Toespraak van minister Opstelten bij de EU train-de-trainersbijeenkomst 'Signaleren van mensenhandel'
Toespraak van minister Opstelten (VenJ) bij de EU train-de-trainersbijeenkomst 'Signaleren van mensenhandel' in Amsterdam op 12 juni 2014.
Dames en Heren,
Welkom allemaal, op deze “train-de-trainers bijeenkomst” Signaleren van Mensenhandel. Ik zie dat u in groten getale bent komen opdagen. Dat doet mij deugd. We gaan het hier vandaag tenslotte hebben over een belangrijk onderwerp. Zoals u weet is mensenhandel een buitengewoon ernstig misdrijf, met een enorme impact op de slachtoffers. Een vorm van “moderne slavernij” - uiterst verwerpelijk. Het is dan ook niet voor niets dat de aanpak van mensenhandel voor dit kabinet hoge prioriteit heeft!
En mensenhandel is niet alleen een ernstig vergrijp, het is ook behoorlijk complex. Daarom kunnen we alleen succes boeken via een integrale aanpak, waarbij tal van partners zijn betrokken. Aan dat integrale beleid, en de bijbehorende wetgeving, werken we dan ook continu – met alle betrokken ministeries. Ook bevorderen we dat alle organisaties die betrokken zijn bij de uitvoering – en dat zijn er heel wat; zowel overheidsinstanties, als NGO’s en private partijen – zo goed mogelijk samenwerken en relevante informatie uitwisselen.
Maar, dames en heren, een effectieve aanpak begint natuurlijk bij een goede, tijdige signalering van het probleem. En daar hebben we u - als professionals die beroepshalve te maken kunnen krijgen met vormen van mensenhandel - hard bij nodig. Als onze oren en ogen. Hoe herken je mensenhandel? Wat zijn typische signalen die daarop kunnen duiden? En wat als er sprake is van meerdere van die signalen? Wanneer ga je over tot actie en wat kun je in zo’n situatie doen?
Vragen waar u, als professional, in uw dagelijks werk ongetwijfeld wel eens mee te maken krijgt. En in de praktijk zullen veel professionals al een soort Fingerspitzengefühl hebben ontwikkeld, om situaties die kunnen duiden op mensenhandel of uitbuiting te kunnen herkennen. Ook hebben veel organisaties zelf al indicatorenlijsten ontwikkeld, om signalen te herkennen; en/of ze werken met profielen van slachtoffers. Organisaties bieden hun medewerkers soms ook al trainingen, waarin ze slachtoffers van mensenhandel leren signaleren. Met deze inspanningen boeken we al behoorlijke resultaten; steeds meer mogelijke slachtoffers worden herkend. Maar ik denk dat we er nog méér uit kunnen halen. Dat we nóg meer professionals van nóg meer organisaties op een effectieve manier kunnen trainen.
Eind 2010 hebben we dan ook besloten een aanvraag voor EU-subsidie te steunen voor een project om de signalering van slachtoffers van mensenhandel te verbeteren. Het voorstel voor dit project kwam van Frankrijk. Behalve Nederland deden ook Bulgarije, Griekenland, Roemenië en Spanje mee. In januari 2012 ging dit project van start.
Vandaag, dames en heren, zijn we bijeen om de resultaten van dit project met elkaar te delen en ermee aan de slag te gaan. En die resultaten mogen er zijn. Ik heb ze hier bij me: drie praktische handleidingen over verschillende vormen van mensenhandel:
- arbeidsuitbuiting;
- seksuele uitbuiting;
- gedwongen bedelarij en strafbare activiteiten.
Heldere, beknopte boekjes. Elke eerstelijns professional die in zijn of haar dagelijks werk in aanraking kan komen met mogelijke slachtoffers van mensenhandel zou ze binnen handbereik moeten hebben. Ze vertellen u kort en bondig:
- wat deze vorm van mensenhandel inhoudt;
- hoe u signalen van mensenhandel kunt herkennen;
- welke stappen u moet zetten, zodra u denkt een mogelijk slachtoffer van mensenhandel voor u te hebben.
Achterin elk boekje staan alle indicatoren voor die specifieke vorm van mensenhandel nog eens op een rijtje. En uiteraard bevat elke handleiding ook een overzicht van instanties en telefoonnummers waar u gevallen van mensenhandel kunt melden, of waar u terecht kunt voor advies.
Behalve die drie handleidingen – in diverse talen - heeft het EU-project nog iets opgeleverd. Er zijn ook meer gedetailleerde richtlijnen opgesteld voor het signaleren van mensenhandel. Voor de eerstelijns professionals zijn die waarschijnlijk te uitgebreid, maar ze bieden nuttige achtergrondinformatie voor mensen die een training voorbereiden.
Verder zijn we, op landelijk niveau, ook bezig een Nationaal Verwijzingsmechanisme voor slachtoffers van mensenhandel op te zetten. Zeg maar: een wegwijzer die aangeeft wat de precieze rol is van de verschillende ketenpartners – publiek én privaat – als het gaat om signalering, ondersteuning en eventuele opvang van slachtoffers van mensenhandel.
Dat Verwijzingsmechanisme is een gezamenlijk project van drie ministeries: Veiligheid & Justitie, Sociale Zaken & Werkgelegenheid en Volksgezondheid, Welzijn & Sport. Uiteraard hebben we voor de totstandkoming van dat mechanisme alle betrokken ketenpartners geraadpleegd. Doel is om alle slachtoffers hulp en ondersteuning te bieden die zo goed mogelijk aansluit bij hun persoonlijke behoeften. Binnenkort zal ik een brief naar de Tweede Kamer sturen met de aanbevelingen die dit project heeft opgeleverd.
En dat brengt mij weer bij u, dames en heren. U gaat zo meteen concreet aan de slag met de training. Zodanig, dat u zelf de eerstelijns professionals in uw eigen organisatie kunt trainen in het signaleren en melden van mensenhandel. Ik hoop – nee, ik verwacht - dat u daar allemaal flink mee aan de slag gaat! En ik ga er van uit dat u in die trainingen straks ook aandacht zult besteden aan het Nationaal Verwijzingsmechanisme, als dat er eenmaal is. Daarmee geeft u slachtoffers van mensenhandel een zetje in de goede richting - naar de hulp en ondersteuning die zij nodig hebben. Want dáár, dames en heren, doen we het uiteindelijk toch allemaal voor.
Ik wens u allen veel succes bij deze training!