Aansluiting op mondiale waardeketens biedt Nederlandse economie legio kansen
De internationale economie ordent zich steeds meer in mondiale waardeketens. Producten worden niet langer in 1 land gemaakt, maar in de wereld. Het gaat niet zozeer om wat je verkoopt, maar wat je doet in de internationale economie. Door de economie te bekijken door deze bril van mondiale waardeketens, zijn we beter in staat het DNA van onze economie te ontrafelen.
Dat staat in een brief die het kabinet op voorstel van minister Ploumen voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking aan de Tweede Kamer heeft gezonden.
Uit de brief blijkt dat werkgelegenheid in Nederland nog meer aan internationale handel verbonden is dan werd aangenomen. De brief onderstreept bovendien het belang van goed oog houden op ontwikkelingen in de wereldhandel. Voor opkomende landen, maar ook voor het MKB is het makkelijker geworden te participeren in de wereldhandel.
Minister Ploumen: "We moeten de positie van Nederland in de wereld door de bril van mondiale ketens bekijken. Dan pas krijgen we goed zicht op het DNA van de Nederlandse economie. We weten dan welke activiteiten precies in Nederland worden uitgevoerd, welke spelers daarbij betrokken zijn en hoe en met wie Nederland internationaal zaken doet. Dan blijkt dat onze goede exportprestaties mede te danken zijn aan importen, de rol van het MKB en door het samenspel van industrie en diensten."
Door ketenvorming ontstaan nieuwe kansen voor bedrijven om te internationaliseren en zich te specialiseren. Ook voor bedrijven in opkomende markten wordt het makkelijker om aan te haken op ketens. Er liggen veel kansen voor Nederland om het verdienvermogen te versterken die, door op deze manier naar de economie te kijken, veel beter naar voren komen. Aansluiting op ketens geeft toegang tot buitenlandse markten en netwerken, creëert kennis, trekt investeerders en talent aan en helpt eigen economische prestaties te verbeteren door ons toe te leggen op activiteiten waarmee Nederland zich internationaal kan onderscheiden.
Tegelijk maakt de vorming van mondiale waardeketens het makkelijker voor arme landen om aan te haken bij de wereldeconomie. Het is niet meer nodig om zelfstandig een hele industrie op te zetten. Met het ontplooien van 1 of enkele activiteiten kunnen landen al meedoen. Door ze te ondersteunen met hulp, handel en investeringen dragen we bij aan armoedebestrijding. Het is zaak daarbij scherp oog te hebben voor de maatschappelijke effecten in de productieketen en bedrijven aan te spreken op hun verantwoordelijkheid.