‘Werkgevers, maak werk van gezondheid binnen uw onderneming!’
‘Ook zorgverzekeraars, werkgevers en werknemers hebben een maatschappelijke verantwoordelijkheid. Participatie en preventie, of laten we zeggen samen werken aan een gezonde samenleving: dat is ook een wezenlijk onderwerp voor de werkvloer.’ Dit zei staatssecretaris Van Rijn ter gelegenheid van het Zilveren Kruis Achmea Congres op 6 november 2013 in Amsterdam.
Let op, alleen het uitgesproken woord geldt!!!
Dames en heren,
Waarschijnlijk kunt u het zich nog wel herinneren: de kantoorruimte van vroeger, waar het blauw kon zien van de rook en een asbak op het bureau nooit ontbrak. We denken misschien dat dat ver achter ons ligt, maar de ‘rookvrije werkplek’ kwam er pas in 2004.
Dat mensen niet meer roken op de werkplek, is een mooie ontwikkeling. Tegenwoordig is de werkvloer steeds vaker de plek waar gezonde en vitale werknemers rondlopen. Mensen die productief en duurzaam inzetbaar zijn. Je ziet daarbij ook een verschuiving binnen bedrijven optreden: van ‘ziekte en verzuim voorkomen’, naar ‘gezondheid en vitaliteit bevorderen’.
Dat doen ze niet alleen in het belang van de werknemers, maar werkgevers spinnen zelf ook garen bij gemotiveerde, fitte en productieve medewerkers. Er zijn al vele voorbeelden van deze verschuiving.
Als ik de verhalen lees over bedrijven die al werk maken van gezond ondernemen, is het nog lastig kiezen: het bouwbedrijf dat een cursus Stoppen met Roken aanbiedt; de hovenier met een in-house fysiotherapeut; de scheepswerf, die met een zorgverzekeraar onderhandelt om de gezondheid van medewerkers nog verder te verbeteren; een productiebedrijf dat een sportgroep begint voor medewerkers met overgewicht.
En zo hebben mijn collega’s van Sociale Zaken ruim honderd van dit soort verhalen verzameld op de website duurzameinzetbaarheid.nl.
Natuurlijk is er nog veel winst te behalen, maar ik ben verheugd over al deze initiatieven. Ten eerste omdat alles wat bijdraagt aan een gezonde leefstijl voor een VWS-staatssecretaris goed nieuws is. En ten tweede omdat het zo mooi past in de veranderingen die wij in de zorg doorvoeren.
Dat laatste behoeft toelichting en daarom zal ik nu eerst stilstaan bij de actuele ontwikkelingen in de zorg. Daarna geef ik gezond werken in deze ontwikkelingen een plaats. Ten slotte vertel ik welke specifieke rollen en taken er te onderscheiden zijn. En hoe we samen onze verantwoordelijkheid kunnen pakken en verder kunnen werken aan gezond ondernemen.
Vorig jaar gaf mijn collega Edith Schippers op dit congres een wake-up call over de betaalbaarheid van de zorg. Daarom volsta ik hier met de opmerking dat de huidige explosieve ontwikkeling van zorgkosten gekeerd moet worden. Anders kan onze maatschappij het gewoon niet meer opbrengen.Die boodschap is - ook landelijk – goed doorgekomen.
Op de oproep in Buitenhof ‘wat kan uit het pakket?’, kwamen 4.000 reacties. In overleg met de sector zijn er afspraken gemaakt: het basispakket wordt zo veel mogelijk ontzien en de focus komt te liggen op een strengere toegang tot de zorg.
Met de verschillende zorgpartijen zijn afspraken gemaakt om de groeipercentages van de zorguitgaven de komende jaren verder terug te brengen.
Een andere belangrijke ontwikkeling is dat we de gezondheid en ondersteuning dichter bij de mensen willen brengen: in de wijk, op school en op het werk.
En dan niet alleen dichter bij, maar ook samen mét de mensen werken aan een gezonde leefstijl.
Zelf hebben wij als rijksoverheid bijvoorbeeld het voortouw genomen met het Nationaal Programma Preventie. Het NPP heeft als doel:de kwaliteit van leven te verhogen, de participatie te optimaliseren en de gezondheidsbescherming op een hoog niveau te houden.
Aanleiding om met dit programma te beginnen, waren:
-de toename van chronisch zieken en mensen met overgewicht,
-en de grote gezondheidsverschillen tussen mensen in verschillende sociaal-economische klassen.
Er zijn al vele losstaande initiatieven en projecten die inzetten op preventie en het bevorderen van de gezondheid. De kunst is deze met elkaar te verbinden en samen te werken aan meer samenhang en schaalvergroting. Dat doen we door afspraken te maken met vele maatschappelijke partners.
Ook zorgverzekeraars, werkgevers en werknemers hebben een maatschappelijke verantwoordelijkheid. Participatie en preventie, of laten we zeggen samen werken aan een gezonde samenleving: dat is ook een wezenlijk onderwerp voor de werkvloer.
Het is een zaak van de werknemer, die zijn verantwoordelijkheid moet nemen voor zijn eigen leefstijl en gezondheid. Laat ze hun mogelijke gezondheidsproblemen of het verbeteren van hun gezondheid bespreken met de werkgever. Die kan zo nodig ondersteuning bieden. Laat duidelijk worden wat er speelt en wat beide partijen van elkaar mogen verwachten.
En het is een zaak van de werkgever. Ondanks de crisis zijn werkgevers zich steeds meer bewust van het belang van een actief gezondheidsbeleid in het bedrijf. De aandacht verschuift van ziekteverzuim en uitval uit het werk naar duurzame inzetbaarheid en gezondheid.
Het gaat het dus niet meer alleen om de vraag: hoe krijg ik mijn zieke werknemer weer terug op de zaak? De vraag is nu vaak: hoe kan ik mijn mensen gezond en vitaal houden, zodat ze duurzaam inzetbaar en productief zijn in mijn bedrijf?
Natuurlijk zijn er mensen die zeggen: “Waarom zou ik in gezondheidsmanagement investeren? Het ziekteverzuim is in mijn bedrijf al laag. Er zit geen rek meer in.”
Maar gaat het niet alleen om uitval. Ook mensen die wél naar het werk komen, kunnen gezondheidsproblemen en stress hebben. En daardoor minder presteren. Achmea heeft al berekend dat kosten van ‘absenteïsme en presenteïsme’ gezamenlijk op kunnen lopen tot zo’n 25 procent van alle personeelskosten.
Het is daarom logisch dat werkgevers ook van hun zorgverzekeraars vragen bij te dragen aan gezond ondernemen. Ik wil daarbij aansluiten: werkgevers, maak werk van gezondheid binnen uw onderneming en ga intensiever onderhandelen met de zorgverzekeraars. Daag ze uit om preventieve maatregelen te verstrekken die passen bij de behoefte van uw bedrijf. Zodat werknemers ’s ochtends fitter binnenkomen en aan het eind van de dag weer fit vetrekken. Hun hele werkzame leven lang.
Zorgverzekeraars weten dat de gezonde werkvloer ook hún zaak is. Steeds meer zorgverzekeraars ontwikkelen bedrijfspolissen die gericht zijn op het bevorderen van de gezonde leefstijl van werknemers en bieden gerichte en snelle zorg als werknemers toch ziek uitvallen. Ik weet zeker dat zij graag het gesprek aangaan met de werkgever.
Nou heeft Achmea ondertussen wel een naam hoog te houden als het om gezondheidsbevordering gaat. U zult er vandaag wel meer over horen, dus ik beperk ik me tot drie initiatieven.
Achmea is landelijk partner in JOGG: Jongeren Op Gezond Gewicht. De integrale wijkaanpak van overgewicht bij jongeren.
Inmiddels zijn er 32 JOGG-gemeenten die op lokaal niveau samen met bedrijven, maatschappelijke organisaties, scholen en sportverenigingen de werken aan een gezonde omgeving voor kinderen. Die aanpak werkt: het overgewicht onder de jeugd neemt af en de kinderen krijgen een goede basis om op te groeien tot gezonde volwassenen. En dus ook tot de vitale werknemers van de toekomst.
Een ander voorbeeld is de kennisdag die Achmea en VWS georganiseerd hebben. Op die dag zijn feiten en fabels over preventie besproken. Wist u bijvoorbeeld dat roken een werkgever gemiddeld € 2.800 per jaar per medewerker kost aan rookpauzes en verzuim? Terwijl de werknemer maar de helft van dat bedrag kwijt is aan sigaretten.
Duidelijk werd op deze dag, dat er al ontzettend veel kennis voorhanden is over wat echt wérkt als het gaat om roken of overgewicht. Kennis die de verzekeraar helpt om voor bedrijven gezondheidsprogramma’s op maat te maken.
Tenslotte wil ik de ondersteuning noemen die Achmea aan bedrijven biedt om een gezondheidsbeleid in de onderneming in te voeren. Hun dienstverleningspakket Present sluit naadloos aan bij wat ook wij als Rijksoverheid voorstaan: bedrijven helpen beleid te maken, gericht op gezonde en duurzaam inzetbare werknemers.
Toch zit er ondanks al het goede werk nog twijfel bij sommige zorgverzekeraars om te investeren in gezondheid. De gedachte is dat de baten voor de zorgverzekeraar eventueel pas op de lange termijn komen, terwijl de werkgever en zijn verzuimverzekeraar al op korte termijn profiteren van minder ziekteverzuim en hogere productiviteit.
Ik roep daarom zorgverzekeraars, verzuimverzekeraars, arbodiensten en werkgevers op om afspraken te maken over de verrekening van kosten van gezondheidsinterventies op het werk.
Werk samen aan een verdeelmodel, waarin zowel de kosten als de baten eerlijk worden verdeeld. En de financiële prikkels zó zijn dat investeren in gezondheid op de werkvloer loont. Voor alle partijen.
Dames en heren, als ik burgers, bedrijven en al die andere partijen vraag mee te werken aan een gezondere maatschappij met beheersbare zorgkosten, dan kan de rijksoverheid daar niet bij achterblijven.Het ministerie van SZW is al jaren actief bezig met duurzame inzetbaarheid.
En - zoals ik al zei - mijn eigen ministerie is dit jaar met het Nationaal Programma Preventie gestart. Als het om het domein arbeid gaat, is het uitgangspunt van het NPP: Werken is gezond en gezond werken kan nog beter. Dat kan bijvoorbeeld door: het Actieplan Gezond Bedrijf van SZW en VWS, dat MKB-bedrijven helpt om een beleid op te zetten gericht op het versterken van de inzetbaarheid van de werknemers, het Convenant Gezond Gewicht, dat inzet op het bevorderen van een gezondere leefstijl in de werkomgeving, de specifieke aandacht voor chronisch zieken, het vergroten van de mentale gezondheid op het werk, en een betere verspreiding van de kennis over effectieve preventieve interventies op de werkvloer.
Ik vraag u, als onmisbare maatschappelijke partners, zich aan te sluiten bij het NPP. Zodat we samen actief gezondheidsbeleid en kennisverspreiding in bedrijven kunnen stimuleren. Zodat we bewustwording van gezond en veilig werken en een gezonde leefstijl kunnen vergroten. Zodat wij zo veel mogelijk bij kunnen dragen aan datgene wat wij aan de rest van de maatschappij vragen: inzetten op gezondheid, zodat zo veel mogelijk mensen kunnen meedoen.
Ik dank u hartelijk voor uw aandacht.