Bleker: ‘Grenzen aan groei megastallen, ruimte voor duurzame ontwikkeling’
‘In Nederland is geen ruimte voor extreme industrialisatie van de veehouderij. Ik stel voor om een bovengrens te stellen voor het aantal dieren per locatie’, aldus staatssecretaris Henk Bleker van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie (EL&I).
‘Die grens biedt voor gezinsbedrijven voldoende mogelijkheden voor normale groei en ondernemerschap en voorkomt excessen. Daarbij stimuleert de overheid duurzame ontwikkeling van de bedrijven en stelt grenzen op andere terreinen zoals mest, dierenwelzijn en diergezondheid. Deze begrenzing van het aantal dieren per locatie is het sluitstuk van de maatregelen voor een duurzame en maatschappelijk geaccepteerde veehouderij.’
Maatschappelijke dialoog megastallen
Uit de maatschappelijke dialoog over megastallen onder leiding van Hans Alders bleek dat grootschalige veehouderij wordt geaccepteerd als er zorgvuldig wordt omgesprongen met de dieren en milieu, er minimale risico’s zijn voor de volksgezondheid en er een menselijke maat is voor de bedrijven.
Aantal dieren per locatie
Staatssecretaris Bleker stelt in een brief aan de Tweede Kamer per diersoort een bandbreedte voor het aantal dieren per locatie. In de komende maanden kan de discussie hierover met onder andere de Tweede Kamer worden gevoerd. Deze lijst ziet er als volgt uit:
Melkkoeien: 400-500 (inclusief jongvee)
Zeugen: 1500 - 2000
Vleesvarkens: 7000 - 10.000
Leghennen: 150.000 - 175.000
Vleeskuikens: 200.000 - 240.000
Melkgeiten: 1500 - 2000
Vleeskalveren: 1500 - 2000
Uitgangspunten voor deze bandbreedtes zijn verschillende onderzoeken en rapporten waaronder die van het LEI, de commissie Van Doorn en berekeningen over de hoeveelheid dieren op een locatie van 1,5 hectare.
Vastleggen grenzen
Als er uiteindelijk grenzen worden bepaald, zijn er twee mogelijkheden om ze vast te leggen; in een convenant of in een wettelijke regeling. In een mogelijk convenant tussen LTO Nederland, IPO en VNG worden dan afspraken gemaakt over de maximale omvang van een veehouderijlocatie. Dit sluit aan bij de bevoegdheden die provincies en gemeenten hebben. Hiermee kunnen relatief snel grenzen worden gesteld aan een ongebreidelde groei van veehouderijlocaties.
Ten tweede kunnen de aantallen worden vastgelegd als er een wettelijke regeling is met een ‘kapstok’ om een normen te stellen voor het aantal dieren dat op een veehouderijlocatie kan worden gehouden.
Overleg
Staatssecretaris Bleker wil de komende maanden met betrokken partijen overleg voeren over de grenzen voor de maximale omvang van veehouderijlocaties. Daarbij komt ook de voorkeur voor een van beide methoden om het vast te leggen aan de orde.