Première Gesneuveld indrukwekkend
Ze zijn bijna allemaal geboren in de jaren tachtig, in Friesland, Drenthe, Limburg. Ze sneuvelden jong, in Afghanistan. Nederlandse soldaten op vredesmissie. Hun nabestaanden vertellen erover in de documentaire 'Gesneuveld'. Zondagavond ging deze in première tijdens het Nederlands Film Festival in Utrecht.
Niet alleen de betrokken relaties waren aanwezig. Ook premier Mark Rutte, minister Hans Hillen en Commandant der Strijdkrachten generaal Tom Middendorp bekeken de première.
“Het klopt niet meer”, vertelt een moeder van een omgekomen militair in de film. “Alles is anders.” De vader van Tim Hoogland komt, door verdriet overmand, bijna niet uit zijn woorden. Zijn pijn spat van het scherm af: “Ik kan er nog steeds niet over praten, het lukt gewoon niet.” Een kippenvelmoment. In de zaal wordt her en der een traantje weggepinkt. Niet alleen bij de nabestaanden, die een bijdrage leverden aan de documentaire, ook bij het andere publiek.
Verdriet en kracht
Tussen 2006 en 2012 sneuvelden 25 Nederlandse militairen in Afghanistan. Vooral jonge mannen, in de kracht van hun leven. Met hun dood sloegen zij een gat in het leven van de achterblijvers. Het zijn hun zonen en broers, echtgenoten, vaders en vrienden die ver van huis het leven lieten. In de documentaire van filmmaker Robert Oey komen de nabestaanden aan het woord. Hun verdriet, woede, frustratie en kracht tonen hoe zij, soms heel moeizaam, verder gaan na het verlies.
Belang nazorg
“Het was verschrikkelijk indrukwekkend te zien wat het betekent om een geliefde te verliezen”, vertelt Middendorp onder de indruk. “Het verschil waarmee mensen met hun verlies omgaan, benadrukt het belang van goede nazorg en begeleiding.” Ook minister van Defensie Hillen is lovend: “Deze documentaire laat de ‘mens (en)’ achter de militair zien. Geen opgepoetste franje, gewoon de waarheid.”
Filmtheater en televisie
Gesneuveld is vanaf 11 oktober te zien in diverse filmtheaters. De omroep Human zendt de documentaire 10 december om 20.25 uur uit op Nederland 2.