Volkerak-Zoommeer wordt tijdelijke waterberging bij extreem hoogwater
Het Volkerak-Zoommeer wordt bij extreem hoogwater op het Hollandsch Diep ingezet om tijdelijk water te bergen. Dat heeft Staatssecretaris Atsma van Infrastructuur en Milieu besloten. De waterberging is noodzakelijk voor de waterveiligheid in Noord-Brabant en Zuid-Holland. De maatregel is gemiddeld eens in de 1400 jaar nodig bij een combinatie van zware storm op zee met zeer hoge afvoeren van de rivieren. ‘Waterberging Volkerak-Zoommeer’ is één van de ruim 30 projecten van Ruimte voor de Rivier van Rijkswaterstaat.
Het Volkerak-Zoommeer is de grootste waterberging in Nederland die Rijkswaterstaat straks handmatig kan inzetten. Dankzij deze waterberging kunnen overstromingen en de schadelijke gevolgen daarvan in een groot gebied worden voorkomen. De waterberging verlaagt de waterstand op het Hollandsch Diep en Haringvliet tot aan Dordrecht en Barendrecht. Bij extreem hoogwater kan in het Volkerak-Zoommeer maar liefst zo’n 200 miljoen kuub (200 miljard liter) extra worden geborgen.
Unieke maatregel
In tegenstelling tot andere Ruimte voor de Riviermaatregelen zijn voor waterberging Volkerak-Zoommeer hoge rivierafvoeren alléén geen reden om in actie te komen. Zolang de stormvloedkeringen open zijn stroomt het rivierwater – in welke hoeveelheden dan ook – gewoon in zee. Ook gesloten stormvloedkeringen bij normale rivierafvoeren zijn geen reden om de waterberging in te zetten. De waterberging wordt alleen ingezet bij een combinatie van gesloten stormvloedkeringen en zeer hoge rivierafvoeren. De kans dat die twee samenvallen is klein: naar schatting eens in de 1400 jaar. Als de waterberging wordt ingezet zal dat gebeuren volgens een zorgvuldig geregisseerd protocol. Waterberging Volkerak-Zoommeer is de enige waterbergingsmaatregel in het programma Ruimte voor de Rivier.
Effecten voor omgeving
Rijkswaterstaat heeft onderzoek gedaan naar de gevolgen van tijdelijke waterberging in het Volkerak-Zoommeer. Conclusie is dat de waterberging hard nodig is om de waterveiligheid in het gebied te borgen. Om de negatieve effecten van de waterberging in West-Brabant en Zeeland te voorkomen of te verminderen, worden maatregelen getroffen. Wateroverlast in de buitendijkse woningen in de haven van Tholen wordt voorkomen met een keersluis. Voor West-Brabant geldt dat bij inzet van het Volkerak-Zoommeer voor waterberging er tijdelijk geen water kan worden gespuid naar zee, wat leidt tot hoge waterstanden op de Mark en Vliet. Dat betekent dat een deel van de dijken en kades aan het Volkerak-Zoommeer, Mark en Vliet verhoogd en versterkt moeten worden. Ook kunnen mobiele pompen en lokale waterkeringen worden ingezet om extra wateroverlast te voorkomen in West-Brabant. Bij inzet van het Volkerak-Zoommeer kan er namelijk tijdelijk geen water worden gespuid. Over een aantal weken zal Rijkswaterstaat alle plannen over de waterberging Volkerak-Zoommeer ter inzage leggen voor publiek.
Roode Vaart
Ook heeft staatssecretaris Atsma besloten om 9,5 miljoen euro bij te dragen aan het herstel van de oude loop van de Roode Vaart. Deze maatregel is bedoeld om de huidige zoetwaterfunctie van het Volkerak Zoommeer te compenseren, mocht het rijk besluiten het Volkerak-Zoommeer weer zout te maken. De rijksbijdrage komt boven op de ruim 20 miljoen euro die de regio zelf voor de Roode Vaart wil investeren. Met het herstel van de oude loop van de Roode Vaart door het centrum van Zevenbergen kun delen van West-Brabant, Tholen en St. Philipsland vanuit het Hollands Diep worden voorzien van zoetwater. De leveringszekerheid en de kwaliteit van de zoetwatervoorziening wordt daarmee voor dit gebied vergroot en dat is in het bijzonder van belang voor de agrarische ondernemers.
Ruimte voor de Rivier
In Nederland hebben we steeds meer kans op overstromingen omdat de rivier ruimte verliest. De rivieren liggen ingeklemd tussen steeds hogere dijken, waarachter steeds meer mensen wonen. Tegelijkertijd is de bodem achter de dijken gedaald. Bovendien kent ons klimaat steeds meer extremen. Het regent vaker en harder, waardoor de rivieren meer water moeten verwerken. Het gevolg: stijgende waterstanden en meer kans op overstromingen met grote impact op mens, dier, infrastructuur en economie.
Alleen dijkverhoging is onvoldoende om het toenemende overstromingsgevaar te keren. De waterstand moet omlaag. De regering neemt daarom maatregelen om in de toekomst het rivierengebied beter te beschermen tegen overstromingen. Rivieren krijgen op meer dan 30 plaatsen meer ruimte. Deze maatregelen vormen samen het rijksprogramma Ruimte voor de Rivier. Een uniek programma waarin Rijkswaterstaat sámen met waterschappen, gemeenten en provincies zorgt voor de veiligheid van vier miljoen Nederlanders. Met als opbrengst een veilig en mooi rivierengebied in 2015.