Internationale steun voor Bangladesh-initiatief Ploumen
Minister Ploumen (Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking) heeft tijdens de ministeriële bijeenkomst van de OESO bijval gekregen voor het Nederlandse initiatief ter verbetering van de arbeidsomstandigheden in de kledingfabrieken in Bangladesh. Tijdens het plenair overleg met handelministers sprak Ploumen haar zorgen uit over de situatie in Bangladesh. Ze kondigde aan het voortouw te nemen bij de bestrijding van misstanden in de Bengalese textielsector.
'Alle betrokken partijen - de textielsector, producenten, consumenten, maar ook overheden - moeten hun verantwoordelijkheid nemen om de vicieuze cirkel te doorbreken', aldus de minister. 'We kunnen niet meer naar elkaar blijven wijzen. Ik heb mijn collega-ministers daarom gevraagd om de eigen nationale textielsector te benaderen om net als Nederland tot een actieplan te komen.'
En marge van de OESO-vergadering sprak zij separaat met enkele handelministers en internationale organisaties over dit onderwerp. Landen als Frankrijk en Canada en eerder deze week ook EU-Commissaris van Handel, Karel de Gucht, wilden meer details vernemen over de Nederlandse initiatieven. 'Hoewel er inmiddels ontwikkelingen in gang zijn gezet vindt commissaris De Gucht ook dat de verantwoordelijkheid bij het bedrijfsleven ligt en dat er vanuit de individuele EU-lidstaten meer druk moet komen op de textielbedrijven. Frankrijk heeft inmiddels aangegeven met ons te willen optrekken.'
Ploumen denkt door samenwerking tussen landen en ook tussen concurrerende textielbedrijven, dat het mogelijk is om gezamenlijk verbeteringen neer te zetten. Zelf zit zij met de Nederlandse textielsector, NGOs en vakbonden aan tafel en verwacht medio juni van de bedrijven een 'concreet gezamenlijk plan van aanpak met meetbare doelen met een duidelijke tijdslijn'. Producenten moeten volgens de minister hun verantwoordelijkheid nemen in de keten en ten minste volgens de OESO Richtlijnen handelen. 'Dit betekent dat bedrijven de risico's in hun keten in kaart hebben en systemen geïmplementeerd om deze risico's te minimaliseren.'
Minister Ploumen reist 15 juni zelf af naar Bangladesh. Als co-voorzitter van een groep van donorlanden, bedrijven en maatschappelijke organisaties gaat zij met de regering van Bangladesh overleggen over de aanpak van de misstanden. Ook maakte Ploumen 9 miljoen euro vrij voor de versterking van vakbonden en onafhankelijke inspecteurs. 'Bangladesh is een straatarm land en heeft financiële hulp nodig om dit op te zetten', aldus de minister. Het bedrijfsleven legt daarnaast nog eens 5 miljoen euro op tafel.
Sinds 2006 zijn ruim 1.200 textielwerkers in textielfabrieken in Bangladesh omgekomen.
De ministeriële bijeenkomst van de OESO vindt plaats in Parijs onder voorzitterschap van de Noorse premier Stoltenberg. Ministers en andere vertegenwoordigers uit de 34 OESO-lidstaten, Brazilië, China, India, Indonesië, Zuid-Afrika en Rusland nemen deel, net als vertegenwoordigers van de Europese Commissie, Wereldbank, IMF, WTO, ILO en werkgever- en werknemersorganisaties.