Symposium 'Doorbreek Huiselijk Geweld, praat erover'

Toespraak door minister Opstelten van Veiligheid en Justitie ter gelegenheid van het Landelijk Symposium “Doorbreek Huiselijk Geweld, praat erover” ,  Utrecht, Winkel van Sinkel, 29 maart 2012.

Dames – vooral dames - en een enkele “verdwaalde” heer,

Ook namens mij van harte welkom, in deze welbekende “Winkel van Sinkel”. U weet, volgens de overlevering was hier vroeger “alles te koop”: hoeden en petten / en damescorsetten - en noem de hele riedel maar op. Tegenwoordig is het een “Cultureel Culinair Warenhuis”. Dat bekt niet alleen lekker; zo klinkt het ook. Wat ik overigens mooi vind, en ook erg toepasselijk, gelet op het thema van deze middag, is dat ondanks alle veranderingen de oude, vertrouwde voorgevel van de Winkel van Sinkel bewaard is gebleven. Met als opvallend kenmerk: vier sterke vrouwen, kariatiden genaamd, die de voorgevel niet alleen versieren, maar vooral ook stevig ondersteunen

Een mooie symboliek. Want hier binnen, in de voormalige “Winkel”, sta ik tegenover liefst 250 “kariatiden”. Stuk voor stuk sterke vrouwen uit de achterban van de Nederlandse Vrouwen Raad, de Tweede Kamer en verschillende vrouwenorganisaties.

U biedt waardevolle ondersteuning aan vrouwen die de spiraal van huiselijk geweld willen doorbreken. Vrouwen die huiselijk geweld niet langer willen verzwijgen, maar het gesprek willen aangaan over dit grote maatschappelijke probleem. 

En dat gesprek aangaan is hard nodig. Want hoewel de politie jaarlijks zo’n 64.000 incidenten van geweld in huiselijke kring registreert, is dat nog maar het topje van de ijsberg. Naar schatting komt slechts één op de acht incidenten ter kennis van de politie. Eén op de acht… 

Schaamte speelt daarbij zeker een rol; en angst, niet te vergeten. En vaak ook onzekerheid: wat haal ik me allemaal niet op de hals, als ik met de politie ga praten? Want ja, als die meppende man bijvoorbeeld tevens kostwinnaar is voor jou en je kinderen, dan loop je wel een risico. Stel dat hij in de gevangenis belandt en daardoor zijn baan kwijtraakt? Dat betekent een behoorlijke financiële aderlating. En misschien moeten we dan wel ons huis uit? Of denk aan vrouwen met een afhankelijke verblijfsvergunning. 

Dat zijn allemaal heel lastig dilemma’s. De drempel om melding te maken van het geweld is dan ook hoog. Gemiddeld hebben zich in zo’n gezin al 33 - kleinere of grotere – incidenten voorgedaan voordat de maat vol is en het slachtoffer naar de politie stapt.

Dat huiselijk geweld soms zo lang voortwoekert voordat er daadwerkelijk iets aan wordt gedaan, is bovendien schadelijk voor een andere kwetsbare groep: eventuele kinderen. Want reken maar dat het een behoorlijke impact heeft, als je als kind ziet hoe je moeder voor je ogen in elkaar geslagen wordt. Of als je haar avond aan avond hoort schreeuwen en huilen van pijn en ellende. Zoiets kan er diep inhakken. Zo diep, dat iemand die als kind getuige is geweest van gewelddadige incidenten in huiselijke kring, een groot risico loopt om zelf ook uit te groeien tot dader of slachtoffer van huiselijk geweld. En zo wordt huiselijk geweld vaak overgedragen van generatie op generatie.

Alle reden dus om huiselijk geweld krachtdadig aan te pakken! Maar daarvoor is tegelijkertijd nodig dat we nog beter zicht krijgen op deze – vaak verborgen - problematiek. Dit project ‘Doorbreek huiselijk geweld – Praat erover!’, waarvan we vandaag de afsluiting beleven, draagt daar sterk aan bij! De afgelopen drie jaar hebt u tientallen gespreksbijeenkomsten georganiseerd over huiselijk geweld, waaraan in totaal zo’n 5000 vrouwen hebben meegedaan. Ik doe een greep uit de vrouwenorganisaties die betrokken zijn geweest bij de uitvoering: o.a. FNV-Vrouwenbond, Molukse Vrouwenraad, Nederlandse Federatie Chinese Vrouwenverenigingen, Vereniging Nederlandse Vrouwelijke Artsen, Vrouwennetwerk Arnhem/Nijmegen, Vrouwen van Nu, Katholieke Vrouwenorganisatie, Wereldvrouwen Zierikzee, Vrouwenplatform Carree, Zeeuwse Katholieke Vrouwen, Veenendaalse Vrouwenraad etc. Teveel om op te noemen!

Bij de gespreksbijeenkomsten waren ook vertegenwoordigers aanwezig van de Steunpunten Huiselijk Geweld: professionele hulpverleners die veel ervaring hebben met het herkennen van signalen van huiselijk geweld. Ik heb begrepen dat veel deelneemsters zich tijdens - of na afloop van - zo’n bijeenkomst, zijn gaan realiseren dat ook zij, in hun eigen omgeving, gezinnen kennen waar een vorm van huiselijk geweld speelt, of gespeeld heeft. 

Maar dan nog: al heb je misschien je vermoedens, makkelijk is het niet om die vriendin, die buurvrouw of collega hierover aan te spreken. Je hebt al snel het idee dat je je met iets bemoeit, wat zó pijnlijk is, zó privé, dat het niet aan jou is om de eerste stap te zetten. Of dat je toch niet veel voor zo iemand kunt betekenen; dat het een zaak voor professionals is. 

Vergeet echter één ding niet: voor een vrouw die te maken heeft met geweld in de huiselijke kring is de stap naar een professional - politie of hulpverlening – nog vele malen groter. Als er niet iemand is die die belangrijke eerste stap zet, gebeurt er vaak helemaal niets. Dan blijft de geweldssituatie in dat gezin voortbestaan, met alle nare gevolgen – voor die vrouw zelf, voor haar kinderen - van dien. 

Velen van U hebben zich gelukkig goed gerealiseerd dat je in zo’n situatie wel degelijk iets kunt doen. Dat je het verschil kunt maken, door die vrouw nét dat zetje in de rug te geven dat ze nodig heeft. Gewoon, door eens een praatje aan te knopen, haar vertrouwen te winnen en vragen te stellen. Zo hebt u het huiselijk geweld in veel gevallen bespreekbaar kunnen maken. Vaak bleek dan dat het slachtoffer juist opgelucht was: eindelijk kon ze haar verhaal eens kwijt! En van het een komt vaak het ander: voor het eerst durft die vrouw stappen te ondernemen. Bijvoorbeeld contact opnemen met een Steunpunt Huiselijk Geweld, of – in ernstiger gevallen – de zaak melden, of zelfs aangifte doen, bij de politie. 

Ik ben blij dat dit project er daadwerkelijk in is geslaagd het probleem van huiselijk geweld bespreekbaar te maken. Ook in kringen waar dat van oudsher heel erg lastig, zo niet bijna onmogelijk was, zoals de Molukse of de Chinese gemeenschap in Nederland. Want bedenk: pas wanneer een geval van huiselijk geweld bekend is, kunnen er maatregelen worden genomen. 

En er is veel mogelijk. Om het huiselijk geweld effectief te kunnen aanpakken, hebben we de afgelopen jaren al veel in gang gezet. Ik noem hier de Wet tijdelijk huisverbod, de ontwikkeling van een Landelijke Meldcode voor professionals en een betere samenwerking tussen de verschillende partners die bij de aanpak van huiselijk geweld zijn betrokken. 

Deze aanpak - langs drie sporen: dader, slachtoffer én kinderen/getuigen - krijgt inmiddels duidelijk gestalte in de Veiligheidshuizen, waar de betrokken partners nauw samenwerken in het casusoverleg huiselijk geweld. 

En met resultaat! Kijk maar eens naar de politieregio Limburg-Noord, een van de pioniers op het gebied van de aanpak van huiselijk geweld. Inmiddels hebben daar al bijna 400 gezinnen te maken gekregen met die zogeheten “multifocusaanpak”. In het overgrote deel van die gezinnen is de situatie sindsdien niet meer geëscaleerd tot het niveau van de oorspronkelijke melding! Slechts in negen procent van de gevallen was er sprake van recidive! Dat lijkt me een inspirerend voorbeeld, dat absoluut navolging verdient.

En zo zijn er meer regio’s waar mooie resultaten worden gehaald. Dit alles laat zien dat we het probleem van huiselijk geweld wel degelijk kunnen terugdringen. Maar nogmaals: voordat we als politie, justitie, hulpverlening, zorg en andere betrokken partners in actie kunnen komen, is het nodig dat we óók op de hoogte zijn van al die “onzichtbare” gevallen onder dat ‘topje van de ijsberg’. Het stimuleren van de meldingsbereidheid is daarom een belangrijk onderdeel van de aanpak. Dat doen we onder andere via jaarlijkse publiekscampagnes en via laagdrempelige voorlichtings- en bewustwordingsprojecten, zoals dit. 

En dat werkt! U bent er in geslaagd de slagzin ‘Doorbreek huiselijk geweld – Praat erover!’ de afgelopen drie jaar ook echt waar te maken. Alle provincies hebben meegedaan en u hebt duizenden vrouwen – direct en indirect - weten te bereiken! Voor de precieze resultaten van dit project zult u nog even geduld moeten hebben. Die krijgt u later deze middag, na de indrukwekkende ervaringen van enkele slachtoffers van huiselijk geweld. Maar ik heb de resultaten al even mogen inzien en ik kan u zeggen dat ik er zeer van onder de indruk ben. Ik vind ze een groot compliment waard! 

Dames – en nog steeds die enkele heer. Speciaal voor u gaat de “Winkel van Sinkel” vanmiddag nog één keer open. En er is nog steeds van alles te koop. Helaas – voor de liefhebber - géén doosjes pommade of flesjes orgeade, maar wél allerlei interessante inleidingen en workshops waaruit u kunt kiezen, stukjes theater en muziek. U gaat een interessant en gevarieerd programma tegemoet. Helaas kan ik niet de hele middag blijven, maar ik laat me graag bijpraten over de resultaten. Ik wens u een mooie bijeenkomst toe en wens u allen veel sterkte en succes bij het verder bespreekbaar maken van huiselijk geweld – als opstap naar de aanpak van dit ernstige probleem!