Toespraak Ploumen bij het Havencongres in Rotterdam
Toespraak van minister Ploumen (Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking) bij het Havencongres in Rotterdam op 11 april 2013.
Dankjewel, Maxime [Verhagen].
Nog niet zo lang geleden sprak ik met Lula, de oud-president van Brazilië.
Wij praten graag over Brazilië als een opkomende markt ? zei hij.
Maar we vergeten dat Brazilië allang opgekomen is.
Hij had natuurlijk gelijk, de wereld is allang veranderd.
De beggars van toen zijn de choosers van nu.
Dat geldt niet alleen voor Brazilië, er zijn veel meer voorbeelden.
Indonesië, Zuid-Afrika, noem maar op.
De wereld is steeds minder een kwestie van almacht en afhankelijkheid.
Steeds meer een kwestie van vraag en aanbod.
Dus dan dringt die combinatie van hulp, handel en investeringen zich vanzelf op.
Maar mijn doel is niet anders dan vroeger: gelijke kansen voor iedereen.
Gelijke kansen leiden trouwens niet automatisch tot gelijke uitkomsten.
Wist u bijvoorbeeld dat Maxime en ik naar dezelfde middelbare school zijn gegaan?
I rest my case.
Van Maxime Verhagen naar Ferdinand Bordewijk ? het is een hele stap.
Maar ik ga het gewoon proberen.
Karakter van Bordewijk, dames en heren, is een hoogtepunt in de Nederlandse literatuur.
De roman, met de onvergetelijke hoofdpersoon Katadreuffe, speelt in Rotterdam.
Deze Katadreuffe zegt mooie dingen over Rotterdam — dus laat ik beginnen met een citaat.
'Amsterdam is onze nationale stad,
Rotterdam onze internationale.
Ik voel voor het internationale,
daarom voel ik voor deze stad.
En dat stempel heeft ze gekregen van de zee,
want de zee gaat over de grenzen,
de zee is op de wereld de eenige werkelijke cosmopoliet.'
Okay, het is even slikken voor deze inwoner van Amsterdam.
Maar ik moet toegeven dat Bordewijk een punt heeft.
Rotterdam is onze poort naar de wereld.
Rotterdam is onze poort naar de wereldmarkt.
Om die markt is het mij vandaag te doen.
Handel en buitenlandse investeringen zijn cruciaal.
Cruciaal voor onze banen en voor onze groei.
Rotterdam speelt hierin een zeer centrale rol.
De Rotterdamse haven is een onmisbare schakel in internationale supply chain logistics.
En de haven heeft een grote aantrekkingskracht op buitenlandse bedrijven.
De goede verbinding met Europa is een voordeel voor bedrijven die Europa willen veroveren.
Niet voor niets worden onze logistieke voorzieningen door buitenlandse bedrijven vaak genoemd als belangrijke reden om zich in Nederland te vestigen.
Ook ik voel mij heel erg thuis in deze stad; ook ik voel voor deze stad.
Ik ben daarom blij dat ik dit Havencongres mag openen.
Het belooft een mooie dag te worden, met mensen als Hans Smits [Havenbedrijf], Jos Nijhuis [Schiphol] en Frank Tazelaar [Maasvlakte].
Maar eerst nog even dit, dames en heren.
De haven en ik — wij hebben een gedeeld belang.
En dat belang is het aanwakkeren van handel en investeringen.
Natuurlijk, Nederland is nog steeds een wereldspeler.
We zijn de 5e exporteur en de 7e importeur ter wereld.
We zijn de 11e ontvanger van buitenlandse investeringen en de 9e investeerder.
Toch kunnen we niet tevreden achterover leunen.
Daarvoor is de crisis in Europa te diep.
En daarvoor is de concurrentie in de wereld te groot.
Om niet terug te zakken, gaan we drie dingen doen.
Een: de positie van Nederlandse bedrijven op nabije markten behouden.
Twee: de export en investeringen naar Azië, Afrika en Latijns-Amerika uitbreiden.
En drie: het potentieel van Midden- en Oost-Europa als afzetmarkt nog beter benutten.
Dat is ook mijn agenda voor de komende jaren.
Samen met de collega’s uit het kabinet richt ik mij op handelsmissies.
En ik richt mij op het opruimen van barrières voor eerlijke handel en investeringen.
Economische diplomatie is daarvoor essentieel.
Mijn collega Frans Timmermans en ik werken dan ook aan een sterk postennet.
Een postennet dat economische dienstverlening als een van zijn hoofdtaken ziet.
Toegegeven, in het Regeerakkoord is afgesproken te bezuinigen op het postennet.
Maar wij doen er alles aan om de hulp voor het bedrijfsleven overeind te houden.
En waar mogelijk te versterken.
Naast economische diplomatie is ook acquisitie van groot belang.
Nederland moet dé plek worden voor buitenlandse investeerders.
Met strategische acquisitie willen we hoogwaardige bedrijven aantrekken.
Bedrijven die kennis en innovatie meebrengen, die voor extra banen zorgen.
Onze bedrijven kunnen profiteren van hun kennis en technologie, hun innovatie en kapitaal.
En onze werknemers profiteren van een groter aanbod van hoogwaardige werkgevers.
Het Topsectorenbeleid is hiervoor essentieel.
Publiek-private samenwerking is nodig om de Nederlandse concurrentiepositie te versterken,
en om onze aantrekkingskracht op buitenlandse investeerders en kenniswerkers te vergroten.
Laat ik trouwens niet vergeten, dames en heren, dat dit kabinet kiest voor groene groei.
Want laten we wel wezen: een uitgewoonde planeet — daar heeft niemand iets aan.
Dit kabinet wil een sterke economie én duurzame handel.
Ik geloof dat dit voor bedrijven geen enkel probleem.
Integendeel — duurzaamheid biedt juist kansen voor Nederlandse bedrijven.
Met duurzame oplossingen vergroten zij de welvaart en versterken hun concurrentiepositie.
Daar profiteert de Rotterdamse haven dan ook weer van.
Dames en heren, ik zei net al iets over de topsectoren.
Ik weet dat de topsector logistiek de spil is waar onze handel om draait.
Goede logistiek is een belangrijke voorwaarde voor alle andere sectoren.
De topsector logistiek heeft grote ambities.
De sector wil in 2020 de grootste zijn in het afwikkelen van goederenstromen.
Wil zich opwerpen als ketenregisseur van de internationale goederenstromen.
En wil Nederland positioneren als het vestigingsland voor verladende en logistieke bedrijven.
Bovendien is de topsector logistiek sterk gericht op handelsfacilitatie.
De goede samenwerking tussen douane en bedrijfsleven — uniek in Europa — wordt benut om te innoveren op het gebied van techniek, proces en bestuur.
Ook werkt de sector aan het optimaal afstemmen van goederen- en informatiestromen.
Een platform maakt het uitwisselen van informatie tussen verschillende partijen makkelijker.
Zo kan beschikbare capaciteit zo efficiënt mogelijk worden ingezet.
Dit soort dingen is cruciaal om de ambities van dit kabinet waar te maken.
Ambities op het gebied van handel en investeringen.
Natuurlijk speelt Rotterdam een belangrijke rol in veel van deze initiatieven.
Hans Smits — CEO van het Havenbedrijf — is lid van het Topteam Logistiek.
Bij de uitwerking van de actieagenda zijn mensen van het Havenbedrijf betrokken.
En de haven doet ook veel voor de internationale promotie van Nederland Logistiekland.
Ik ben Rotterdam hier zeer erkentelijk voor.
En ik hoop dat we in de toekomst nog meer kunnen samenwerken.
Want dit kabinet voelt voor het internationale, voelt voor deze stad.
Dank u wel.