Toespraak Opstelten bij ondertekening Convenant Marine Brandweer-Veiligheidsregio
Toespraak door minister Opstelten bij ondertekening convenant Marine Brandweer-Veiligheidsregio in Den Helder op 2 mei 2013.
Dames en heren,
Allereerst mijn dank voor de inspirerende bijdragen van burgemeester Schuiling en vice-admiraal Borsboom. Het is mij een groot genoegen om hier vandaag in uw midden te zijn, in Den Helder, de thuisbasis van onze Koninklijke Marine. We zijn hier bijeen voor de ondertekening van een belangrijk convenant. Een convenant dat tot doel heeft te komen tot een nauwere, effectieve samenwerking tussen de gemeente Den Helder, de Veiligheidsregio Noord-Holland Noord en de Marine.
Wederom een mooi voorbeeld van civiel-militaire samenwerking, waarmee we Nederland opnieuw een stukje veiliger kunnen maken. Als Minister van Veiligheid en Justitie, zo zult u begrijpen, ben ik daar een warm voorstander van. En ik niet alleen: ook vanuit andere departementen zijn de afgelopen jaren tal van initiatieven ondernomen om de civiel-militaire samenwerking op onderdelen te intensiveren.
Samen kunnen we méér – dat staat voor mij als een paal boven water. Denkt u bijvoorbeeld maar aan de aanpak van de watersnood in Groningen, begin vorig jaar. U herinnert zich vast nog wel die indringende beelden: vanwege een dreigende dijkdoorbraak, verkeerde de Veiligheidsregio Groningen zes dagen op rij in een GRIP4-situatie. Zo moesten circa 800 mensen en duizenden stuks vee worden geëvacueerd. Een mega-operatie, die een groot succes werd, dank zij de voortreffelijke hulp van de collega’s van Defensie! Dat Groningse voorbeeld toonde aan dat civiel-militaire samenwerking bijzonder effectief en efficiënt kan zijn.
Effectiviteit en efficiency zijn in mijn ogen dan ook de twee sleutelbegrippen, die óók bij het convenant dat we hier vandaag gaan ondertekenen een belangrijke rol spelen. Met dit convenant wordt Defensie een structurele partner van de Veiligheidsregio, die in staat is de civiele partners in de regio snel en adequaat bijstand te verlenen. Dat leidt niet alleen tot een betere, effectievere brandweerzorg; het leidt ook tot het delen van opleidings- en andere faciliteiten. Belangrijke méérwaarde dus – en dat alles met gesloten beurzen, een niet onbelangrijk gegeven in een tijd waarin de overheid flink moet bezuinigen.
Dames en heren, met dit convenant werken we aan een betere samenwerking op het terrein van de brandweer. Maar de Veiligheidsregio’s behelzen uiteraard méér dan alleen de brandweer. En de samenwerking binnen de Veiligheidsregio’s reikt verder dan alleen die met Defensie. Ook met andere operationele diensten, vitale sectoren, het bedrijfsleven en overige maatschappelijke partners vindt intensieve samenwerking plaats. Bij de multidisciplinaire aanpak van de watersnood in Groningen, om dat mooie voorbeeld nog maar eens aan te halen, deden ook instanties als de Land- en Tuinbouworganisatie, de NAM en Gasunie, KPN, drinkwaterbedrijven en een groot rioolzuiveringsbedrijf een stevige duit in het zakje. Ook dat waren stimulerende vormen van samenwerking, die eveneens hard nodig waren om te komen tot een goed resultaat!
Voor zo ver dat in de Veiligheidsregio Noord-Holland Noord nog nodig is, zou ik zeggen: laat u door deze goede vormen van samenwerking inspireren, pak uw rol als regionale veiligheidsregisseur op en maak concrete afspraken, om te komen tot effectieve, multidisciplinaire samenwerking met alle relevante partners in de regio! In de voorbereiding op én bij de bestrijding van grote branden, ernstige ongevallen, milieurampen, overstromingen of andere natuurrampen hebben we ieders expertise hard nodig!
Dat speelt des te meer - ik stipte het zojuist al even aan – nu we als overheid flink moeten bezuinigen, om de financiën op orde te krijgen. Dat raakt óók de crisisbeheersing en rampenbestrijding. Een kleinere rol van de overheid, betekent dat we op het terrein van veiligheid moeten komen tot een nieuw evenwicht: wat doet de overheid nog en wat doen private partners en burgers voortaan zelf? Het klinkt misschien een beetje gek, maar ik ben ervan overtuigd dat we met minder middelen uiteindelijk zelfs beter kunnen presteren. Mits we er in slagen om die middelen en systemen, in goede samenwerking, efficiënter en effectiever in te zetten. Dit convenant laat zien hoe dat kan. Ik wens u daarbij veel succes!