Startbijeenkomst Kansspelautoriteit
Toespraak van staatssecretaris Teeven van Veiligheid en Justitie ter gelegenheid van de Startbijeenkomst van de Kansspelautoriteit ( Den Haag, 11 juni 2012).
Dames en heren,
Welkom allemaal, hier in dit prachtige, oude theater Concordia, voor de officiële startbijeenkomst van de Kansspelautoriteit. Een ironische knipoog van het lot, zo zou je het kunnen noemen, dat de Kansspelautoriteit uitgerekend hier van start gaat. Het is immers hier, in sociëteit Concordia, waar rond de vorige eeuwwisseling beroemde socialistische voormannen en -vrouwen als Domela Nieuwenhuis, Troelstra, Gorter en Henriëtte Roland Holst vlammende redevoeringen hielden, “ter geestelijke verheffing van de arbeider”. Op weg naar die geestelijke verheffing kon de arbeider van twee zaken maar beter afzien: drank en gokken – met name kaarten en dobbelen waren in die dagen nogal populair. Afijn, vandaag houden we hier in Concordia de Kansspelautoriteit ten doop en die feestelijke gebeurtenis vieren we zo meteen met een drankje.
‘t Kan verkeren, zou de 17de eeuwse dichter Bredero zeggen.
Als staatssecretaris van Veiligheid en Justitie, verantwoordelijk voor een evenwichtig, samenhangend en consistent kansspelbeleid, vind ik het een eer om hier te mogen spreken op deze startbijeenkomst. We hadden nog wat in te halen, want u bent tenslotte al operationeel sinds 1 april. Een belangrijke datum voor kansspelminnend Nederland, want vanaf die dag beschikt ons land over een doortastende toezichthouder, een ZBO, met een eigen Raad van Bestuur. Dat laatste zeg ik er nadrukkelijk bij, want daarmee hebben we een belangrijke wens van de Tweede Kamer gerealiseerd: vergunningverlening en toezicht buiten het Ministerie plaatsen.
Als Kansspelautoriteit bent u verantwoordelijk voor een stevig takenpakket, waaronder onder andere:
- het verstrekken, wijzigen en intrekken van vergunningen voor kansspelen, exploitatievergunningen en modeltoelatingen voor speelautomaten; en
- het toezicht op en handhaving van het naleven van wet- en regelgeving en de vergunningen.
Een stevig pakket, maar ook een mooi pakket. Want als u deze taken naar behoren uitvoert – iets waar ik het volste vertrouwen in heb – levert u een belangrijke bijdrage aan het realiseren van de doelstellingen van ons kansspelbeleid, namelijk:
- een passend en attractief aanbod
- het zo veel mogelijk voorkomen van kansspelverslaving
- goede bescherming van de consument
- en het tegengaan van illegaliteit en criminaliteit
Ik geef toe: zo’n puntsgewijze opsomming kan een beetje de indruk wekken dat u dit allemaal “zo maar even” doet. Zelf weet u inmiddels waarschijnlijk wel beter. Neem alleen al het voorkomen en tegengaan van kansspelverslaving. De verantwoordelijkheid daarvoor ligt primair bij de vergunninghouders. Zij hebben – zo staat het in de wet - de expliciete zorgplicht om effectieve maatregelen te treffen, die gokverslaving zo veel mogelijk tegengaan. Die zorgplicht werken we momenteel nog nader uit in een algemene maatregel van bestuur. Om u alvast een idee te geven, ik denk hierbij aan de plicht om informatie te verstrekken aan consumenten over de gevaren van kansspelverslaving en de toegang tot verslavingszorg mogelijk te maken. Alleen een flyer neerleggen met daarin de risico’s van deelname aan kansspelen is dus niet meer voldoende. Aan u, als Kansspelautoriteit, de taak om toe te zien op deze regels en de vergunningvoorschriften. Lapt een vergunninghouder die aan zijn laars, dan kan u indien nodig een sanctie opleggen.
Dan iets over die andere belangrijke doelstelling van ons kansspelbeleid: bescherming van de consument. Ook daarin speelt u, als toezichthouder, een cruciale rol. Leven de vergunninghouders de regelgeving en de vergunningsvoorwaarden goed na? Informeren ze de consumenten wel goed, volledig en tijdig over – bijvoorbeeld – de kosten, de te winnen prijzen, de duur van het abonnement en eventuele verslavingsrisico’s? Dat alles houdt u, als Kansspelautoriteit, goed in de gaten.
En er is méér. Zo houdt u bijvoorbeeld ook toezicht op de manier waarop de vergunninghouders reclame maken en nieuwe klanten werven. Dat moet op een zorgvuldige en evenwichtige manier gebeuren. Hoe precies – ook dat werken we momenteel nader uit in een AMVB. Essentieel daarbij is dat reclame de goklust niet mag aanwakkeren; ze mag enkel dienen tot het kanaliseren van de vraag van consumenten naar het legale aanbod. Wie een gokje wil wagen, moet namelijk weten welke legale kansspelen er zijn. Reclamemakers moeten natuurlijk wel hun creativiteit kunnen uiten. Consumenten mogen alleen niet op het verkeerde been worden gezet. Ik denk hierbij aan het lokken van consumenten door enorme winsten voor te spiegelen of aan te geven dat het kansspel wel eens de oplossing voor al je financiële problemen kan zijn. Ook mogen vergunninghouders consumenten niet door reclame voor andere producten of diensten indirect tot kansspelen aanzetten. Een voorbeeld is een casino dat niet met kansspelen maar slechts met warme maaltijden adverteert, waardoor consumenten zouden kunnen denken dat het niet een kansspelaanbieder maar een restauranthouder betreft.
Met de oprichting van de Kansspelautoriteit wordt ook het toezicht en de handhaving intensiever. Daarmee willen we misbruik, fraude en criminaliteit in de kansspelmarkt zo veel mogelijk terugdringen en weren. Een stevige ambitie. Willen we die kunnen waarmaken, dan moet u als Kansspelautoriteit natuurlijk beschikken over een adequaat handhavingsinstrumentarium. Uw gereedschapskist is gevuld met bestuursrechtelijke handhavingsinstrumenten, zoals de bestuurlijke boete, het toepassen van bestuursdwang en de last onder dwangsom. Met die instrumenten onder handbereik, bent u in staat op te treden. Tegen vergunninghouders die zich niet aan de regels houden. En ook tegen illegale aanbieders van gokspelletjes.
Pas indien u stuit op gevallen van herhaalde of ernstige overtreding van de wet, wordt het strafrecht ingezet. En al helemaal, als er sprake blijkt van verwevenheid met georganiseerde misdaad. In dat soort situaties is strafrechtelijke handhaving door het Openbaar Ministerie geboden.
Prioriteiten voor de handhaving zullen de komende tijd gericht zijn op het aanpakken van grootschalige en/of bedrijfsmatig uitgevoerde illegale kansspelen. Een pool op bescheiden schaal voor de klanten van een café, waar aan de vooravond van het EK Voetbal in de media het een en ander over te doen was, is voor de Kansspelautoriteit geen aanleiding om in actie te komen. De cafébezoeker kan dus met een gerust hart deelnemen aan een voetbalpool in zijn buurtcafé.
Met al deze taken verwachten we heel wat van u als Kansspelautoriteit en het is dan ook in ons aller belang dat u goed voor deze taken bent toegerust. Ik zeg hier nadrukkelijk: ons aller belang, want ook de vergunninghouders hebben veel baat bij een onafhankelijke, krachtige toezichthouder, die optreedt tegen illegaal aanbod. Vergunninghouders hebben het exclusieve recht gekregen om kansspelen aan te bieden. Dan vind ik het niet meer dan redelijk dat zij – los van de kosten voor het legale aanbod - ook meebetalen aan de bestrijding van dit illegale aanbod. Daartoe legt u de vergunninghouders een kansspelheffing op – een bestemmingsheffing, waarmee u uw eigen activiteiten financiert. Uiteraard is het niet de bedoeling dat u als Kansspelautoriteit “winst” gaat maken. De heffing is én blijft kostendekkend.
Dames en heren, ik ga afronden. Maar eerst ga ik nog even kort in op gokken via internet. U weet, dat ik mij de afgelopen tijd heb ingezet voor de modernisering van het kansspelbeleid, waaronder de regulering van online kansspelen. Een hoop mensen neemt nu al volop deel aan gokspelletjes op internet, terwijl deze markt nog niet netjes is gereguleerd. Dat vind ik zorgelijk. Consumenten moeten de garantie hebben dat ze veilig en verantwoord kunnen spelen, bij aanbieders die een vergunning hebben en onder toezicht staan van de Kansspelautoriteit.
Moeten we de huidige wet handhaven door te proberen illegale kansspelen via internet tegen te gaan? Daar valt veel voor te zeggen. Aan de andere kant: het buitenland heeft al laten zien dat zo’n black-out niet werkt. En wat je ook niet wilt, is – in de aanloop naar het nieuwe kansspelbeleid - betrouwbare partijen, die aandringen op regulering in Nederland, en op termijn misschien wel in aanmerking komen voor een vergunning, definitief van de markt verjagen. Dat is tenslotte niet in het belang van de consument. Die gaat dan zijn heil zoeken bij partijen die bewust voor de illegaliteit kiezen.
Hoe gaan we met dit dilemma om? We hebben – in goed overleg met de Kansspelautoriteit en een aantal aanbieders - een beleidslijn opgesteld om het ook in deze transitiefase werkbaar te houden. Kort gezegd komt het op het volgende neer: aanbieders die willens en wetens de wet overtreden en dit ook blijven doen, pakt de Kansspelautoriteit aan. Aanbieders die zich netjes gedragen, mogen straks meedingen naar een vergunning. De Kansspelautoriteit heeft hierover vorige week brieven gestuurd en een persbericht uitgedaan.
Wat ik in ieder geval heb kunnen afronden – en waar ik dan ook heel erg trots op ben – is de totstandkoming van de Kansspelautoriteit! Nu is "autoriteit" meestal een soort eretitel, een die je in de praktijk moet verdienen, zo niet afdwingen. U hebt hem direct bij de geboorte meegekregen. Dat schept verwachtingen. Maar ik ben er van overtuigd dat u zich de komende jaren zult ontwikkelen tot een zeer gewaardeerde en effectieve Kansspelautoriteit.