Nederland en Frankrijk roepen EU-collega’s op tot actie voor werknemers in Bangladesh
Minister Ploumen (Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking) en de Franse minister voor Buitenlandse Handel Nicole Bricq roepen vrijdag in Luxemburg hun EU-collega's op om gezamenlijk werk te maken van de verbetering van de arbeidsomstandigheden in Bangladesh. Beide ministers sporen de Bengaalse autoriteiten aan om tot concrete verbeterplannen te komen.
‘De Europese Unie is veruit de grootste afnemer van textiel uit Bangladesh. In totaal gaat het om 60 procent van de totale export uit het land, ter waarde van 8,5 miljard euro in 2012. Door gezamenlijk optreden als de belangrijkste textielimporteur vanuit Bangladesh kan de EU een groot verschil maken’, aldus Ploumen.
Ploumen en Bricq riepen lidstaten verder op om zich ook op nationaal niveau in te spannen en ngo's en de textielsector daarbij te betrekken. Nederland heeft voor de komende jaren 9 miljoen euro beschikbaar gesteld voor de versterking van vakbonden en onafhankelijke inspecteurs. 'Bangladesh is een straatarm land en heeft financiële hulp nodig om dit op te zetten', aldus de minister. Ook de Nederlandse textielsector betaalt mee. De minister rekent er bovendien op dat de sector volgende week een ambitieus gezamenlijk plan van aanpak presenteert. 'Het bedrijfsleven moeten verantwoordelijkheid nemen in de keten en tenminste volgens de OESO-richtlijnen handelen.'
Zaterdag reist Ploumen naar Bangladesh om het voortouw te nemen. Als covoorzitter van een groep van donorlanden, bedrijven en maatschappelijke organisaties zal de minister met de regering van Bangladesh overleggen over de aanpak van de misstanden. ‘Alle betrokken partijen - de textielsector, producenten, consumenten en zeker ook overheden - moeten hun verantwoordelijkheid nemen om de vicieuze cirkel te doorbreken', aldus de minister. 'We kunnen niet meer naar elkaar blijven wijzen.’ De minister bezoekt in Bangladesh ook diverse textielbedrijven, waaronder het ingestorte Rana Plaza complex, en spreekt onder anderen met slachtoffers, vakbonden en (vrouwelijke) werknemers in de textielindustrie.