Kijken in het ei om doden haantjes te voorkomen
Kijken in het ei om het geslacht van het embryo te bepalen kan helpen om het doden van eendagshaantjes te voorkomen. Dat blijkt uit een rapportage van het Rathenau instituut.
Op 27 mei 2014 hebben staatssecretaris Dijksma van Economische Zaken, de Universiteit Leiden, het bedrijf In Ovo B.V., de Dierenbescherming, de Vakgroep Pluimveehouderij LTO Nederland/Nederlandse Organisatie van Pluimveehouders (NOP) en de NOP Kring Kuikenbroeders een intentieverklaring ondertekend voor de aanpak van dit probleem.
Staatssecretaris Dijksma: 'Jaarlijks worden in Nederland 45 miljoen haantjes direct nadat ze uit het ei zijn gekomen gedood. In Europa zijn dat zelfs tegen de 400 miljoen haantjes. Dat is een maatschappelijk probleem dat om een oplossing vraagt. Het is een goede zaak dat het pluimveebedrijfsleven, maatschappelijke partijen en onderzoeksinstellingen de handen ineen willen slaan om die oplossing tot stand te brengen'.
Debat
Het Rathenau Instituut heeft op verzoek van Dijksma een debat georganiseerd met betrokken en belanghebbende organisaties en daarover gerapporteerd. Conclusie van dit rapport is dat de techniek die de beste kansen biedt als alternatief voor het doden van de haantjes de in-ovotechniek is. Daarbij kijkt men in het ei nadat het al enige dagen is bebroed om vast te stellen of er een haantje of een hennetje in zit. De eieren met hennetjes worden verder uitgebroed en de kuikens worden grootgebracht tot legkippen. De eieren met haantjes worden niet uitgebroed, omdat deze haantjes geen economische waarde hebben.
Onderzoek
Er is door In Ovo BV in Leiden een techniek ontwikkeld waarbij de eerste experimenten een positief resultaat laten zien, maar de onzekerheden zijn nog groot. Daarom is verder strategisch onderzoek nodig om vast te stellen hoe het geslacht effectief, betrouwbaar en na een korte broedtermijn kan worden vastgesteld. De investeringen in dit innovatieve onderzoek bedragen €550.000. Het ministerie van Economische Zaken neemt hiervan €350.000 voor zijn rekening, de Rijksuniversiteit Leiden €200.000.
Intentieverklaring
De brede ondertekening van de intentieverklaring maakt duidelijk dat er een groot maatschappelijk draagvlak is om via de verdere ontwikkeling van deze techniek het probleem van het doden van eendagshaantjes op te lossen. De resultaten van het onderzoek zullen voor iedereen toegankelijk zijn. De Dierenbescherming ziet de in-ovotechniek als een positief te waarderen alternatief. De vakgroep Pluimveehouderij LTO Nederland/NOP en de NOP Kring Kuikenbroederijen verbinden zich ertoe om bij een positieve afronding van het onderzoek deze techniek verder te ontwikkelen tot een in de praktijk toepasbaar systeem.