Eerste junior-leraren aan de slag
De eerste lichting net afgestudeerde leraren gaat vanaf september aan de slag als junior-leraar op verschillende basisscholen en middelbare scholen in Amsterdam. Om leraren een betere start te laten maken begint de Hogeschool van Amsterdam dit schooljaar als eerste lerarenopleiding met een proef om beginnende leraren intensief te begeleiden. Het idee voor het junior-docentschap is afkomstig van een groep studenten van de lerarenopleiding van de Hogeschool van Amsterdam.
Beter voor de klas
Volgens minister Jet Bussemaker (OCW) is het belangrijk dat lerarenopleidingen en scholen de begeleiding van starters op de onderwijswerkvloer serieus nemen : ‘Het initiatief voor de junior-leraar is ontwikkeld op basis van ervaringen van startende leraren. Als beginnend docent komt er ongelofelijk veel op je af en word je vaak meteen in het diepe gegooid. Door te starten als junior-leraar die goed begeleid wordt in de eerste jaren op school, laten we leraren een betere start maken in het onderwijs. ‘
Tijdens de eerste twee jaar worden de junior-leraren intensief begeleid en hebben ze regelmatig voortgangsgesprekken. Er wordt in die periode ook gewerkt aan de inhoudelijke en didactische ontwikkeling van de startende leraren. De leraren worden hierop getoetst.
Lerarenagenda
Bedenker van het initiatief is Pabo-studente Floor de Nooij van de Hogeschool van Amsterdam. Zij schreef vorig jaar, samen met vijf andere studenten, een advies voor minister Bussemaker, waarin zij het concept voor een junior-docentschap uitwerkten. Bussemaker was meteen enthousiast over het voorstel en nam de pilot op in de Lerarenagenda. Doel van deze agenda is het beroep van leraar aantrekkelijker maken door betere begeleiding en meer ruimte voor groei en ontwikkeling.