Toespraak minister Schultz van Haegen bij ondertekening verzelfstandiging Haven Amsterdam
“Door deze verzelfstandiging - net als die van onze andere havens – kan de haven de economische kansen nog beter grijpen, commercieel nog slagvaardiger zijn en nog beter gaan samenwerken”, aldus minister Schultz van Haegen. Zij sprak tijdens de officiële ondertekening van de Verzelfstandiging van de Haven van Amsterdam op 21 maart 2013.
De minister feliciteerde in haar speech alle betrokken partijen en spoorde hen aan tot meer samenwerking. Want: ‘samenwerking is noodzakelijk om de concurrentieslag met andere Europese havens aan te blijven gaan.’
Na een intensief en zorgvuldig proces van jaren zet u vandaag deze belangrijke stap.
In de uitnodiging wordt zelfs gesproken over een historische stap.
Ik kan me heel goed voorstellen dat u erg trots bent met dit besluit tot verzelfstandiging.
Behalve de wethouders en het havenbedrijf kunnen met name de bedrijven gevestigd in de haven en de mensen werkzaam in en rondom de haven blij zijn met dit besluit. Kortom, mijn felicitaties aan alle betrokken partijen.
Dames en heren,
Door deze verzelfstandiging - net als die van onze andere havens – kan de haven de economische kansen nog beter grijpen, commercieel nog slagvaardiger zijn en nog beter gaan samenwerken.
En dat is goed voor onze economie, goed voor onze werkgelegenheid.
Zeker in deze economisch moeilijke tijden geen overbodige luxe.
Die samenwerking is noodzakelijk om de concurrentieslag met andere Europese havens aan te blijven gaan.
En daarmee kunt u de kansen die de groeiende wereldhandel biedt met beide handen te grijpen.
Onze havens staan er goed voor. Gelukkig maar zou ik willen zeggen. Ook in deze tijd van economisch zwaar weer noteren onze havens groei.
Het is wel essentieel dat we de concurrentie steeds een paar stappen voor te blijven. En daarom investeren we veel in deze regio. Denk aan de nieuwe grote zeesluis.
Dat is ook waar we als kabinet voor staan.
Ruimte bieden voor groei.
Uiteraard met oog voor een goede en veilige leefomgeving.
We richten ons op het versterken van onze krachtige havens.
Daarom moeten onze investeringen gericht zijn op het verbeteren van de bereikbaarheid van onze havens en achterlandverbindingen.
Voor vaarwegen en goederenvervoer zijn vanzelfsprekend de corridors van groot belang.
De Amsterdamse regio is daarbij topprioriteit. Behalve Schiphol is de rol van Amsterdamse haven daarbij essentieel; vierde haven van Europa, tweede kolenoverslaghaven van Europa, eerste benzinehaven en eerste cacaohaven ter wereld. Dat zijn rapportcijfers om trots op te zijn.
Vorig jaar is zelfs weer een overslagrecord gebroken.
En dat in deze economisch moeilijke tijden.
Eerste containerhaven zit er niet in. Maar met de groei van de wereldhandel, zullen er meer en meer containers naar Amsterdam komen. Dat is zeker. Het is goed om te zien dat de Amsterdamse haven die kansen ziet en wil pakken.
Economische kansen grijpen staat centraal. De potentie van de Metropoolregio is groot. De noodzaak tot ontwikkelen echter ook. Voor de Amsterdamse regio zijn al knopen doorgehakt.
Behalve de nieuwe zeesluis wordt er de komende jaren keihard gewerkt aan de wegverbreding tussen Schiphol, Amsterdam en Almere zijn de Westrandweg en de Tweede Coentunnel bijna gereed zijn de voorbereidingen voor de inrichting van de nieuwe lichterlocatie in IJmuiden in volle gang.
Economische ontwikkeling is vooral ruimtelijke ontwikkeling. En dat geldt zeker voor deze metropoolregio waar we internationaal moeten concurreren. Maar ook aantrekkelijk willen leven en recreëren.
De ontwikkeling van de haven staat dus niet los van bijvoorbeeld de woningopgave voor de Metropoolregio - 300.000 woningen voor 2040! – maar ook het beheer en behoud van water en natuur.
De provincie is nu druk bezig met het formuleren van de ‘Noordzeekanaalvisie 2040’. Hoe de groei en ontwikkeling van de haven daarin past, is vanzelfsprekend een essentieel onderdeel daarvan.
En als we in deze regio bezig zijn met samenwerking en visie op de toekomst, dan past de start van een nieuw havenbedrijf daarbij. Deze verzelfstandiging sluit aan bij de wens tot verdere groei en biedt de beste kansen voor haven, stad en regio Noorzeekanaalgebied.
Het Rotterdamse model van de verzelfstandiging heeft haar waarde bewezen. Commercieel belang en publiek belang werden verenigd, binnen één bedrijf met één missie: een economische krachtige en groeiende haven, maar met een Rijkshavenmeester die er voor waakt en zorgt dat dit groeiende scheepvaartverkeer veilig en vlot kan plaatsvinden.
Amsterdam kiest terecht voor hetzelfde model, van een overheid NV.
Maar Amsterdam zou Amsterdam niet zijn als het net even een tikkeltje anders is geregeld. We willen natuurlijk wel absolute zekerheid houden dat het sluizencomplex in IJmuiden ook als primaire zeewering haar werk blijft doen, namelijk dat Nederland droge voeten houdt. Ik heb hier goede afspraken over gemaakt.
Kortom, maatwerk blijft op zijn plaats, 020 is geen 010 en andersom.
Uw ambities en doelen zijn helder: groei bevorderen, op- en overslag vergroten en het groeiende scheepvaartverkeer blijvend veilig en vlot afwikkelen
Ik heb het volste vertrouwen dat Havenbedrijf Amsterdam NV goed geëquipeerd is om de kansen die de markt bieden, op te pakken.
Onder leiding van twee topmanagers: mevrouw Dertje Meijer als ‘chief executive officer’ en mevrouw Janine van Oosten, en ik zeg het maar in gewoon Nederlands, als Rijkshavenmeester.
Ik ben ervan overtuigd dat jullie je mannetje staan in deze mannenwereld!
Tot slot. Met deze ondertekening zet de haven van Amsterdam weer een nieuwe stap – misschien wel een ‘historische’ - in de richting van een gezonde en sterke toekomst.
Nogmaals mijn felicitaties.
Dank u wel.