draag daaraan bij door zowel ruimte in de lucht als op de grond te maken. Dus creëren we ruimte voor meer vluchten op Eindhoven en Lelystad. En door het nieuwe normen- en handhavingstelsel maken we groei voor Schiphol mogelijk.
Voor het einde van het jaar wil ik definitieve besluiten nemen voor Lelystad en Eindhoven om ruimte te geven voor extra vliegbewegingen. Over Lelystad hebben we een flink debat gevoerd zowel met de luchtvaartsector en de omgeving, als aan de Alderstafel en in de Tweede Kamer. Het heeft draagvlak in de Kamer. Ik voorzie eind dit jaar het luchthavenbesluit te nemen zodat de exploitant daarna aan de slag kan.
Waar het om draait is dat de capaciteit op Schiphol eindig is en de groei van de luchtvaart hopelijk niet. We moeten op tijd klaar zijn en niet de wal het schip laten keren. Ik wil dat we de economische vruchten van onze hubluchthaven kunnen blijven plukken. Het netwerk moeten we in stand houden en uitbouwen en tegelijkertijd ruimte scheppen voor de toenemende vraag.
Behalve ruimte is eerlijke concurrentie een belangrijke voorwaarde voor een gezonde en sterke sector. Een gelijk speelveld voor de luchtvaart is essentieel. Daarom let ik scherp op internationale ontwikkelingen die van invloed kunnen zijn op onze concurrentiepositie zoals passagiersrechten en emissiehandel. Het is belangrijk dat we waar het gaat om Europese en internationale regelgeving we een heldere positie innemen bij eventuele marktverstorende effecten. En zullen we ook goed luisteren naar de sectorpartijen. Onbedoelde en ondoordachte negatieve effecten op de Nederlandse en Europese concurrentiepositie moet worden voorkomen.
Dames en heren,
Een concurrerende luchtvaartsector is ook een duurzame sector. Door te investeren in slimme en groene innovaties leveren we een bijdrage een schonere en veiliger wereld, en tegelijkertijd onderscheiden we ons van concurrenten. Steeds meer vliegtuigen krijgen stillere en zuinigere motoren. Maar omdat de luchtvaart wereldwijd blijft groeien, moeten er ook andere maatregelen genomen worden. Het vliegen op duurzame biobrandstof is hier één van.
Daarom stimuleer ik onder andere het gebruik van schone brandstoffen via diverse initiatieven. Zoals de Green Deal Biokerosine en de ondertekening van de Intentieverklaring 'Bioport Holland' onder andere met partners als KLM en Schiphol. Doel van deze publiek-private intentieverklaring is de ontwikkeling en toepassing van biobrandstoffen in de luchtvaart in Nederland te verbreden. Een schoolvoorbeeld van Groene Groei waar innovatie samengaat met duurzaamheid en economische groei. Deze intentieverklaring heeft niet voor niets de internationale 'sustainable bio award' gewonnen tijdens de World Biofuels Market.
Een ander initiatief is het KLM Corporate Biofuel Programme, een milieuprogramma voor ondernemingen die hun personeel groen willen laten vliegen. Ik ben er trots op u vandaag aan te kondigen dat mijn ministerie toetreedt tot het KLM Corporate Biofuel Programme.
KLM investeert volgend jaar de bijdrage van het ministerie van 200.000 euro voor 100 procent in de aanschaf van duurzame biokerosine. Op deze manier investeert het ministerie structureel in innovatie en het daadwerkelijk terugdringen van de CO2 uitstoot 'aan de bron' van vliegreizen van ambtenaren.
Kortom, door onze toetreding levert de overheid een bijdrage aan een schonere luchtvaart, groene innovaties en de ontwikkeling van een nieuwe industrie en een nieuw exportproduct. Ik hoop dan ook dat andere ministeries snel zullen volgen.
Dames en heren,
Ik ga afronden. Het Rijk moet u de ruimte geven om te doen waar u goed in bent: ondernemen en innoveren. Het is aan U die ondernemerskansen te pakken. Maar dat hoef ik U niet te vertellen. Gezamenlijk werken we aan een krachtige luchtvaart die een belangrijke bijdrage levert aan een economisch sterk Nederland.
Ik wens U nog een smakelijke voortzetting van de avond.
Dank U wel.