Persconferentie na de ministerraad 21 december 2012

Minister-president Rutte stond tijdens de laatste persconferentie voor het kerstreces stil bij de zware opgave waar Nederland voor staat.

RUTTE:
Beste mensen vandaag was de laatste ministerraad voor het kerstreces. We hadden een hele volle agenda. De twee elementen van Fred Teeven stonden erop, maar ook heel veel andere punten. Wat dat betreft liggen we ook echt op stoom bij het uitwerken van de plannen van het  regeerakkoord. Nu staan de feestdagen voor de deur, zoals u bekend. Tijd om samen te zijn met familie, met vrienden. Tijd ook voor reflectie. Er zal ongetwijfeld in veel huiskamers gesproken worden over de onzekere economische tijden, over de crisis die heel veel mensen dreigt te raken in Nederland en over de effecten van de bezuinigingen die het kabinet aan het doorvoeren is. En bij veel mensen leeft op dit moment de vraag: wat gaat 2013 voor mij en voor mijn dierbaren betekenen?

En dat zijn, wat mij betreft, begrijpelijke en terechte vragen. De economische crisis is nog niet voorbij. U heeft deze week de cijfers gezien van het Centraal Planbureau en achter die cijfers gaan echte gezinnen schuil, gaan echte banen schuil, gaan pensioenen schuil, gaan levens van heel gewone mensen schuil.  En daarom staan we als land en als kabinet ook voor een zware opgave. Onze eerste opdracht is om de crisis te bestrijden. Om het huishoudboekje weer op orde te brengen, als basis voor groei, voor toekomstige welvaart. En tegelijkertijd maatregelen te nemen die gericht zijn op duurzame economische groei voor de langere termijn. En ik kan niet anders zeggen dan dat iedereen dat ook zal voelen. Ik besef dat. We gaan de lasten daarvan zo evenwichtig mogelijk verdelen. Alleen samen als land staan we sterk. Daarom ook zijn we in gesprek met de hele samenleving, we knokken voor draagvlak en we zoeken ook naar steun van anderen om mee te denken, om goede ideeën om Nederland sterker uit de crisis te laten komen, om Nederland weer te mobiliseren. Maar tegelijkertijd willen we geen valse verwachtingen wekken. Het is echt nodig dat we als kabinet, als politiek, als Nederland koersvast blijven.

Het eerste gesprek met sociale partners afgelopen woensdag was wat dat betreft bemoedigend. Er is een gedeeld gevoel van urgentie, dat merk je daar. Er is de bereidheid te werken aan een gemeenschappelijke agenda en om stap voor stap de zaken aan te pakken. En het doet mij ook deugd dat de Eerste Kamer op haar laatste vergaderdag heeft ingestemd met het Belastingplan. En dat de Tweede Kamer gisteravond bijna alle begrotingen heeft aangenomen. Dat is positief, dat we op die manier aan het eind van een politiek jaar veel besluiten hebben kunnen nemen, een jaar dat we kunnen karakteriseren als bewogen, op momenten moeilijk en zeker turbulent.

Tegelijkertijd zien we aan het eind van 2012 in Europa voorzichtige, voorzichtige positievere ontwikkelingen. De gezamenlijke Europese aanpak van de crisis begint de eerste voorzichtige vruchten af te werpen. Door het aanscherpen van de begrotingsdiscipline, de aparte eurocommissaris waar Nederland voor gepleit heeft, het bankentoezicht, de noodfondsen waarmee landen als Portugal en Ierland zijn geholpen. En tegelijkertijd ook in het afgelopen jaar, cruciaal het behoud van het vertrouwen van financiële markten als Europa en dat hebben we zeker ook sinds de zomer teruggezien in de dalende verschillen tussen de rentes die Duitsland, Nederland en Finland enerzijds betalen en een aantal andere landen betalen. Europa staat er ietsjes beter voor dan een jaar geleden, maar er is nog heel veel te doen.

Dat is eigenlijk ook het perspectief voor Nederland. Dit is iets dat we als overheid niet alleen kunnen, we zullen dit met zijn allen moeten doen, een zaak van alle Nederlanders om sterker uit de crisis te komen, om er samen de schouders onder te zetten, om een perspectief te bieden van herstel, herstel van vertrouwen en herstel van hernieuwd optimisme en herstel van economische groei.

We hebben in de ministerraad ook stilgestaan bij de naderende jaarwisseling. De goede wensen van het kabinet gaan speciaal uit naar de hulpverleners die ook in komende periode weer voor ons allemaal klaar staan. Laten we nu eens met elkaar afspreken dat iedereen z'n hoofd erbij houdt en dat we het aantal incidenten zeer binnen de perken gaan houden. In de publieke ruimte geldt wat mij betreft: normaal doen is zo gek nog niet! En degenen die daar anders over denken zullen dat merken, die zullen zich moeten verantwoorden. Ik wens iedereen mooie kerstdagen en ik wens iedereen een heel goed en vooral ook een heel gezond en een voorspoedig 2013. En ik zie ernaar uit, nadat u uw vragen hebt gesteld, om u in dat nieuwe jaar weer uitgebreid terug te zien.