Opstelten: regulering hennepteelt kan niet en lost problemen niet op
Regulering van hennepteelt biedt geen oplossing voor de problemen met illegale hennepteelt. Het merendeel van de in Nederland geteelde hennep is bestemd voor export en niet voor binnenlands gebruik via de coffeeshops. Dat schrijft minister Opstelten van Veiligheid en Justitie in een brief aan de Tweede Kamer over het aangescherpte coffeeshopbeleid.
Doel van het aangescherpte drugsbeleid is coffeeshops weer beheersbaar te maken. De coffeeshops moeten terug naar waar ze voor bedoeld waren: verkooppunten voor lokale gebruikers. Hiertoe is onder meer per 1 januari 2013 het zogeheten ingezetenencriterium ingevoerd, waardoor drugstoeristen worden geweerd. In 90 procent van de 103 gemeenten met coffeeshops maakt het ingezetenencriterium nu onderdeel uit van het lokale coffeeshop- en veiligheidsbeleid of gaat dit binnenkort gebeuren.
Ook moet een krachtige aanpak van de illegale hennepteelt een antwoord geven op de lokaal ervaren overlast. De aanpak van de georganiseerde hennepteelt is topprioriteit voor dit kabinet. Hierbij wordt ingezet op een geïntegreerde aanpak, waarbij politie, Belastingdienst, gemeentebestuur, woningcorporaties en energiemaatschappijen samenwerken. Het aantal grootschalige onderzoeken naar georganiseerde hennepteelt laat ook een duidelijk stijgende lijn zien: van 46 in 2009 naar 75 in 2012.
Minister Opstelten heeft de Tweede Kamer toegezegd ideeën over hennepteelt bij gemeenten op een rij te zetten. Het ministerie van Veiligheid en Justitie heeft in dit kader 21 plannen en voornemens ontvangen namens 25 gemeenten. De bewindsman heeft de betrokken burgemeesters vervolgens hierover persoonlijk gesproken.
Minister Opstelten noemt het terecht dat het onderwerp illegale hennepteelt sterk leeft bij burgemeesters. De georganiseerde criminaliteit heeft een belangrijke bijdrage geleverd aan de huidige omvang en professionaliteit van hennepteelt, maar ook de omvangrijke ondersteuning vanuit de ‘bovenwereld’ is zorgwekkend. Illegale hennepteelt leidt tot overlast en verloedering in buurten en tot direct brandgevaar voor omliggende woningen. De leefbaarheid van een wijk wordt aangetast. Hennepteelt levert kortom een reëel veiligheidsrisico voor de samenleving op.
Wat betreft regulering van hennepteelt heeft de minister de Tweede Kamer en burgemeesters altijd voorgehouden geen valse verwachtingen te willen scheppen met het inventariseren van plannen van gemeenten. Hennepteelt is reeds langere tijd onderwerp van publiek debat; de bestrijding ervan, maar ook de vraag of regulering van de achterdeur van coffeeshops een mogelijke oplossing biedt voor problemen en of dit juridisch kan. De lijn van meerdere bewindslieden, vanuit verschillende kabinetten is telkens dat regulering van de achterdeur van coffeeshops geen oplossing biedt voor genoemde problemen en dat het bovendien internationaal rechtelijk gezien niet kan.
Voor het telen van hennep kan volgens de Opiumwet en internationale verdragen alleen wegens medicinale of wetenschappelijke doeleinden een ontheffing worden verleend. ,,Het zal duidelijk zijn, dat het verstrekken door de overheid van een vergunning buiten de doelstellingen van het verdrag en Opiumwet zou neerkomen op een opzettelijke schending van de wettelijke en verdragsverplichtingen die op diezelfde overheid rusten’’, aldus minister Opstelten.
Regulering van hennepteelt biedt ook geen oplossing voor de problematiek waarmee de burgemeesters te maken hebben. Het merendeel – naar schatting 80 procent – van de in Nederland geteelde hennep is bestemd voor export. Noch de illegale plantages, noch de achterliggende (georganiseerde) criminaliteit zullen met het reguleren van de teelt voor coffeeshops verdwijnen.
Door een aantal gemeenten wordt nog gewezen op mogelijke financiële voordelen die gepaard zou gaan met regulering van hennepteelt, ofwel door belasting te heffen ofwel omdat het de overheid geld zou besparen in de handhaving. Dit is een misverstand. Op grond van Europees recht is het niet toegestaan om invoerrechten, BTW, omzetbelasting en/of accijns te heffen op hennep, omdat het een verboden middel is. Verder zou voor regulering van hennepteelt een stelsel aan regels opgetuigd moeten worden, waarop toezicht moet worden gehouden. Daarnaast zouden handhavingsinspanningen nodig blijven voor de illegale teelt buiten de coffeeshops om.
Minister Opstelten heeft ook onderzoek laten uitvoeren naar relevante internationale ontwikkelingen op het gebied van hennepteelt. Dit onderzoek dat door RAND Europe is uitgevoerd geeft geen aanleiding om het kabinetsbeleid met betrekking tot de achterdeur aan te passen.
Het kabinetsbeleid wordt gesteund door de conclusies uit het rapport ‘Experimenten met het gedogen van teelt van cannabis ten behoeve van de bevoorrading van coffeeshops’ van het Asser Instituut uit 2005. Minister Opstelten heeft verzocht een onafhankelijke externe partij nogmaals grondig naar de juridische argumenten te laten kijken. Onderzoekers van de Radboud Universiteit Nijmegen hebben deze opdracht aanvaard en zullen in het voorjaar van 2014 rapporteren over de uitkomsten.
Documenten
-
Kamerbrief over toezeggingen coffeeshopbeleid
Brief van minister Opstelten (VenJ), mede namens staatssecretaris Van Rijn (VWS), over toezeggingen inzake het coffeeshopbeleid.
-
Plannen en voornemens gemeenten hennepteelt
-
Overzicht Gemeentelijke Plannen en Voornemens Wietteelt – December 2013
-
De voor- en achterdeur ‘open’
Voorstel tot een pilot voor de regulering van de hennepteelt in Limburg.
-
Coffeeshops in Nederland 2012
Aantallen coffeeshops en gemeentelijk beleid 1999-2012.
-
Multinational overview of cannabis production regimes