Minister roept dierenartsen op antibioticagebruik verder terug te dringen
‘U zit als diergeneeskundigen aan de knoppen als het gaat om antibioticagebruik in de veehouderij. De afgelopen jaren heeft u grote stappen gezet. Maar u komt van ver. En wie van ver komt, zal ook ver moeten gaan.’ Dat zei de minister van Volksgezondheid, Edith Schippers, op 4 oktober 2013 tijdens het Jaarcongres van de Koninklijke Nederlandse Maatschappij voor Diergeneeskundigen in Nieuwegein.
Beste mensen,
Het is goed om hier bij elkaar te zijn. En mocht u zich afvragen waarom de minister van Volksgezondheid een congres over diergeneeskunde bezoekt – voor mij is dat volkomen vanzelfsprekend. En niet alleen omdat ik zelf ooit dierenarts wilde worden. Het is dat ik werd uitgeloot…
Anders had ik hier misschien helemaal niet gestaan, maar naast u in de zaal gezeten. Als uw collega. Over de wenselijkheid daarvan lopen de meningen uiteen…
Maar ook al zijn we hier in heel verschillende functies; we hebben een groot gemeenschappelijk belang: De aanpak van antibioticaresistentie. Een onderwerp dat mij na aan het hart ligt en dat ook hoog op de agenda van dit kabinet staat. Want we hebben het over de grootste bedreiging van de volksgezondheid. In Nederland en wereldwijd. Humaan en veterinair.
Te veel gebruik. Onzorgvuldig gebruik. De oorzaak is even simpel als hardnekkig. En de gevolgen zijn dramatisch.
U herinnert zich ongetwijfeld de uitbraak van een resistente klebsiella in het Maasstad Ziekenhuis in Rotterdam. Vierduizend mensen hebben daar aan blootgestaan. Meer dan honderd mensen werden besmet. Drie patiënten overleden als direct gevolg van die besmetting. Artsen in het Maasstad hebben gelukkig vele anderen kunnen behandelen. Met een laatste redmiddel: colistine.
Beste mensen, dit middel wordt nog steeds gebruikt in de veehouderij! Probeert u zich eens voor te stellen dat je zo ziek bent. En dat er dan nog maar één middel is dat je leven kan redden. En dat we daar dan zulke risico’s mee nemen.
Ik vind dat onacceptabel.
En ik weet dat er nog volop discussie is over hoe het nu precies zit met de overdracht van resistente bacteriën tussen dieren en mensen. Maar laten we ons daar nu niet achter verschuilen. Want het maakt mij eerlijk gezegd niet uit hoe die resistente bacteriën tot ons komen. Via de ziekenhuizen, via het milieu, uit het buitenland, of via de veehouderij.
We moeten gewoon op al die terreinen alles doen wat we kunnen om resistentie tegen te gaan. En daarin heeft u dus ook een grote verantwoordelijkheid. We weten allemaal dat er veel te kwistig is gestrooid met antibiotica in de veehouderij, ook met de laatste redmiddelen die we voor mensen hebben. Sinds 2009 is dat gelukkig in rap tempo veranderd.
De sector heeft z’n verantwoordelijkheid opgepakt en u ook. 56 procent reductie is echt een mooi resultaat. En dat verdient een groot compliment. Maar het is nog niet genoeg!
Ik hoor steeds vaker over vrouwen met een blaasontsteking die doodziek worden door een resistente E-coli bacterie met het ESBL-enzym, ongevoelig voor amoxicilline. Vrouwen die voorheen met een kuurtje naar huis konden, belanden nu in het ziekenhuis, moeten aan het infuus. Volgens het RIVM is in elk geval één vrouw aan zo’n blaasontsteking overleden.
Een ander heeft het op het nippertje gered. Ze zei: wat als ik over vijf jaar weer blaasontsteking krijg? Ga ik dan dood?
Resistentie E-coli’s zorgen ook voor grote problemen bij kwetsbare patiënten op de Intensive Care. Steeds vaker moeten artsen uitwijken naar tweedekeuzemiddelen. Naar derdekeuzemiddelen. Medicijnen die we juist op de plank willen houden.
En wereldwijd zien we wat de ultieme consequentie is van kwistig antibioticagebruik. Binnen afzienbare tijd in Nederland zullen we in Nederland patiënten hebben met onbehandelbare tbc, afkomstig uit landen als India en Rusland. Onbehandelbaar én besmettelijk. De bacteriën zijn niet alleen multi-resistent. Ze zijn niet alleen extreem resistent. Nee, ze zijn totaal resistent.
Probeert u zich eens voor te stellen wat dat betekent. Wat doe je met die mensen? Moet je ze levenslang in afzondering houden? Of neem je het risico van een epidemie?
En wat vertel je aan die patiënt? Het spijt me, ik kan niets meer voor u doen…
Beste mensen, het klinkt als een spookbeeld, maar het is de harde realiteit. Antibioticaresistentie kost alleen al in Europa elk jaar 25.000 mensen het leven. En het gaat om 1,5 miljard aan vermijdbare kosten. Omdat mensen lang in het ziekenhuis moeten blijven. Omdat ze niet kunnen werken, complicaties krijgen.
Er is maar één weg en dat is minder voorschrijven en zorgvuldiger voorschrijven. En vooral: infecties voorkomen.
En dan vind ik het nog steeds opvallend dat we er als land op twee punten uitspringen: In de humane zorg staan we bovenaan. We schrijven de minste antibiotica voor in Europa.
Maar veterinair bungelen we nog steeds ergens onderaan de lijst. Ik vraag me af hoe dat mogelijk is.
Als ik kijk naar de humane zorg zie ik dat artsen zeer terughoudend zijn. Het beleid is gericht op infecties voorkómen. Antibiotica worden pas in laatste instantie ingezet. En dan wordt goed gekeken welk middel op zijn plaats is.
Tweede- en derdekeuze-middelen blijven zoveel mogelijk op de plank. Zorgprofessionals stellen zelf de richtlijnen op, in de Stichting Werkgroep Antibioticabeleid en in de Werkgroep Infectiepreventie. En de IGZ ziet erop toe dat die ook worden nageleefd. Vanaf volgend jaar hebben alle ziekenhuizen een antibioticateam.
En er wordt volop gewerkt aan een landelijk dekkend signaleringssysteem.
MRSA is een succesverhaal. Sinds ziekenhuizen actief screenen en patiënten zo nodig isoleren, neemt het aantal infecties niet meer toe. We zitten nu op 1 tot 2 procent van de populatie – vooral onder veehouders en slachters. Een land als Portugal zit boven de 50 procent.
Ik wil u echt oproepen om goed te kijken naar de humane zorg. Wat gebeurt daar. En wat kunt u daarvan leren?
Want u zit aan de knoppen als het gaat om antibioticagebruik in de veehouderij. De afgelopen jaren heeft u grote stappen gezet. Maar u komt van ver. En wie van ver komt, zal ook ver moeten gaan.
Zeventig procent reductie voor eind 2015 is de volgende stap. Dat is een doelstelling waar ik u aan zal houden. En bereidt u zich er maar vast op voor - daarmee houdt het niet op. Want ik vind de cijfers nog steeds alarmerend. Van alle E. coli bij dieren die we op ons bord krijgen, is 37 procent resistent tegen eerstekeuze middelen. In kippen, varkens en koeien worden bovendien steeds vaker E-coli bacteriën aangetroffen die van die beruchte ESBL’s produceren; enzymen die antibiotica kunnen afbreken. Deze ESBL’s komen zo vaak op levensmiddelen voor dat het voor consumenten onmogelijk is om er niet mee in aanraking te komen. Ze komen volgens het RIVM ook steeds vaker bij mensen voor.
En natuurlijk vertel ik aan mensen dat ze hun vlees goed moeten doorbakken. Maar ik ga de verantwoordelijkheid niet doorschuiven naar de Nederlandse keukens. De verantwoordelijkheid ligt bij veehouders, bij slachterijen, bij de levensmiddelenindustrie. En de verantwoordelijkheid ligt bij u.
En dat betekent dat u er hard aan moet gaan trekken. Het laaghangende fruit is geplukt. Nu is het tijd voor echte verandering. Nog veel minder voorschrijven. Infecties voorkómen en zo het antibioticagebruik verder terugdringen.
En dat kan. Het innovatieplatform Antibioticavrije Ketens heeft laten zien dat er goede voorbeelden zijn.
Varkensbedrijven die vrijwel zonder antibiotica werken. Het is ontzettend belangrijk dat die lessen worden gedeeld met collega- veehouders en met dierenartsen.
Uw zult echt uw rol tegen het licht moeten houden. Hoe gaat u veehouders helpen om hun bedrijf zó in te richten dat de kans op infecties minimaal is? Hoe blijven de dieren gezond?
En als dat nou echt niet lukt zonder antibiotica, wat zegt dat dan over dat bedrijf? Uiteindelijk gaat het dan om de vraag hoe een sector duurzamer kan werken.
Ik steun hartgrondig de One Health gedachte dat de dierenarts en de humane arts verbonden zijn. Gezamenlijke nascholing, gezamenlijke acties om het antibioticagebruik terug te dringen. Dat is de omslag waar het nu op aan komt.
In het verleden was het voor u niet altijd makkelijk om die rol te vervullen.
Want laten we wel wezen - als u geen antibiotica wilde voorschrijven, dan stapte de klant naar een ander. En dan had u met uw goeie gedrag gewoon het nakijken. Uw positie is nu versterkt. Door de verplichte één op één relatie tussen veehouder en dierenarts. U kunt uw rug rechthouden. Ik verwacht dat u dat ook doet. Ik verwacht ook dat u elkaar daarop aanspreekt.
Ik zie meer goede ontwikkelingen. Ook binnen uw sector worden nu richtlijnen opgesteld, naar aanleiding van een advies van de Gezondheidsraad. Dat was hard nodig. Maar die richtlijnen moeten wel worden nageleefd. De overheid – en dat is in dit geval de NVWA - gebruikt deze richtlijnen dan ook als uitgangspunt in haar toezicht.
U werkt ook met de veehouders aan het transparant maken van antibioticagebruik. Zowel in hoeveelheden als in soorten. Ook de nieuwe UDD-maatregel is belangrijk. Die waarborgt dat u de regisseur bent voor goed antibioticagebruik in het bedrijf. En niet de veehouder.
Ik zal dit nauwlettend volgen.
Niet om u dwars te zitten, maar omdat ik vind dat we geen seconde meer te verliezen hebben. We moeten alles op alles zetten om de toename van resistentie te keren. Dat is de boodschap die ik vertel als ik in het buitenland ben. Dat is waar ik ziekenhuizen en artsen op aanspreek. En dat is ook waar ik u op aanspreek.
Beste mensen.
De ontdekking van antibiotica was de grootste doorbraak in de medische geschiedenis. U weet dat als geen ander. Miljoenen mensen danken daar hun leven aan. Als antibiotica hun werking verliezen, wordt dat de grootste ramp in de medische geschiedenis. Miljoenen mensen lopen dan gevaar. Alleen samen kunnen we dat gevaar afwenden.
Uw rol is daarbij van groot belang. U heeft de afgelopen jaren laten zien waartoe u in staat bent. U heeft de dalende lijn te pakken en dat is mooi. Het is nog lang geen tijd om tevreden achterover te leunen. U moet dóór.
Ook ik zal niet tevreden achterover leunen.
Levensreddende medicijnen behouden voor de toekomst, dat is mijn missie. Internationaal zoek ik daarbij volop de samenwerking. En die zoek ik ook hier. Het kan niet zonder uw inzet. Laten we samen zorgen dat we nu echt het verschil gaan maken.
-0-0-0-