Veilige wereld, veilig Nederland
'De dreigingen van vandaag trekken zich weinig aan van grenzen of dijken. Interne en externe veiligheid zijn niet meer van elkaar te scheiden. Wat in de wereld om ons heen gebeurt, raakt direct aan onze eigen veiligheid en onze welvaart.' Dit staat in de internationale veiligheidsstrategie, getiteld Veilige Wereld, Veilig Nederland, die minister Timmermans van Buitenlandse Zaken aan de Kamer heeft gezonden, mede namens de ministers van Defensie, Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking, Veiligheid & Justitie, Economische Zaken en Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties.
Het is de eerste overkoepelende internationale veiligheidsstrategie in Nederland. Het kabinet heeft de strategie geformuleerd met het oog op de grote en snelle veranderingen in de mondiale verhoudingen, zowel in economisch als in politiek opzicht. Bovendien vindt het kabinet het noodzakelijk de belangen en prioriteiten op veiligheidsgebied goed vast te stellen, juist in tijden van bezuinigingen.
Het kabinet onderscheidt drie strategische belangen in het internationale veiligheidsbeleid: verdediging van het eigen en bondgenootschappelijk grondgebied, een goed functionerende internationale rechtsorde en economische veiligheid. Bruggen slaan is ook als het om onze internationale veiligheid gaat het devies van het kabinet. 'Veiligheid is niet vanzelfsprekend', aldus minister Timmermans. 'Het vergt een continue investering en een actieve internationale inzet om een veilige wereld en daarmee een veilig Nederland zeker te stellen. We moeten daar hard aan werken. Samen met andere landen, internationale en maatschappelijke organisaties en het bedrijfsleven.'
De financiële krapte dwingt volgens het kabinet tot een slimmere inzet van beperkte middelen. Met het oog op onze veiligheid en onze welvaart kiest het kabinet voor de volgende accenten in het buitenlands- en veiligheidsbeleid: meer Europese verantwoordelijkheid, meer focus op instabiele regio’s in de buurt van Europa, preventie, ontwapening en wapenbeheersing, gebundelde inzet van diplomatie, krijgsmacht, handel en ontwikkelingssamenwerking, en samenwerking met de private sector.