Belastingplan 2013
Door het in mei dit jaar gesloten Begrotingsakkoord is het Belastingplan 2013 voor een demissionair kabinet omvangrijker dan normaal. Het door VVD, CDA, D66, GroenLinks en ChristenUnie gesloten akkoord bevat een fiscaal crisispakket dat helpt de overheidsfinanciën weer op orde te brengen. Het Begrotingsakkoord bevat een aantal maatregelen die zijn uitgewerkt in het Belastingplan 2013, waaronder een pakket voor de woningmarkt, met daarin de fiscale behandeling van de eigen woning en het invoeren van een verhuurderheffing, en de fiscale behandeling van het woon-werkverkeer.
Woningmarkt
Vanaf volgend jaar gelden nieuwe regels voor de aftrek van hypotheekrente voor leningen die op of na 1 januari 2013 worden gesloten. De betaalde rente voor deze leningen is dan alleen nog aftrekbaar als die in 30 jaar volledig en ten minste volgens een annuïtair aflossingsschema wordt afgelost. Voor het ophogen van een bestaande hypotheek geldt dat het nieuwe stuk ook volledig en ten minste annuïtair afgelost moet worden om in aanmerking te komen voor renteaftrek. Bestaande gevallen worden niet geraakt door de nieuwe regels. Vanaf 1 januari 2013 komen nieuw gesloten kapitaalverzekeringen niet meer in aanmerking voor de vrijstelling in box 1.
Verhuurders van woningen moeten vanaf 2013 een heffing van 0,0014 procent betalen over de waarde van de woningen die ze verhuren in de gereguleerde sector. In 2014 wordt dat 0,231 procent. De maatregel gaat gelden voor verhuurders die meer dan 10 woningen verhuren. Naast het geld dat deze maatregel moet opleveren, moet de verhuurderheffing in samenhang worden gezien met de huurverhoging die mogelijk wordt om scheefwonen tegen te gaan.
Woon-werkverkeer
Reiskosten gemaakt voor woon-werkverkeer kunnen vanaf 2013 niet langer onbelast vergoed worden. Wel kan de werkgever er voor kiezen de werknemer een deel van de kosten te vergoeden uit de vrije ruimte van de werkkostenregeling. Zakelijke reizen, niet zijnde woon-werkverkeer, kunnen onverminderd onbelast vergoed worden.
Voor loodgieters, wijkverpleegkundigen en andere ambulante werknemers geldt dat het merendeel van de reizen naar de werkplek wordt aangemerkt als een zakelijke en dus onbelaste rit. Pas als langer dan een jaar naar dezelfde werkplek wordt gereisd, is sprake van woon-werkverkeer. De reis naar de vaste werkgever wordt gezien als woon-werkverkeer, en wordt dus belast. Werkgever en werknemer bepalen samen wat als vast werkadres wordt aangemerkt. Ritjes naar dat vaste werkadres komen niet in aanmerking voor een onbelaste reiskostenvergoeding. Meerdere adressen van de werkgever kunnen aangemerkt worden als vast werkadres. Ook is sprake van woon-werkverkeer als op regelmatige basis wordt gereisd tussen de woning en een werkplaats waar in belangrijke mate werkzaamheden worden verricht. Dat kan dus een ander werkadres zijn dan die welke tussen werkgever en werknemer zijn overeengekomen. Voor zzp’ers geldt dat reizen naar opdrachtgevers gelden als zakelijke kilometers, tenzij langer dan een jaar naar dezelfde werkplek gereisd wordt. Voor leaserijders en voor houders van openbaar vervoerabonnementen is overgangsrecht vastgesteld overeenkomstig het Begrotingsakkoord 2013.
Overdrachtsbelasting
Vanwege de huidige stagnerende vastgoedmarkt kan onvoldoende gebruik worden gemaakt van de mogelijkheid om bij doorverkoop van een woning of bedrijfspand een vermindering van de overdrachtsbelasting te claimen. Om de gehele vastgoedmarkt tegemoet te komen wordt de termijn waarin deze vermindering geclaimd kan worden, tijdelijk verlengd van 6 naar 36 maanden.
De tijdelijke maatregel is een steuntje in de rug voor bijvoorbeeld particulieren die hun woning door moeten verkopen in geval van scheiding vlak na aankoop van een woning. Of wanneer particulieren een bestaande woning hebben gekocht en toch willen doorstromen naar een nieuwbouwwoning. Door de verlenging van de doorverkooptermijn naar 36 maanden kunnen projectontwikkelaars makkelijker de garantie bieden dat zij de oude woning zullen kopen als het niet lukt om deze tijdig verkocht te krijgen.
Bedrijfsleven
Het Belastingplan 2013 bevat verder vooral maatregelen gericht op het bedrijfsleven. Zo wordt gewerkt aan soepeler uitstel van betaling voor openstaande belastingaanslagen tot € 12.000 van bedrijven. De zogeheten thincapregeling wordt afgeschaft waarmee de vennootschapsbelasting verder wordt vereenvoudigd. Notariële akten worden voortaan elektronisch geregistreerd, waardoor minder stukken heen en weer gestuurd hoeven worden tussen de notaris en de Belastingdienst.
Fraude- en constructiebestrijding
Fraude- en constructiebestrijding blijft onverminderd een van de speerpunten van dit kabinet. Zo wordt de afdrachtvermindering onderwijs aangepast om onbedoeld gebruik tegen te gaan. Ook worden constructies die het bodemrecht bij faillissementen uithollen, aangepakt. Hierdoor wordt bijvoorbeeld voorkomen dat bedrijfsmiddelen bij een faillissement snel naar de bodem van een derde worden afgevoerd, waardoor de Belastingdienst achter het net vist. Bij de Toeslagen kunnen fraudeurs die tweemaal de fout ingaan vanaf volgend jaar een boete van 150 procent tegemoet zien. Als de recidivist de boete niet ineens kan betalen, wordt deze verrekend met nog te ontvangen toeslagen. Verder zal de uitbetaling van een toeslag stopgezet worden als iemand niet reageert op het verzoek van de inspecteur om inkomen uit het buitenland op te geven.