Atsma: 'Ook overheid gaat groener vliegen'
Staatssecretaris Atsma (Infrastructuur en Milieu) is vandaag met de eerste trans-Atlantische KLM-vlucht, waarvan een groot deel uit biobrandstof bestaat, naar de duurzaamheidtop in Rio de Janeiro gevlogen. Atsma gaf bij vertrek aan dat het zijn ambitie is om de overheid groener te laten vliegen. Hierover wil Atsma zo snel mogelijk afspraken maken. 'Ik wil ervoor zorgen dat voor dienstreizen van ambtenaren duurzame brandstof ingekocht kan worden. Ook moet snel geregeld worden dat we het regeringstoestel vanaf 2013 op een standaardpercentage biobrandstof kunnen laten vliegen', aldus Atsma.
Vliegtuigen worden door allerlei maatregelen gelukkig steeds zuiniger. Maar de verwachte groei van de luchtvaart is groter dan deze reductie kan bijbenen. Het halen van de doelstellingen die de sector zichzelf heeft gesteld, is niet vanzelfsprekend en vereist grote inspanningen. 'Innovatie is daarbij onze belangrijkste bondgenoot. KLM is hierin wereldwijd koploper en daar mogen we trots op zijn', aldus Atsma.
Atsma verwelkomt dan ook het BioFuel Programma dat vanmorgen door KLM en de samenwerkingspartner SKY NRG is gepresenteerd. Het doel van dit programma is om bedrijven de keuzemogelijkheid te geven om op duurzame brandstof te vliegen. Dit programma biedt grote organisaties de mogelijkheid om een deel van hun vliegreizen op duurzame biofuel te maken. De samenleving wordt op deze manier betrokken bij de concrete verduurzaming van de luchtvaart. Vandaag hebben Ahold, Accenture, DSM, Nike en Schiphol Group al laten weten hieraan mee te gaan doen.
Het toestel van KLM vliegt vandaag op een duurzame brandstof die gemaakt is van afgewerkt frituurvet (Used Cooking Oil). KLM is al sinds 2007 voorloper op het gebied van de ontwikkeling van duurzame biofuel. Sinds jarenlange samenwerking steunt het Wereld Natuur Fonds KLM hierbij. De brandstof, die KLM gebruikt, is geleverd door Dynamic Fuels via SkyNRG, het consortium dat KLM in 2009 met North Sea Group en Spring Associates is gestart.
Nederland wil tijdens Rio+20 top komende dagen die essentiële rol van het bedrijfsleven heel concreet en tastbaar maken; door het aangaan van public private partnerships. Daarmee wil Nederland illustreren dat een groene economie wel degelijk mogelijk is, maar dat overheid en bedrijfsleven en andere organisaties dan wel gezamenlijk de schouders eronder moeten zetten. Atsma: 'Dit initiatief is hier ene prima voorbeeld van, want de vraag naar duurzame mobiliteit zal steeds belangrijker worden.'