Persconferentie na ministerraad 15 februari 2013

Letterlijke tekst van de persconferentie van minister-president Rutte na afloop van de ministerraad op 15 februari 2013.

RUTTE:
Vandaag hebben we in de MR nog kort stilgestaan bij de besluitvorming van vorige week op de Europese Raad, de meerjarenbegroting. We hebben ook gesproken over de Staat van de Unie, dat is het stuk waarin het kabinet uiteenzet hoe wij vinden dat de Europese samenwerking er nu en in de toekomst uit moet gaan zien. De komende jaren vinden we het vooral van belang dat wordt doorgewerkt aan versterking van de eurozone. We gaan ons ook inzetten voor een democratischer Europa, bijvoorbeeld door de nationale parlementen een grotere rol te geven bij de Europese besluitvorming. En voor de langere termijn is het vooral van belang dat we scherpe keuzes gaan maken over waar nou precies bevoegdheden thuishoren. Sommige dingen kunnen goed op Europees niveau worden geregeld maar veel zaken kunnen ook beter op een nationaal niveau plaatsvinden. Denk bij de eerste aan zaken als de bankenunie en denk bij het tweede als zaken van pensioenen en sociale zekerheid. Dat betekent dat we het functioneren van Europa en de precieze taakverdeling de komende tijd tegen het licht gaan houden om te kijken of we nog steeds de goede dingen doen en of we die dingen in Europa met elkaar goed doen. En voor de zomer komen we dan met de resultaten daarvan en zullen we de discussie aangaan met de andere lidstaten en met Brussel, om te kijken welke taken we beter zelf kunnen uitvoeren. Europa is er om ons sterker te maken, niet om ons onnodig te betuttelen.

Dan, we hebben ook gesproken over bereikte akkoord voor de woningmarkt. De plannen wijken deels af van de afspraken uit het regeerakkoord, ze zijn daarmee wel in lijn. Ze doen recht aan wat dit kabinet voor ogen heeft, namelijk duidelijkheid creëren voor de woningmarkt. En ik heb al vaker gezegd dat we ons ervan bewust zijn van het feit dat we twee coalitiepartijen met een meerderheid in de Tweede Kamer maar niet in de Eerste Kamer. We zoeken dus de samenwerking binnen en buiten de politieke arena op alle mogelijke onderwerpen op. We luisteren naar de verschillende opvattingen en proberen daaraan recht te doen in onze uiteindelijke wetsvoorstellen. En natuurlijk is dat niet altijd eenvoudig, het is ook niet altijd voor iedereen zichtbaar. Er zal af en toe een camera draaien voor een dichte deur waar rook onderdoor komt, maar er gebeurt intussen wel heel veel. En dat de inspanningen ook tot resultaat leiden is deze week gebleken. Het woonakkoord is er een voorbeeld van. En het kabinet zal ook op andere terreinen de hand uitreiken naar maatschappelijke organisaties en andere politieke partijen. Op die manier nemen we de maatregelen die nodig zijn om de overheidsfinanciën op orde te brengen, om de Nederlandse economie verder te hervormen, en ervoor te zorgen dat Nederland klaar is voor de toekomst. En uiteindelijk mag iedereen ons aanspreken op de resultaten.

VAN DER AAR (AD):
De samenwerking met de oppositie, is die makkelijker geworden nu u een meevaller heeft, deze kabinetsperiode van 3 miljard?

RUTTE:
Nou, er zijn meevallers en tegenvallers. We gaan, ik meen 28 februari horen we van het CPB wat die sommen doen.

VAN DER AAR:
Maar, dit jaar 800 miljoen extra, het woonakkoord is 250 miljoen per jaar. Je zou kunnen zeggen, er zit nog meer aan te komen. Er is wat ruimte?

RUTTE:
Nou, we hebben dit jaar ook een bank gekocht van 3,7 miljard zoals u weet. Dus het is (onverstaanbaar, red)

VAN DER AAR:
(onverstaanbaar, red), dus het is een som van plussen en minnen.

RUTTE:
Precies, maar goed, u ziet de werkloosheid stijgen we moeten natuurlijk kijken wat de effecten zijn van die plussen minnen. Is niet te voorspellen. We moeten echt het CPN afwachten, en die meevaller bij de bank is 3,2 miljard over deze hele periode, inderdaad, ruim 800, tegen de 900 miljoen de komende twee jaar. Jaarlijks. Maar dat moeten we echt afwegen tegen allerlei andere mee en tegenvallers.

VERBEEK (BNR):
Gisteren kwam het idee op dat u een toespraak zou kunnen houden in het EP. Voelt u daar wat voor?

RUTTE:
Zeker, en dat idee is al lang geleden opgekomen, er is zelfs een uitnodiging geweest van voorzitter Schultz, van het EP, vorig jaar al om daar een toespraak te houden. Dat is er toen niet van gekomen, wij zijn in 2016 voorzitter van de Europese Unie, het roulerend voorzitterschap ligt dan in Nederland en ik vind het zeer voor de handliggend om in de aanloop van dat voorzitterschap, zo ik die uitnodiging krijg, ik solliciteer er nu naar via uw vraag. Ik hoop dat ze luisteren. Zo die uitnodiging komt, zal ik het leuk vinden, bijzonder vinden, eervol vinden om daar een toespraak te mogen houden.

VERBEEK:
Daar gaan we voor zorgen dat ie daar terecht komt, maar dat is ruim voor 2016.

RUTTE:
Nou, tussen nu en 2016. We moeten kijken wat daar past, hoe de agenda's er uit zien. Nederland is natuurlijk bezig, Staat van de Unie vandaag, wij gaan richting de zomer werken aan de subsidiariteitdiscussie, welke zaken kun je beter nationaal doen dan op Europees niveau. Daar willen we dan gesprekken over aangaan met andere lidstaten. Dus dat is misschien een gelegenheid later dit jaar  of volgend jaar om daar ook in het EP over te spreken.

VERBEEK:
Want de vraag is dan wel, u kunt er gaan staan in het EP, maar wat gaat u daar nou zeggen, wat is de Europa-visie van dit kabinet?

RUTTE:
Die hebben we net toegezonden, die Europa-visie laat zien dat wij Europa beschouwen als een gemeenschap waarin economie, gedeelde gemeenschappelijke waarden centraal staan. Een Unie die op dit moment een aantal acute problemen moet aanpakken. Waar betreft de situatie met de gemeenschappelijke munt. Het feit dat er kansen liggen op de terreinen van vrijhandelsverdragen afsluiten, het vervolmaken van de interne markt waardoor 4 a 6 procent extra economische groei in de komende tien jaar mogelijk is. Er zijn belangrijke vraagstukken rondom het toezicht op de afspraken in de eurozone. Er zijn belangrijke vraagstukken rondom democratische legitimatie in Europa. De vraag wat de rol moet zijn van nationale parlementen, er ligt een heel debat wat wij willen aanstarten, aanslingeren, wat we willen starten rondom de vraag op welk niveau je taken nou het beste kunt uitoefenen. Wat Europa moet doen, wat wij moeten doen. En die visie van Nederland is dat wij in het hart van die Europese Unie, wij zijn een van de oprichters, als het er niet zou zijn zouden we er morgen mee beginnen. Dat wij die gemeenschappelijke markt, die waardegemeenschap, die problemen die er zijn, dat wij die willen tackelen, willen helpen oplossen. En wij leggen daar een hele agenda voor neer in de Staat van de Unie, die vandaag verschijnt.

VERBEEK:
En hoopt u dan op net zo'n impact als de toespraken van Hollande of van Cameron.

RUTTE:
Het is niet aan mij om mij te meten met deze onmetelijk grote collega's.

FRESEN (NOS)
Even over het woonakkoord nog van deze week. U weet al heel lang dat u geen meerderheid in de Eerste Kamer heeft. In december was er al een probleem met de heer Blok in de Eerste Kamer waar je uit kon afleiden: het zou wel eens moeilijk kunnen worden in de Eerste Kamer met al die plannen. Toch wekt het een beetje de indruk alsof hij op het allerlaatste moment met stoom en kokend water onder enorme tijdsdruk een deal heeft moeten sluiten. Was dat niet te voorkomen geweest?

RUTTE
Nou in dit geval zou ik niet wet, het is goed afgelopen, ik zou ook niet weten hoe we dat nu precies anders hadden moeten doen. Er lagen die moties van het Eerste Kamerlid Essers, moties die wij ook verregaand tegemoet konden komen, CDA-Eerste Kamerlid. Bij de (onverstaanbaar, red.) in het kabinet ook een aantal keren over gesproken. We menen ook dat we die moties vergaand tegemoet komen. Er lagen de contacten natuurlijk tussen Blok en fractievoorzitter van het CDA in de Eerste Kamer. Uiteindelijk bleek alles, alle netten ophalend, naar de kant roeiend, dat vorige week moest worden vastgesteld dat er onvoldoende steun was bij het CDA om uiteindelijk samen met het kabinet te komen tot gemeenschappelijke opvattingen over dit dossier en dat heeft geleid tot het akkoord dat is gesloten met D66, Christen Unie en SGP. En ik zou echt niet weten hoe we dat anders hadden moeten doen. En ik denk ook dat je in de toekomst weer gaat zoeken naar meerderheden, op een gegeven moment zeg je deze avenue, deze route naar zo'n oplossing lijkt perspectiefrijk, deze is lang perspectiefrijk geweest, maar uiteindelijk niet en dan moet er een alternatief komen.

FRESEN
U zegt: het is goed afgelopen, maar het had ook anders kunnen uitpakken (…). Hoe komt het dat u met uw kabinet en meneer Blok zo'n misrekening heet gemaakt met het CDA.

RUTTE
Luister, het heeft niet zo veel zin, ik begrijp dat u het interessant vind, maar wat ik natuurlijk als minister-president interessant vind is dat wij als kabinet met een minderheid in de Eerste Kamer er in slagen om tot meerderheidsposities daar te komen. Dat kan alleen als wij bereid zijn om ook echt heel goed te luisteren naar wat andere partijen willen en de opvattingen van die partijen ook in de plannen recht te doen. Dat is nu gelukt en de plannen zijn veranderd, aangepast, naar ik meen qua richting nog steeds gelijkend op wat wij voornemens waren ten aanzien van het op gang brengen van de woningmarkt. Maar wel degelijk belangrijke aanpassingen gedaan. Dat zal op andere dossiers ook gaan gebeuren. Wij zijn in die zin in de Eerste Kamer een minderheidskabinet en dat betekent dat je kijkt: wat is nou je ruimte om plannen aan te passen en dat je ook gaat kijken: wie zouden nou met ons in gesprek willen gaan om te komen tot die aanpassingen. En het CDA lag natuurlijk voor de hand, het CDA levert de voorzitter van Bouwend Nederland, het CDA is een partij die zeer begaan is met de woningmarkt, het heel belangrijk vindt dat die woningmarkt weer op gang komt, dus het is logisch dat je eerst met het CDA gaat praten en de gesprekken waren ook perspectief rijk, vonden wij, bleek niet zo te zijn. Vonden wij, ook gegeven die moties die er lagen in de Eerste Kamer die wij meenden vergaand tegemoet te kunnen komen. Dat zou dus in de Eerste Kamer ook hebben geleid tot een gemeenschappelijke opvatting. Uiteindelijk bleek dat de combinatie Eerste Kamer-Tweede Kamer CDA zei: dat gat is toch te groot. Dat mogen zij doen, dat verwijt ik ze niet, het is hun goed recht. Op andere dossiers zullen we ook weer proberen met het CDA tot afspraken te komen, maar ook met andere partijen. Dat is nu eenmaal inherent aan een minderheidskabinet. We zijn van start gegaan VVD en PvdA met een heel aantal opvattingen hoe we Nederland gaan hervormen,d aar doen we niets aan af, maar we wisten ook voor zover die hervormingen vragen om wetgeving die ook door de Eerste Kamer heen moet, dat we bij dat deel van de hervormingen ook daadwerkelijk zullen moeten zoeken naar meerderheden en daar is deze week een voorbeeld van end aar horen dus ook dichte deuren bij met camera's er voor, regelmatig.

FRESEN
Die aanpassingen van dat regeerakkoord met betrekking tot die woningmarkt die kosten het kabinet ongeveer 250 miljoen. Bent u niet bang dat bij elke aanpassing die u met de oppositie moet afspreken de steun die u bij de oppositie moet zoeken dat u dat gewoon geld gaat kosten?

RUTTE
Tegelijkertijd hoor je ook deze partijen zeggen dat het partijen zijn die hechten aan solide overheidsfinanciën. Dus waar mogelijk in een geïsoleerd dossier, als je dat enkelvoudig bekijkt, er een in mijn ogen acceptabel, ongeveer tien procent van de opbrengst gaat nu verloren, 90 procent konden we het wel over eens worden. Waar je dus in zo'n dossier zo'n beperkte schade oploopt heb je tegelijkertijd te maken, maar dat geldt trouwens ook voor het CDA, maar ook voor Christen Unie, SGP en D66, allemaal partijen die solide overheidsfinanciën nastreven, dus dat geeft ook vertrouwen voor de ruimte die er in de komende tijd is, hopelijk, om met deze partijen te komen tot afspraken over solide overheidsfinanciën.

FRESEN
Dat begrijp ik, 250 miljoen is ene overzichtelijk bedrag, maar als dat bij al die dossiers die nog komen ook nodig is, dan telt dat toch aardig op. Dus met andere woorden: bent u niet bang dat dat toch een aanslag is op uw plannen om de overheidsfinanciën op orde te krijgen?

RUTTE
In algemene zin verwacht ik dat wij plannen, waar we geen meerderheid voor hebben in de Eerste Kamer, dat wij die alleen door de Eerste Kamer krijgen als we bereid zijn te luisteren en recht te doen aan opvattingen van partijen die bereid zijn een meerderheid te leveren. Dat kan ook betekenen, dat is op voorhand niet precies te zeggen waar en in welke mate in de maatvoering daar bepaalde financiële wensen tegenover staan. Tegelijkertijd zijn dit allemaal partijen die hechten aan solide overheidsfinanciën, dus dat geeft ook weer vertrouwen dat het mogelijk moet zijn om te komen tot parlementaire meerderheden in de Tweede en Eerste Kamer om er voor te zorgen dat wij onze overheidsfinanciën op orde kunnen brengen.

FRESEN
Ziet u het als een bedreiging voor uw belangrijkste doelstellingen van dit kabinet: overheidsfinanciën op orde brengen. Want elke keer als je met de pet langs moet bij de oppositie, dan willen ze dat u daar geld in stopt.

RUTTE
Nee, dat zie ik dus niet, omdat misschien in een dossier verlies wordt geleden, zoals nu die tien procent, we halen 90 procent op van de opbrengsten, niet de 100 procent die we wilden, maar het is met partijen die tegelijkertijd ook in de persconferentie hier in de zaal naast u toen hun die vraag werd gesteld alle drie zeiden: wij zijn partijen die hechten aan solide overheidsfinanciën. Heb ik ook uitgestraald in de gesprekken, zonder dat ze daar nu afspraken over wilden maken, geeft dat wel vertrouwen dat dit partijen zijn, en nogmaals,d aar reken ik ook het CDA toe en in grote mate ook GroenLinks, dat zijn allemaal partijen die hechten aan overheidsfinanciën die onder controle komen.

BRIL (RADIO 1)
Meneer Samsom had het er over dat de plannen zelfs een verbetering waren ten opzichte van het oorspronkelijke plan, vindt u dat ook?

RUTTE
Zeker. Ik vind het bijvoorbeeld een echte verbetering dat we nu geld hebben om de btw te verlagen. Tegelijkertijd zit er een nadeel tegenover dat verberingen ook geld kosten en daarom gaf ik net ook het antwoord op uw collega de heer Fresen dat ik ook vaststel dat de partijen die ons nu, met ons in gesprek zijn gegaan en met wie we tot gemeenschappelijke opvattingen zijn gekomen (onverstaanbaar, red.) uiteindelijk ook hechten aan solide overheidsfinanciën.

BRIL
Maar een beter plan, het beste plan, dat is natuurlijk waar een kabinet altijd naar moet streven vermoed ik. Als dit een beter plan is, waarom hebt u dat dan zelf niet aan die onderhandelingstafel bedacht?

RUTTE
Omdat het tien procent minder oplevert. Kijk, die verlaging van de btw is op zichzelf een goed instrument, die hebben we natuurlijk ook in de onderhandelingen besproken, maar die kost ook geld. En uiteindelijk zie je dus dat dat in belangrijke mate ook bijdraagt, zeker de eerste jaren, aan een verlaging van de opbrengst van het totale pakket. En dat betekent dat we dat geld ergens anders moeten vinden. Maar gegeven het feit dat deze partijen dat wenselijk vonden, aan de onderhandelingstafel natuurlijk deze varianten waren besproken, het is ook in Balkenende IV aan de orde geweest, btw-verlaging heeft ontegenzeggelijk een positief effect op de bouw, op de economische groei, vinden wij acceptabel, maar het nadeel wat er tegenover staat is dat bijdraagt aan een verlies aan besparingen, die we dus weer moeten vinden in het generieke beeld.

BRIL
Eigenlijk zegt u: wij kunnen niet de beste plannen uitvoeren omdat we geen geld hebben.

RUTTE
Nee, kijk, politiek is keuzes maken in schaarste. Dat betekent dat als, er zijn allemaal hele briljante plannen, er zijn nog veel meer plannen, die allemaal heel veel geld kosten en dat geld is er niet. Dus je moet keuzes maken hoe je met die beperkte middelen de beste plannen kan uitvoeren. Ik vind dat wat er lag vanuit het kabinet een optimum was. Als je nu kijkt geïsoleerd naar het woningmarktdossier ben ik het eens met Samsom dat er een beter plan ligt, want nu zit ook die btw-verlaging er in, dat  is beter. Als ik kijk naar het geheel van de overheidsfinanciën, dan zeg ik: he vrienden, dat kost wel geld en dat moeten we ergens vinden. Maar dan stel ik vast en daarom ben ik daar per saldo niet bezorgd over dat dit ook partijen zijn die waar het gaat om het geheel van de overheidsfinanciën willen dat die op orde zijn.

BRIL
Maar eigenlijk zegt u dus dat het alleen maar kan omdat u onder druk werd gezet door de oppositiepartijen om geld uit te geven, dat het dan alleen maar kan om een goed plan te hebben, het beste plan.

RUTTE
Nee sorry, dan verwijs, dan vraag ik u het tapeje terug te draaien op het antwoord dat ik geef, want ik leg uit: politiek is niet eindeloos geld uitgeven. Dat kan ik doen en dan ik nog veel meer instrumenten bedenken om de economie te stimuleren. We stimuleren de economie op dit moment al voor bijna 20 miljard. We hebben een begrotingstekort van over de 3 procent in 2012. Hebben we in 2012 voor wat is het alles bij elkaar netto 17, 18, 19 miljard gestimuleerd. Dat is vreselijk veel geld wat we niet hebben, dus uiteindelijk moet je dat gaan vinden dat geld, want je moet terug naar een overheidsbegroting die over tijd in balans komt. Wat hier gebeurd is is dat de oppositiepartijen hebben gezegd we willen helpen, maar we vinden het heel belangrijk dat dit er in zit. Ik ben per saldo daar niet bezorgd over, omdat dit ook partijen zijn die voor zover het het geheel van de overheidsfinanciën betreft naar mijn overtuiging zich zeer verantwoordelijk opstellen altijd. Dat geldt ook voor CDA en in vergaande mate ook voor GroenLinks om de overheidsfinanciën gezond te houden, dus ik denk dat die schade weer te repareren is. Maar er is natuurlijk ten aanzien van de opbrengst tien procent schade geelden. En daarmee zeg ik, vond ik het plan van het kabinet in verhouding ook tot het totale probleem van de overheidsfinanciën een heel goed plan. Is dit plan is isolatie bekeken beter, daar heeft Samsom gelijk in, maar heeft het dus het nadeel dat je dus uiteindelijk extra geld moet vinden ergens anders. Maar daar ben ik niet bezorgd over vanwege de verantwoordelijke opstelling van deze partijen.

BRIL
Tot slot nog een vraag: je hoort wel vaak zeggen dat de oppositie de coalitie heeft gered. Ziet u dat ook zo in dit dossier?

RUTTE
Nee, wat ik hier zie is niets in termen van redden of niet redden. Die hele beeldvorming begrijp ik natuurlijk. Ik zou als ik Pechtold heette of Slob of meneer Van der Staaij natuurlijk ook proberen om daar politiek, dat mag ook, dat zal ook de komende tijd gebeuren als we afspraken maken met oppositiepartijen en dan zult u dat in die termen ook horen. Dat is ook de prijs die je daar in politieke zin voor betaalt, maar dat vind ik niet erg, die kost geen geld en uiteindelijk gaat het er om dat we dit land goed besturen. Wat ik goed vind hieraan is dat het laat zien dat Nederland bestaat uit politieke partijen en politici die bereid zijn verantwoordelijkheid te nemen. En dat ze vervolgens ook nog een stickertje plakken op het kabinet, dat laat ik verder aan hen en dan vertrouw ik op uw verstandige duiding om die weer te corrigeren. Maar wat vooral van eblang is is dat je op die manier kan laten zien met elkaar dat je dit land goed kunt beturen, dat je verstandige mensen hebt en dat vind ik echt een grote meerwaarde van deze week en die woningmarkt, ik heb het vaker gezegd: de export trekt aan en normaal gesproken is een aantrekkende export een voorbode van economisch herstel. Nederland wordt op dit moment in dat economisch herstel gehinderd door een slecht functionerende woningmarkt, het is van belang dat er parlementair steun is, breed nu, voor plannen om die problemen aan te pakken.

BENSCHOP (NU.NL)
(onverstaanbaar, red.) verantwoordelijkheid heeft genomen?

RUTTE
Nee, ik heb geen commentaar op het CDA, ik meen oprecht dat het CDA gewetensvol en integer heeft geprobeerd om met ons tot overeenstemming te komen en op een gegeven moment moeten vaststellen dat we vanuit hun politieke overtuiging ten aanzien van dit specifieke dossier dat niet mogelijk was. En dat accepteer ik,d at zal ook in de toekomst. En we gaan ook over andere dossiers weer met CDA in gesprek. Dat is een partij met wie ik persoonlijk, en mijn partij, maar ook de PvdA in vele kabinetten sinds de oorlog heel goed heeft samengewerkt. Een partij die het merendeel van de naoorlogse ministers-presidenten heeft geleverd, een partij met een grote bestuurlijke traditie, maar in dit specifieke dossier konden we het niet eens worden.

BENSCHOP
Maar u was eerder niet zo diplomatiek toen Wilders wegliep bijvoorbeeld.

RUTTE
Dat is echt niet te vergelijken. Dat wil ik u wel uitleggen, maar dat is echt iets heel anders.

BENSCHOP
Dat is toch ook een eigen afweging maken om dit niet te steunen?

RUTTE
Nee, maar dat ging niet over een dossier waarbij we steun vroegen van de oppositiepartijen,d at ging over het weglopen van iemand uit een akkoord dat we hadden gesloten op een totaal van het op orde brengen van de overheidsfinanciën in ruil voor afspraken over veiligheid, migratie en nog een aantal zaken. Dat is echt iets anders.

BENSCHOP
Maar de voorzitter van Bouwend Nederland heeft wel zijn steun uitgesproken voor het woonakkoord, rekent u dan ook op de steun van de voorzitter van de CDA-fractie in de Eerste Kamer?

RUTTE
Nou, ik denk dat je in (onverstaanbaar, red.) moet zeggen dat de voorzitter van Bouwend Nederland per saldo positief is over het akkoord, maar ook wel degelijk een aantal kanttekeningen heeft geplaatst. Dus het is wat makkelijk om te zeggen: daarmee heeft de fractievoorzitter van het CDA in de Eerste Kamer zich helemaal achter het akkoord geschaard. Hij heeft gezegd als voorzitter van Bouwend Nederland: ik zie grote pluspunten, ik zie ook een aantal minpunten, dus we gaan kijken wat het CDA nu in de Eerste Kamer gaat doen.

VRAAG:
Meneer Rutte, het is duidelijk dat het kabinet op zoek moet naar meerderheden in de EK, voor veel meer onderwerpen. Toch, toen ik van de week naar die persconferentie keek, met minister Blok en drie oppositieleiders daarnaast, dacht ik, das eigenlijk een heel raar figuur, heb ik nog nooit eerder gezien. Vroeger hadden we daar gewoon het debat voor in de Tweede Kamer. Dan werd het uitgesproken, dan deden de oppositiepartijen ook zaken met elkaar, moties, amendementen, wijzigingsvoorstellen, kon iedereen gewoon zien hoe het ging. Winst en verlies. Waarom moet het nou anders?

RUTTE:
Ik meen te mogen stellen dat in de parlementaire geschiedenis het een heel enkele keer vaker is voorgekomen dat los van het open vrije debat in de zaal, er achter de schermen, uiteraard is dat beperkt gebeurt, in zeldzame situaties, maar dat het ook wel eens afgestemd.

WESTER:
Natuurlijk is er wel eens wat afgestemd al of niet op de achterbank, dat maakt niet uit. Maar, weet u nog de Kunduzmissie, dat ging gewoon in het debat. Natuurlijk, u bent daar bij de Kunduzmissie ook wezen praten, maar vervolgens de onderhandelingen gingen gewoon in het debat. Waarom gaat dat niet in het debat, kan iedereen het zien.

RUTTE:
Maar ook de Kunduzmissie vind ik een goed voorbeeld, daar heb ik zoals u inmiddels bekend is, mevrouw Sap heeft daar zelf over verteld. Heb ik een hele avond gesproken, met haar, dat leidde wel tot het gemeenschappelijk gevoel en overtuiging dat we er uit zouden kunnen komen.

WESTER:
Maar niet op de persconferentie met de ministers van Defensie samen met de oppositieleiders?

RUTTE:
Nee, dat niet. Dat is dan hier weer nieuws, maar zo blijven we dingen vernieuwen. Maar op zichzelf was het wel zo dat we daar op hoofdlijnen hadden gezegd, zou je, is er een landingsplaats voor dit probleem, ja die was er. En vervolgens is er een algemeen overleg geweest dat de hele dag geduurd heeft. Ik meen zelfs, want dit speelde dinsdagavond, het debat was op donderdagavond, die hele woensdag heeft dat plaatsgevonden, toen heeft er donderdag volgens mij nog een stuk Algemeen Overleg plaatsgevonden, en 's avonds laat, althans laat, half tien, tien uur, ook nog een derde termijn in de Tweede Kamer. Dus toen is wel degelijk toen ook die zaak binnengeroeid in het parlementaire debat. Waarbij nog heel veel zaken en losse eindjes zijn afgehecht.

WESTER:
Dat is nu deze keer helemaal niet gebeurt. Dat debat, dat was een soort spek en bonen debat, waar de oppositie die niet meedeed, was er niets meer te halen, dat was klaar. Dan hoef je dat debat niet meer te voeren op deze manier. Persconferentie geweest, handtekening bij het kruisje en klaar is kees.

RUTTE:
Ik denk dat je daar in de toekomst verschillende vormen in zal zien, dit is een vorm waarbij je over een heel ingewikkeld dossier vrij specifiek met partijen afspraken inderdaad maakt. En dan heeft u gelijk, dan heeft dat natuurlijk zijn effecten op het debat maar ik denk dat dat acceptabel is. U zult ook situaties hebben zoals toen met die Kunduzmissie, waarbij je ook met elkaar tot de overtuiging bent gekomen dat je het politiek kunt laten landen in een parlementaire meerderheid, maar dat we toch ook nog in het debat zelf zaken worden gedaan. En de samenstelling van de (onverstaanbaar, red) partij van de missie is niet veranderd in dat debat.

WESTER:
Wilt u met deze partijen ook verder als het gaat om de rest van de begroting?

RUTTE:
Wat wij willen gaan doen, en dat geldt voor allerlei zaken, dat kan begroting zijn, maar dat kan ook zijn voorstellen op het gebied van langdurige zorg, op het gebied van het sociaal leenstelsel en heel veel andere zaken in het regeerakkoord die ook wetgeving vragen die uiteindelijk ook in de EK tot een meerderheid moet leiden. Is met alle partijen over in gesprek gaan, van SP tot en met de PVV.

WESTER
En gaat u die allemaal achter gesloten deuren ontvangen of gebeurt dat dan in het debat?

RUTTE:
Je zult een rijk geschakeerd palet gaan zien de komende tijd van allerlei verschillende werkvormen

WESTER:
In de vorige constructie had u de SGP nodig in de Eerste Kamer, toen heeft u ook met anderen, met het CDA een concessie gedaan aan de SGP, bijvoorbeeld als het ging om winkelsluitingswet en zo, bent u bereid opnieuw dit soort concessies die buiten het specifieke onderwerp gaan, aan de SGP weer te doen om hun stem binnen te halen?

RUTTE:
Ja, kijk, de situatie is anders nu. Toen hadden we de situatie waarin een kabinet een stem tekort kwam in de Eerste Kamer. Dit kabinet komt acht stemmen tekort in de Eerste Kamer, dat is echt een andere situatie. En dat betekent, waar dat kabinet met gedoogpartij in de Tweede Kamer 76 zetels had een meerderheid, nu hebben we er 79 zonder gedoogpartij, maar wel ook een meerderheid, dus dat is vergelijkbaar, hebben we in de Eerste Kamer 8 zetels tekort, dus dan heeft het niet zoveel zin om met een partij heel specifiek…

WESTER:
Maar als alleen D66 en de ChristenUnie u steunen komt u ook een zetel tekort

RUTTE:
Maar we hebben ook de SP en de PVV, we hebben Groenlinks

WESTER:
Onverstaanbaar, red

RUTTE:
Nee, nu, met deze samenwerking

WESTER:
Maar als het (onverstaanbaar, red)

RUTTE:
..zijn normale partijen die in het verleden vaak geregeerd hebben volgens, D66, CDA, GroenLinks, niet geregeerd maar wel verantwoordelijk

WESTER:
Nee, maar stel dat er weer dezelfde constructie, weer met die twee partijen en de SGP, en dat omdat de andere niet meedoen, om wat voor een reden dan ook, bent u dan bereid de SGP ook nog weer specifiek tegemoet te komen?

RUTTE:
Ik wil niet nu de indruk wekken dat wij specifiek aansturen op een bijzondere samenwerkingsconstructie. Ja, het kan ook voorkomen dat we met het CDA zaken doen en ook voorkomen dat we zaken doen met D66 en Groenlinks, het kan voorkomen dat we zaken doen met OSF, 50plus, SGP en D66 in de Eerste Kamer. Er zijn ongeveer acht routes om tot die acht zetels te komen en niet alleen deze.

WESTER:
Maar wel achter gesloten deuren?

RUTTE:
Niet altijd, maar het zal onvermijdelijk zijn, dat is in de parlementaire geschiedenis altijd zo, dat je ofwel in detail zoals in dit geval, ofwel vrij vergaand op hoofdlijnen achter gesloten deuren afspraken maakt. Dat is onvermijdelijk, daar heb ik ook in de vorige combinatie nooit een geheim van gemaakt, vandaar dat ik voorspel dat u met een zekere regelmaat een gesloten deur gaat filmen.

WESTER:
Overstaanbaar, red

RUTTE:
Ja, maar dat mag niet meer geloof ik

VRAAG:
Ik heb wel begrepen dat u hebt geprobeerd om met die drie partijen waar u van de week mee om tafel hebt gezeten ook een begrotingsdeal te sluiten, om zeg maar te voorkomen dat u de komende tijd dit probleem houdt, om elke keer een meerderheid te vinden.

RUTTE:
Nee, wat we gevraagd, wat we gezegd hebben is dat we hiermee 10% afgaat van de beoogde opbrengst en dat wij de komende tijd met partijen ook met deze partijen, in gesprek willen om te kijken hoe je ook tot een basis kunt komen voor allerlei zaken in de Eerste Kamer (onverstaanbaar, red)

VRAAG:
Wij hadden volgens mij wel de indruk dat het ging om een deal met deze drie partijen in het bijzonder

RUTTE:
Nou, wij hebben niet nu gepoogd om een deal te sluiten, we hebben gezegd we slaan nu ongeveer een gat van 200 miljoen, acceptabel, maar we hebben daarnaast natuurlijk nog andere mee- en tegenvallers, en mogelijk is er meer te doen in 13 en 14. En dan zullen wij zeker weer terugkomen. De partijen zeiden we gaan daar nu verder geen afspraken over maken, maar u kent ons als partijen die hechten aan begrotingsdiscipline, dus dat is eigenlijk niet veel meer dan het bespreken van wat kan eraan komen en dat beperkt zich ook niet tot deze partijen, daarbij kunnen ook partijen als het CDA en GroenLinks in beeld komen en nog meer partijen, SP en PVV zijn ook niet uitgesloten.

VRAAG:
Was het met terugwerkende kracht toch niet beter geweest om er nog een partij bij te hebben in deze coalitie?

RUTTE:
Nee, ik ben blij met de keuze die we gemaakt hebben en dat betekent inderdaad dat we zaken moeten doen met de oppositie, maar ja, dat is…

VRAAG:
Maar u heeft ook verliezen te incasseren

RUTTE:
Ja, maar ja, kijk in Scandinavië, dat hoort tot de rijkste, welvarendste delen van de wereld en daar hebben ze al jaren minderheidskabinetten. Het is, ik heb het vaker gezegd, ook in de vorige periode, dat is niet vreemd. En in Nederland hebben we te maken met politici die scherp debatteren, die profiel zoeken, maar ook eigenlijk altijd politici die het nationaal belang vooropstellen en dat bleek ook weer deze week.

VRAAG:
Heeft u op de grote dossiers die er nog aankomen met uw collega's in het kabinet ook afspraken gemaakt wat nu de randvoorwaarden zijn, of ziet u het elke keer wel weer wat er uitkomt, uit het overleg?

RUTTE:
Die vraag beantwoorden zou inzage geven in teveel tactiek en strategie, dus dat kan ik niet beantwoorden

VRAAG:
In oktober kreeg ik de sterk de indruk dat de bedoeling van het regeerakkoord was, van de afspraken die gemaakt waren, om met hoofdlijnennotities te komen en vervolgens met oppositiepartijen te onderhandelen over de invulling daarvan, niet over de randen ervan. En nu is er een woonakkoord gesloten en daarbij zijn ook de randen, is ook die 2 miljard bijvoorbeeld, wat eerder nog als randvoorwaarde gold, is aangetast. Ik kan me voorstellen als er nu, als er nu ook geen randvoorwaarden meer zijn dan is het dus elke keer weer kijken waar wordt uitgekomen.

RUTTE:
Ik begrijp de vraag niet. We hebben een regeerakkoord, daar staat in wat wij willen en we hebben een minderheid in de Eerste Kamer. Dat betekent dat we in schoonheid kunnen sterven voor ons eigen gelijk of de uitgestoken hand, de spreekwoordelijk uitgestoken hand kunnen doen tot oppositiepartijen om te komen tot meerderheden. Daar is deze week een voorbeeld van. Ik heb net tegen de heer Wester gezegd, de manier waarop het in de toekomst zal gaan zal per geval misschien net iets anders gaan, dat hangt ook van de woordvoerders af, van de betrokken ministers en de staatssecretarissen. De verdere manier waarop we in het kabinet er strategisch en tactisch over praten kan ik geen inzage in geven, want dat is echt aan het kabinet en daar inzage in geven zou de kansen op akkoorden doen verkleinen.

DE RUITER (ANP):
Ik begrijp dat er een mogelijkheid is dat we ons mandaat niet af gaan maken met de missie in Kunduz, ik vroeg me af hoe u daarnaar kijkt?

RUTTE:
Ja, het antwoord daarop is dat we op 17 maart is er een algemeen overleg, dus ruim daarvoor een brief sturen naar de Kamer met de positie van het kabinet die hebben wij te bepalen omdat Duitsland heeft aangegeven mogelijk eerder te vetrekken. Waarbij het uitgangspunt geldt, Ivo Opstelten heeft het deze week ook herhaald in Kunduz, samen uit, samen thuis, want de Duitsers doen ook force protection in Kunduz. Dus als ze eerder weggaan en die force protection wegvalt, dat betekent dat wij ons moeten beraden over onze aanwezigheid in Kunduz en Afghanistan-breed. Dus dat gaan we doen, maar daar kan ik nu nog niet op vooruitlopen. Dus dat zal ruim voor 17 maart zijn beslag krijgen.

DE RUITER:
Maar houdt het in dat u gaat kijken naar creatieve oplossingen, of dat er een beetje out of the box gedacht gaat worden of?

RUTTE:
Daar kan ik niks op antwoorden, we gaan echt, de situatie is zoals ik net schets, de Duitsers hebben gezegd wij gaan eerder weg, de precieze timing zijn wel vermoedens van, maar die willen we ook heel scherp krijgen. En samen uit samen thuis, want force protection is, wordt door de Duitsers geleverd en die hebben we dus nodig. Dus dat betekent als wij weggaan, gaan wij weg uit Kunduz en wat dat dan verder betekent voor de hele missie, en wat er dan nog wel of niet kan gebeuren in Kunduz en in Mazar i Sharif en Kabul, daar gaan we begin maart een besluit over nemen en dan komt het naar de Kamer.

DE RUITER:
Kan Nederland het zich internationaal gezien permitteren om eerder af te breken bij de missie? Omdat er ook veel belang werd gehecht aan internationale samenwerking bij het begin van de missie.

RUTTE:
Nogmaals, het is altijd voor iedereen duidelijk dat Nederland niet zelf de force protection doet, want die hebben we simpelweg daar niet in Kunduz, dat we daar afhankelijk zijn van Duitsland, als Duitsland eerder weggaat is die force protection weg en dan zouden we natuurlijk onze militairen aan een onverantwoord risico blootstellen en daarmee ook niet meer voldoen aan alle randvoorwaarden van de missie zoals ze met de Kamer zijn uitonderhandeld en debatteert en gedebatteerd. Dus dat stelt ons voor het vraagstuk hoe wij met onze aanwezigheid in Afghanistan en iets breder dan alleen Kunduz, hoe wij daarmee omgaan.

DE RUITER:
Maar u voelt wel de ruimte om als het nodig is, als er geen oplossing is in de force protection, om dan het mandaat niet uit te zingen?

RUTTE:
Ja, maar die vraag beantwoorden loopt vooruit op een besluit van het kabinet, dat kan ik niet doen. Ik kan u wel schetsen waarom wij tot een besluit zullen moeten komen en dat is inderdaad het feit dat de Duitsers hebben aangekondigd eerder weg te gaan.

HOEDEMAN (DE VOLKSKRANT):
Ja, meneer Rutte, het verschil tussen de Staat van de Unie in het kabinet Rutte-I en het kabinet Rutte-II, hoe zou u dat willen definiëren zelf?

RUTTE:
We hebben in Rutte-I geen Staat van de Unie geloof ik in deze vorm gemaakt, of u moet iets ontdekt hebben wat ik niet ken.

HOEDEMAN:
(onverstaanbaar,red) een stuk geschreven

RUTTE:
Oh, ja, ja, ik was er al bang voor (onverstaabaar, red) Nou, dan ben ik benieuwd wat uw analyse is?

HOEDEMAN:
Nou ja, mijn analyse, de analyse van de minister van Buitenlandse Zaken is, Rutte-I is er vooral nee gezegd en met de vuist op tafel geslagen in Europa en nu staan we midden in Europa en we zoeken de kracht van het compromis in Europa, want dat is beter voor het Nederlandse belang. Herkent u dat?

RUTTE:
Dat is ook wat we de vorige keer gedaan hebben, want in de vorige periode werkten we ook met de heer Timmermans en zijn partij, toen eigenlijk de heer Plasterk, die woordvoerder Europa was, want het kabinet had geen meerderheid in de Kamer, dus wij waren afhankelijk van onze Europapolitiek van de Partij van de Arbeid. Ik wijs op de vele initiatieven die Ben Knapen, Jan Kees de Jager en ik zelf genomen hebben in Europa op het terrein van het versterken van de Europese monetaire unie, het versterken van de positie van de relevante commissaris Olli Rehn, die toezicht houdt op de uitvoering van de afspraken van het Stabiliteits- en Groeipact, onze invloed op de totstandkoming van het fiscal contract (slecht verstaanbaar, red), onze wens om ook het schuldcriterium eronder te vatten wat helaas niet gelukt is, onze opvattingen over het meerjarig financieel kader die door het huidige kabinet een op een zijn overgenomen. Maar laat ik gewoon even bij mezelf blijven, kijk, ik zei het eerder al, ik heb het ook in de vorige periode regelmatig gezegd, als de Europese Unie niet zou bestaan dan zouden we hem oprichten. Wij zijn een handelsland en wij hebben een regio hier met heel veel gedeelde waarden en idealen. Dus dan is het logisch dat je met elkaar heel intensief samenwerkt. Maar die samenwerking moet wel gaan over de goede dingen en die goede dingen die moet je ook goed doen. En daar willen wij de komende tijd, als een van de oprichters van Europa, aan bijdragen, op het gebied van de democratie, op het gebied van waar gaat Europa nu eigenlijk over, niet betuttelend, maar krachtig waar het krachtig moet zijn, denk aan handel, denk aan de interne markt, denk ook aan bescherming van de buitengrenzen. Ja, ik moet zeggen, volgens mij houd ik dat verhaal in deze taal wel een jaar of drie.

VRAAG:
Het paardenvleesschandaal heeft zich deze week uitgebreid naar Nederland, kunnen wij nog in voldoende mate vertrouwen wat er op de etiketten op ons voedsel staat?

RUTTE:
Ik moet u zeggen dat ik daar vandaag me niet mee bezig heb gehouden, misschien zijn er nieuwe ontwikkelingen, dus daar kom ik bij u op terug, maar ik heb daar nu even geen antwoord op, dat gaan we even uitzoeken voor u.

VRAAG:
(onverstaanbaar, red) dat het het topje van de ijsberg is?

RUTTE:
Ja, maar nogmaals, dat wil ik me even goed nog in die zaak verdiepen en ik heb de afgelopen twaalf uur geen nieuwe informatie, dus dan gaan we het even uitzoeken en dan krijgt u..

VRAAG:
(onverstaanbaar, red) deze week gebeurd, dus dat het ook in Nederland is.

RUTTE:
Ja, maar er is altijd ook de laatste twaalf uur iets gebeurd en ik zat de hele dag in de ministerraad en ik ga niet hier het risico lopen dat er de laatste twaalf uur iets is gebeurd wat ik niet weet omdat ik bezig was mij voor te bereiden op de vragen van de heer Hoedeman.

VRAAG:
In NRC Handelsblad zegt vanmiddag een aantal vooraanstaande staatsrechtgeleerden dat het kabinet misschien iets te lichtvoetig heeft besloten om Prinses Máxima straks de titel Koningin toe te bedelen, omdat het niet verankerd is in de Wet Koninklijk Huis uit 2002. Maar de vraag is eigenlijk: waarom heeft het kabinet ervoor gekozen om niet de wet aan te passen voor de troonsbestijging van Willem-Alexander en Máxima?

RUTTE:
Kijk, Prinses Máxima krijgt, heeft en houdt een titel, en die is Prinses der Nederlanden. Daarnaast is er een aanspreekvorm en daarvan heeft Wim Kok al gezegd in 2002, het vorige kabinet op 13 mei 2011, en dat hebben we herhaald nu bij de bekendmaking van een aantal zaken rondom de abdicatie en inhuldiging, namelijk dat de aanspreekvorm voor Prinses Máxima Koningin zal zijn. Zij is geen staatshoofd, het is een aanspreekvorm, dus het is ook niets wat verder in wetgeving moet worden vastgelegd. Het is overigens ook in andere Europese landen gebruikelijk dat de vrouw van de Koning, kijk naar bijvoorbeeld de Belgen, dat die Koningin is.

VRAAG:
En het Eerste Kamerlid Engels van D66 heeft inmiddels gezegd dat hij graag van u een brief zou willen krijgen waarin u nog eens een keer uitlegt waarom het kabinet hiervoor, voor deze route gekozen heeft en waarom er inderdaad staatsrechtelijk geen bezwaren zijn voor de aanspreektitel Koningin, bent u van plan om dat te gaan doen?

RUTTE:
Als die vraag komt van de heer Engels, maar doen moet ik hem ook krijgen, ik heb begrepen dat hij daar op preludeert op het NRC Handelsblad, dus ik moet nog wel even dat formele verzoek krijgen. Uiteraard, dan krijgt hij een uitvoerig epistel, waarin ik zal uitleggen hoe artikel 8 lid 2 van de wet lidmaatschap Koninklijk Huis werkt. Wat bij totstandkoming van de Wet lidmaatschap Koninklijk huis in 2002 erover is gezegd in de Tweede Kamer en door minister-president Kok, wat het vorige kabinet daarover heeft gezegd op 13 mei 2011 en wat ik daar zelf over heb gezegd, of de Rijksvoorlichtingsdienst onder mijn verantwoordelijkheid, bij de aankondig direct na 19 uur op 28 januari, namelijk dat de titel is Prinses der Nederlanden, de aanspreekvorm is Koningin, punt.

WESTER:
Even, dat is toch geen aanspreekvorm? De aanspreekvorm van de Koning is ook niet Koning kunt u, maar dan is het Majesteit, Koninklijke hoogheid, dat is de aanspreekvorm

RUTTE:
Nee, Hare Majesteit, Koningin Máxima

WESTER:
Hare Majesteit, Koningin Máxima

RUTTE:
Nee, die fout gaat u niet maken, ik zeg u dat nu, na 30 april, spreekt met nu nog Prinses Máxima, dan zegt u Majesteit, Koningin Máxima.

WESTER:
Ik betwijfel het, maar goed, dat is iets anders, dat  is een persoonlijke opvatting

RUTTE:
Dat is dan uw, dat is dan uw…

WESTER:
Dat is een persoonlijke, ja goed…

RUTTE:
… anarchistische inborst

WESTER:
Oeh, die doe ik in een lijstje. Even heel iets anders, het rookverbod, de motie, is daar nog over gesproken in het kabinet vandaag?

RUTTE:
Ja, heel kort procedureel, dat staatssecretaris Van Rijn alle juridische voor, implicaties daarvan in kaart zal brengen teneinde zo snel mogelijk tot een besluit te komen over hoe het kabinet gaat reageren op de motie.

WESTER:
Maar hoe en wat en of hij het overneemt en uit gaat voeren, gaat…

RUTTE:
Nou, we willen eerst in kaart brengen precies hoe het juridisch zit, is dat nu iets wat je in de AMvB kunt regelen of vraagt dat wetswijziging, daar zijn verschillende opvattingen over, dus we willen precies weten hoe dat zit, en dan moeten we er uiteraard ook een politiek oordeel over geven, maar eerst het juridische deel te krijgen. 

WESTER:
Maar mag ik daaruit afleiden dat het voornemen van het kabinet is om de motie te gaan uitvoeren en het roken in kleine horecagelegenheden zonder personeel weer te gaan verbieden?

RUTTE:
Dat is te vroeg, wat we met de motie gaan doen, wel of niet uitvoeren, is nog niet besproken. We hebben alleen gesproken over het feit dat we voordat we over die vraag staan we eerst precies de juridische feiten op een rij willen hebben.

RUTTE:
In de rol van Julius, ja,

FRESEN:
Nou, hij moet vroeg op laat een opvolger krijgen, maar ik was nog niet van plan om me aan te melden. Hoewel deze vraag misschien wel een beetje in die categorie past. Meneer Rutte, u zei ja, ik heb de afgelopen twaalf uur in de ministerraad gezeten, ik heb niet meegekregen wat er allemaal gebeurd is in Nederland en de wereld. Heeft u ook gehoord van die meteorietinslag in Rusland?

RUTTE:
Nee, nee, u gaat me vast bijpraten.

FRESEN:
Helemaal niets?

RUTTE:
Nee

FRESEN:
Wat doet de regering eraan om ons land te beschermen tegen dat soort…?

RUTTE:
U bent een waardig opvolger. Goed weekend.